Russische revolutie en H3 het interbellum

Welkom
Boek of laptop op tafel
Telefoon in de telefoontas
Zodra je binnen bent, blijf je in het lokaal.
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom
Boek of laptop op tafel
Telefoon in de telefoontas
Zodra je binnen bent, blijf je in het lokaal.

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij geschiedenis

Slide 2 - Tekstslide

Rusland wordt Sovjet-Unie
  • De tsaar (keizer) van Rusland was al afgetreden in februari 1917.
  • Onder leiding van Vladimir Lenin komen de communisten aan de macht in oktober 1917.
  • Na de tsaar was de 'Voorlopige Regering' aan de macht tot Lenin via een revolutie de macht overnam.
  • Na deze revolutie volgt een heel slechte vrede met Duitsland en een burgeroorlog.
  • Rusland wordt in 1921 de Sovjet-Unie: een totalitaire staat.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een totalitaire staat?
A
Een staat waarin het leger de baas is
B
Een staat waar je weinig vrijheid hebt en gecontroleerd word
C
Een staat waarin veel politieke partijen zijn
D
Een staat waarin iedereen gelijk is

Slide 4 - Quizvraag

De S.U. was een totalitaire staat. Wat is géén kenmerk van een totalitaire staat?
A
Propaganda
B
Politieke tegenstanders uitschakelen
C
Geheime dienst uitbreiden
D
Eerlijke verkiezingen

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

1918: lenin en de vrede van Brest-Litovsk, heel nadelig voor Rusland.








Vrede met Duitsland

Slide 7 - Tekstslide

  • Stalin, Lenin, Trotski: drie revolutionairen in
1919
Stalin
Lenin sterft in 1921
Trotski was gevaarlijk voor Stalin
Stalin, 'de man van staal'

Slide 8 - Tekstslide


De Sovjet-Unie 
onder Stalin
1924-1953

Slide 9 - Tekstslide

Wie was Stalin?
  • Na de dood van Lenin in 1924 ontstond er een machtsstrijd tussen Trotski en Stalin.

  • Stalin had de meeste aanhangers en Trotski werd verbannen. (in 1945 zelfs vermoord, omdat Stalin nog altijd bang was dat hij terug zou komen.)

  • In 1928 werd Stalin de nieuwe partijleider.
  • Propaganda: politieke reclame om de totalitaire staat te helpen vormen

Slide 10 - Tekstslide

Rusland onder Stalin





Stalin gebruikt ook Lenins 
portret als propaganda

Slide 11 - Tekstslide

Deze afbeelding is door Stalin gebruikt als propagandamiddel.

Wat is GEEN propagandaboodschap van deze foto?
A
Dat hij een goede vriend/een geestverwant van Lenin was
B
Dat hij de (politieke) opvolger van Lenin was.
C
Dat Stalin een betere leider is dan Lenin
D
Dat hij het beleid onder Lenin voortzette.

Slide 12 - Quizvraag

Censuur Stalin: voorbeeld van propaganda. vijanden worden uit de weg geruimd:

Slide 13 - Tekstslide

Stalin: dit is een 'opgepoetste' foto....
dus propaganda

Slide 14 - Tekstslide

Propaganda:
Stalin familieman (vadertje Stalin)

Slide 15 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 Interbellum







Inter= tussen
bellum= oorlogen
Interbellum: De tijd tussen de wereldoorlogen 
(1919-1939)
na het Verdrag van Versailles

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Duitsland wordt in 1918 de 'Republiek van Weimar'
  • 1870 tot 1918 een keizerrijk, dan verdwijnt de keizer na de verloren oorlog.
  • Vanaf 1918 tot 1933 heet dit de 'Republiek van Weimar'
  • Dit nieuwe land is geen lid van de Volkenbond....
  • De Republiek van Weimar is niet populair onder het volk:
  • Veel onrust en gevechten op straat tussen 'links' en 'rechts', communisten en nationalisten.


Slide 18 - Tekstslide

De Republiek van Weimar
A
Is een parlementaire democratie geregeerd met alle vertrouwen van het volk
B
Is een absolute monarchie geregeerd door een groep extremistische partijen
C
Is een parlementaire democratie geregeerd met weinig vertrouwen van het volk
D
Is een absolute monarchie geregeerd met weinig vertrouwen van het volk

Slide 19 - Quizvraag

Wie had de macht in de Republiek van Weimar?
A
Een keizer
B
Het parlement
C
Een dictator
D
Een koning

Slide 20 - Quizvraag

Hitler's jonge jaren 
Adolf Hitler wordt in 1889 geboren in Oostenrijk-Hongarije.





  • Hij vertrekt op 17-jarige leeftijd naar Wenen, om daar een 'beroemde kunstenaar' te worden. 

Slide 21 - Tekstslide

Hitler's jonge jaren 
  • Hij is op dat moment nog geen antisemiet (jodenhater). Hij raakt echter steeds meer onder de indruk van de antisemitische burgemeester van Wenen.

  • Rond 1913 vertrekt hij naar München in Duitsland, omdat hij teleurgesteld is in Oostenrijk-Hongarije.

Slide 22 - Tekstslide

Hitler's jonge jaren 
  • Als Oostenrijker gaat hij vrijwillig het Duitse leger in als de Eerste Wereldoorlog begint. (Hij moest wel in dienst maar werd afgekeurd!)
  • Hij is niet zo'n beste soldaat. Alle 'heldendaden', die hij zelf heeft beschreven, blijken onzin te zijn: hij was een koerier die zelden aan het front te vinden was.
  • Zijn snor werd kleiner vanwege de gasmaskers....

Slide 23 - Tekstslide

Hitler's jonge jaren
  • In oktober 1918 raakt hij in België bij een mosterdgas-aanval gewond, en is hij drie maanden blind. De overgave van het Duitse leger hoort hij in het ziekenhuis

  • Hitler kan het moeilijk bevatten. Voor hem kwam het verlies niet door de soldaten, maar door het verraad van Joden en communisten (Dolkstootlegende)
De soldaat wordt in de rug gestoken door de verraders in Berlijn.

Slide 24 - Tekstslide

NSDAP

  • Hitler sluit zich in 1919 aan bij de NSDAP (Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij).

  • De NSDAP beloofde Duitsland uit de crisis te halen

  • Deze partij stond onder andere voor jodenhaat, ofwel antisemitisme.

Slide 25 - Tekstslide

Wat is geen standpunt van Hitler?
A
Weg met dolkstootlegende
B
Weg met de weimarrepubliek
C
Weg met de vrede van versailles
D
Weg met de werkloosheid

Slide 26 - Quizvraag

Mein Kampf
1925
  • In 1923 wordt Hitler gearresteerd; hij probeerde met geweld de macht te grijpen. 
  • In de gevangenis schrijft Hitler 'Mein Kampf'. 
  • Hierin staan ideeën van het nationaalsocialisme

Slide 27 - Tekstslide

Hitler pleegt in 1923 een staatsgreep. Wat gebeurt met Hitler?
A
Hitler wordt leider van Duitsland
B
Hitler komt in de gevangenis
C
Hitler moet naar het buitenland vluchten
D
Hitler begint gelijk de Tweede Wereldoorlog

Slide 28 - Quizvraag

Hitler in de politiek
  • Hitler blijkt een talent te hebben voor het houden van toespraken. 
Binnen de NSDAP neemt Hitler steeds meer de rol van leider op zich.
  • Na de gewonnen verkiezingen van 1933 wordt de NSDAP de enig toegestane politieke partij in Duitsland
  • Duitsland wordt een totalitaire staat, met Hitler als dictator

Slide 29 - Tekstslide

Het is 1933...
Hitler was..
A
leider van de grootste partij van Duitsland
B
rijkskanselier
C
dictator
D
leider van Duitsland

Slide 30 - Quizvraag

Hitler in de politiek 
  • Hitler's ideeën zijn al die tijd vrijwel niet veranderd:
Verdrag van Versailles is slecht
  1. Het land is overgenomen door een buitenlandse bezetter (Frankrijk)
  2. Het is allemaal de schuld van Joden en Communisten
  3. Duitsland heeft Lebensraum (levensruimte nodig)
  4. Er moet één sterke leider komen (Propaganda!)

Slide 31 - Tekstslide

De Weimar Republiek duurde van
A
1918 - 1939
B
1923 - 1933
C
1918 - 1945
D
1919 - 1933

Slide 32 - Quizvraag

Nationaalsocialisme
  • Extreem nationalistisch
  • Tegen de democratie: één leider die de macht heeft
  • Verheerlijken van geweld: geheime politie die de leider beschermt, niet het volk
  • Discriminatie van de Joden 
  • Propaganda en censuur, zie de poster links

Slide 33 - Tekstslide

Rassenleer
antisemitisme




Ubermenschen 
en Untermenschen 

Slide 34 - Tekstslide

Neurenberger rassenwetten 

Slide 35 - Tekstslide