9. Bijvoeglijke naamwoorden

Español A1/A2 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Español A1/A2 

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer?
El adjetivo
'het bijvoeglijk naamwoord'

Slide 2 - Tekstslide

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over iets of iemand 
De gezellige man
De mooie tekening
De kleine hond
Het dure horloge
De smalle straat
Het moderne huis
Het oude museum

Slide 3 - Tekstslide

In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord voor het zelfstandig naamwoord, in het Spaans (bijna altijd) erachter:

Het mooie huis >            La casa bonita
Het oude kasteel >               El castillo antiguo
Het kleine museum >            El museo pequeño
De knappe man >                El hombre guapo
De lelijke auto >          El coche feo
De moderne kerk >                  La iglesia moderna

Slide 4 - Tekstslide

Twee soorten bvnw:
Eindigend op een -o:
deze passen zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar ze bij horen (mannelijk/vrouwelijk, meervoud/enkelvoud)
El mercado bonito               (mannelijk enkelvoud)
Los mercados bonitos       (mannelijk meervoud)
La casa bonita                       (vrouwelijk enkelvoud)
Las casas bonitas                 (vrouwelijk meervoud)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Es una casa ...
A
bonito
B
bonita
C
bonitos
D
bonitas

Slide 7 - Quizvraag

Son unas iglesias ...
A
antiguo
B
antigua
C
antiguos
D
antiguas

Slide 8 - Quizvraag

Es un perro ...
A
feo
B
fea
C
feos
D
feas

Slide 9 - Quizvraag

Son unas maletas ...
A
caro
B
cara
C
caros
D
caras

Slide 10 - Quizvraag

... en je hebt bijvoeglijke naamwoorden
die niet op een -o eindigen:
interesante             (interessant)
actual               (actual)
fácil                       (makkelijk)
difícil                   (moeilijk)

Deze pas je alleen maar aan aan enkelvoud/meervoud:
Eindigt het op een e?         +s                         interesante > interesantes
Eindigt het op een medeklinker?      + es                    actual > actuales

Slide 11 - Tekstslide

Son unos edificios ...
A
grande
B
grandes

Slide 12 - Quizvraag

Es un libro ...
A
interesante
B
interesantes

Slide 13 - Quizvraag

La fecha es ...
A
actual
B
actuales

Slide 14 - Quizvraag

Zet het bnvw in de juiste vorm:
Es un gato (tranquilo).

Slide 15 - Open vraag

Zet het bvnw in de juiste vorm:
Son unas casas (grande).

Slide 16 - Open vraag

Zet het bvnw in de juiste vorm:
Es una persona (tímido).

Slide 17 - Open vraag

Ejercicio 2.04, página 34

Slide 18 - Tekstslide

Vamos a escuchar una canción
Una de mis canciones españolas favoritas
de un cantante colombiano. ¿Conocéis a Sebastián Yatra?

Slide 19 - Tekstslide

Sebastián Yatra
De Colombia, tiene 28 años.
Cantó la canción 'dos oruguitas'
para la película 'Encanto'.
¡Esta canción fue nominada para un Oscar!
(no lo ganó...)

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video



Vamos a escuchar la canción
'tacones rojos'




Probeer op het papier de ontbrekende woorden in te vullen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Begin met leren
van de lijst A1E1 op Quizlet

Slide 24 - Tekstslide