3.8 en 3.9 - toets Lezen h.1 + Lezen 2.1, 2.2 + praktijkopdracht

Nederlands - les 3.8
Sport en Bewegen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands - les 3.8
Sport en Bewegen

Slide 1 - Tekstslide

Les 3.8: wat gaan we doen?
toets Lezen hoofdstuk 1 (40 punten totaal)
- 24 vragen in NuNederlands / 5 vragen in Teams

Klaar?
- maak de instaptoets Lezen hoofdstuk 2
- lees de theorie en maak de lesopgaven van Lezen 2.1 Informatieve teksten
- lees de theorie en maak de lesopgaven van Lezen 2.2 Instructieve teksten
- PRAKTIJKOPDRACHT 3

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Klaar?
Vrij lezen

Instaptoets Lezen hfdst. 2

=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
weektaak: Lezen hoofdstuk 2.1 Informatieve teksten + 
                      Lezen hoofdstuk 2.2 Instructieve teksten

Slide 4 - Tekstslide

Nederlands - les 3.8
Sport en Bewegen

Slide 5 - Tekstslide

Een informatieve tekst...
A
... probeert je ergens van te overtuigen.
B
... probeert je aan het lachen te maken.
C
... probeert je alleen informatie te geven.
D
... probeert je ergens toe over te halen.

Slide 6 - Quizvraag

Feiten op een rij
  • Er zijn meer dan 2,5 miljoen laaggeletterden in Nederland
  • Meer dan 50% van laaggeletterden  van 16 tot 65 jaar heeft Nederlands als moedertaal.
  • Laaggeletterden hebben meer moeite met werk zoeken en vinden. 
  • Laaggeletterden zijn vaker ziek en hebben meer kans om eerder te sterven. 
  • Laaggeletterden hebben meer moeite met digitale vaardigheden.
  • Laaggeletterden leven vaker lang in armoede (vaker schuld-hulpverlening nodig).

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een informatieve tekst?
A
kookboek
B
column
C
advertentie
D
interview

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Welke uitspraken over informatieve teksten zijn juist?
Een informatieve tekst
A
bevat tekeningen die laten zien hoe je met iets aan de slag kunt.
B
kun je bijvoorbeeld vinden op de voorpagina van een krant.
C
heeft een specifieke lay-out en kenmerken.
D
informeert je over hoe je iets moet doen.

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Een achtergrondverhaal is een verhaal waarin een journalist de achtergronden van het nieuws bespreekt. De vraag in een achtergrondverhaal is niet 'wat is er gebeurd? ', maar 'hoe is het gebeurd? ', 'waarom? (oftewel verdieping)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

En nu...
- maak zelfstandig Lezen instaptoets hoofdstuk 2
    (hoe beter je dit doet, hoe minder opgaven er zijn in de komende weken) 

- maak de openstaande opgaven Lezen §2.1 
- lees de theorie Lezen §2.2
- weekopgaven Beter Spellen (Taal Plustest)
- vrij lezen*

Slide 15 - Tekstslide

Nederlands - les 3.9
Sport en Bewegen

Slide 16 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  +  Vrij lezen / Informatief lezen
  • NuN §2.2 Instructieve teksten lezen
  • Klassikaal oefenen: luisteren naar een instructieve tekst
  • PRAKTIJKOPDRACHT 3

  • Zelfstandig (weektaak):
     - uitwerken + inleveren praktijkopdracht
     - opgaven  §2.2 Instructieve teksten             (§2.1 Informatieve teksten was hw vorige week)
    - vrij lezen

  • Vragen stellen / Terugkoppeling



Slide 17 - Tekstslide

Vrij lezen







=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Geen boek mee? Scoor dan je leespunten via nieuwsartikelen op nu.nl

Slide 18 - Tekstslide

Instructieve teksten
NuNederlands, Lezen hoofdstuk 2.2

Slide 19 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een instructieve tekst

Slide 20 - Open vraag

Wie kijkt er wel eens instructievideo's? Waarvoor?
A
Ja, regelmatig
B
Ja, soms
C
Nee, nooit

Slide 21 - Quizvraag

Wat heeft jouw persoonlijke voorkeur
A
instructievideo's
B
teksten met instructie
C
geen voorkeur
D
dat ligt aan het onderwerp

Slide 22 - Quizvraag

De instructievideo:
Wat is het onderwerp?
Welk stappenplan moet je volgen?
Wat vind jij goed aan de video en wat niet? (onderbouw)

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Klassikale vragen
Wat is het onderwerp?
Welk stappenplan moet je volgen?
Wat vind jij goed aan de video en wat niet? (onderbouw)

Slide 27 - Tekstslide

Instructieve teksten
Doel:
- lezer/luisteraar vertellen hoe die iets moet doen

- mondeling: via een filmpje of tijdens opleiding of werk
- schriftelijk: met een bijsluiter, gebruiksaanwijzing

Slide 28 - Tekstslide

Wat kan er duidelijker aan deze instructie?

Slide 29 - Tekstslide

kenmerken van instructies:

Slide 30 - Tekstslide

vragen bij beeldfragment 
vraag 3a.
Wat is de belangrijkste functie van de eerste beelden?

vraag 3b.
De man in het fragment doet aangifte.
Hoe kun je de houding van de agente die de aangifte opneemt het best omschrijven?

vraag 3c.
De voice-over stelt de vraag: ‘Heeft de politie jouw zaak wel opgepakt?’
Wat is volgens Lars Weij het antwoord op die vraag?

vraag 3d.
Wat wil Nicole duidelijk maken met het voorbeeld van de straatroof?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Link

vragen bij beeldfragment 
vraag 3a.
Wat is de belangrijkste functie van de eerste beelden?

vraag 3b.
De man in het fragment doet aangifte.
Hoe kun je de houding van de agente die de aangifte opneemt het best omschrijven?

vraag 3c.
De voice-over stelt de vraag: ‘Heeft de politie jouw zaak wel opgepakt?’
Wat is volgens Lars Weij het antwoord op die vraag?

vraag 3d.
Wat wil Nicole duidelijk maken met het voorbeeld van de straatroof?

Slide 33 - Tekstslide

Praktijkopdracht 3
De activerende energizer 





werk samen in groepje en pak een pen/potlood op tafel

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

timer
35:00

Slide 37 - Tekstslide

PRAKTIJKOPDRACHT 3
De activerende energizer

Slide 38 - Tekstslide