De leerdoelen:-Je kunt uitleggen wat een organisme is.
-Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.
-Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.
-Je kunt omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is.
-Je kunt de delen van een zaad noemen met hun functie.
-Je kunt de levenscyclus van een zaadplant beschrijven.
-Je kunt een loep gebruiken.
Kun je bereiken door:
-Lezen en bestuderen "leren onderzoeken 2" ( vergroten).
-Maken opdracht 3 van leren onderzoeken (lengte boon meten)
-Lezen en bestuderen basisstof 1 en 2 (§ 1.1 en 1.2)
-Maken de opdrachten van basisstof 1 en 2 (§1.1 en 1.2)
-De test je zelf te maken en te oefenen met de flitskaarten.
-Te tekenen practicum 2 en 3 (droge en geweekte boon).