Hoofstuk 2.1 & 2.2 verkoopprijs en brutowinstopslag

Vandaag:
- Terugblik 2.1: Verkoopprijs bepalen
- Paragraaf 2.2: Brutowinst op de inkoopprijs
- Inzien BSA toets periode 1 (voor de onvoldoendes)
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkoopcijfersMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag:
- Terugblik 2.1: Verkoopprijs bepalen
- Paragraaf 2.2: Brutowinst op de inkoopprijs
- Inzien BSA toets periode 1 (voor de onvoldoendes)

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 2.1: 
Verkoopprijs berekenen

Bij het vaststellen van de verkoopprijs zijn er twee belangrijke vragen:
- Wat wil de consument voor een product betalen?
- Hoe kun je de gemaakte kosten met de verkoop van artikelen terugverdienen? 

Slide 2 - Tekstslide

Kosten betalen
De kosten kun je betalen met de brutowinst
Als er na aftrek van deze kosten nog iets over blijft maak je (netto)winst! 

Slide 3 - Tekstslide

Opbouw van de verkoopprijs

Slide 4 - Tekstslide

Omzet
IWO          -
Brutowinst 
Verkoopprijs 
Inkoopprijs   -
Brutowinst

Slide 5 - Tekstslide

De formules:
  • Verkoopprijs - inkoopprijs = brutowinst
dus ook:
  • Inkoopprijs + brutowinst = verkoopprijs
en ook:
  • Verkoopprijs - brutowinst = inkoopprijs

Slide 6 - Tekstslide

Een artikel wordt ingekocht voor €24,50. De brutowinst wat gehaald moet worden is €6,50. Wat is de verkoopprijs
A
€ 30,-
B
€31,-
C
€ 18,-
D
€ 19,-

Slide 7 - Quizvraag

Als een artikel verkocht word voor €119,95 en is ingekocht voor €67,35 wat is dan de brutowinst

Slide 8 - Open vraag

2.2 brutowinst op de inkoopprijs
  • Vanuit het hoofdkantoor krijg je vaak een brutowinstopslag.
  • Brutowinstopslag = een percentage die bovenop de inkoopprijs wordt gerekend om de verkoopprijs te berekenen.
  • Procentueel betekend dit dat de inkoopprijs 100% is!


Slide 9 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
Nu in een schema!
Stel... De brutowinstopslag is 43% op de inkoopprijs. 

  • Inkoopprijs                                        
  • Brutowinstopslag +
  • Verkoopprijs         
  • 100% 
  • 43%     + 
  • 143% 

Slide 10 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
Nu in een schema!
Stel... De inkoopprijs van het product is €45,00

Inkoopprijs                   100%          € 45,00
Brutowinstopslag       43% +
Verkoopprijs                143%

Slide 11 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
Nu in een schema!

Inkoopprijs                   100%          € 45,00
Brutowinstopslag       43% +      €  19,35
Verkoopprijs                143%

Slide 12 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
Nu in een schema!

Inkoopprijs                   100%          € 45,00
Brutowinstopslag       43% +      €  19,35
Verkoopprijs                143%          € 64,35

Slide 13 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
LET OP!!! dit schema kan ook in een andere volgorde staan:

Verkoopprijs                143%          € 64,35
Brutowinstopslag       43%   -     €  19,35
Inkoopprijs                   100%          € 45,00

Slide 14 - Tekstslide

brutowinst op de inkoopprijs
LET OP!!! dit schema kan ook in een andere volgorde staan:

  • Verkoopprijs                  143%          € 64,35
  • Inkoopprijs             -      100%  -      € 45,00   -
  • Brutowinstopslag       43%           € 19,35

Slide 15 - Tekstslide

Nu als een plaatje:

Slide 16 - Tekstslide

Brutowinstopslag berekenen
Je moet de brutowinstopslag ook naar een percentage om kunnen rekenen! 
Formule daarvoor:

inkoopwaardebrutowinstx100=brutowinstopslag

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeldopgave: 
  • De verkoopprijs is €10,- 
  • De inkoopprijs is €7,50
Hoe groot is dan de brutowinstopslag? 

  • Brutowinst = verkoopprijs - inkoopprijs 
  • €10 - €7,50 =  €2,50 

  • Brutowinst : inkoopwaarde x 100% = brutowinstopslag
  • €2,50 : € 7,50 = 33,3%

Slide 18 - Tekstslide

Nu zelf aan de slag! 


Jullie gaan maken vraag 5 t/m 14.


timer
20:00

Slide 19 - Tekstslide