Een cirkel heeft een straal van 12 cm. Wat is dan de diameter?
A
24 cm
B
6 cm
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2
In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen.
Onderdelen in deze les
Een cirkel heeft een straal van 12 cm. Wat is dan de diameter?
A
24 cm
B
6 cm
Slide 1 - Quizvraag
Een cirkel heeft een diameter van 30 cm. Met welke berekening kan je de oppervlakte van deze cirkel berekenen?
A
30 x 30 x pi
B
15 x 15 x pi
C
30 x pi
D
15 x pi
Slide 2 - Quizvraag
Een cirkel heeft een straal van 9 cm. Met welke berekening kan je de omtrek van deze cirkel berekenen?
A
9 x pi
B
9 x 9 x pi
C
18 x pi
D
4,5 x pi
Slide 3 - Quizvraag
Hiernaast zie je een cilinder. Welke lengte gebruik je als hoogte om de inhoud te berekenen?
A
lengte A
B
lengte B
Slide 4 - Quizvraag
Een cilinder heeft een diameter van 10 cm en een hoogte van 15 cm. Met welke berekening kan je de inhoud van deze cilinder berekenen?
A
10 x 10 x pi
B
5 x 5 x pi
C
10 x 10 x pi x 15
D
5 x 5 x pi x 15
Slide 5 - Quizvraag
Bereken van deze cilinder de inhoud in dm3 (kubieke dm). Rond af op 1 decimaal.
Slide 6 - Open vraag
Bereken van deze cilinder de inhoud in dm3 (kubieke dm). Rond af op 1 decimaal. Schrijf je berekening op.
Slide 7 - Open vraag
23 ml =
A
2,3 cm³
B
23 cm³
C
230 cm³
D
0,23 cm³
Slide 8 - Quizvraag
370 ml =
A
37 cl
B
3,7 cl
C
3700 cl
D
0,37 cl
Slide 9 - Quizvraag
655 cm³ =
A
655 liter
B
65,5 liter
C
6,55 liter
D
0,655 liter
Slide 10 - Quizvraag
28,3 dl =
A
28,3 dm³
B
2,83 dm³
C
283 dm³
D
0,283 dm³
Slide 11 - Quizvraag
Een soeppan heeft een hoogte van 25 cm en een diameter van 30 cm. Bereken hoeveel liter hier in past. Rond af op hele liters.
Slide 12 - Open vraag
Een soeppan heeft een hoogte van 25 cm en een diameter van 30 cm. Bereken hoeveel liter hier in past. Rond af op hele liters. Schrijf al je berekeningen op. (dm³ bijv mag schrijven als dm3)