Quiz woordsoorten
1 / 13
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Het gelukkige echtpaar gaf elkaar een ring.
echtpaar =
echtpaar =
A
LW
B
ZN
C
VZ
D
BN
Slide 2 - Quizvraag
het gekuste meisje
gekuste =
gekuste =
A
ZN
B
LW
C
BN
D
VZ
Slide 3 - Quizvraag
De
A
lw
B
zn
C
vz
D
bn
Slide 4 - Quizvraag
Wat voor woordsoort is het volgende woord?
vanwege
vanwege
A
vz
B
zn
C
lw
D
bn
Slide 5 - Quizvraag
Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
prijs is ..
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
prijs is ..
A
vz
B
zn
C
bn
D
lw
Slide 6 - Quizvraag
Op het bord staat het huiswerk.
op =
op =
A
LW
B
BN
C
VZ
D
ZN
Slide 7 - Quizvraag
De rode auto, als we dit ontleden is het:
A
lw, tw, zn
B
lw, zn, bn
C
lw, vz, bn
D
lw, bn, zn
Slide 8 - Quizvraag
Hij heeft een koekje gepakt.
koekje = ...
koekje = ...
A
lw
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 9 - Quizvraag
In de supermarkt koop ik een potje appelmoes
Wat is supermarkt voor woordsoort?
Wat is supermarkt voor woordsoort?
A
lw
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 10 - Quizvraag
Die lieve man van haar is verhuisd naar Amerika.
A
lw- bn - zn - vz - pvnw - ww - ww - vz - zn
B
avnw - bn - zn - vz - bvnw- ww - ww - vz - zn
C
avnw - bn - zn - vz - pvnw - bn- ww - vz - zn
D
avnw - bn - zn - vz - pvnw - ww - ww - vz - zn
Slide 11 - Quizvraag
Bij welk antwoord staat de volgorde van woordsoorten goed?
De spelers spelen in een sterk hockeyteam.
De spelers spelen in een sterk hockeyteam.
A
ww - zn - lw - vz - lw - zn - bn
B
lw - bn - zn - vz - lw - bn - zn
C
lw - bn - ww - lw - vz - bn - zn
D
lw - zn - ww - vz - lw - bn - zn
Slide 12 - Quizvraag
Welke woordsoorten zijn juist bij deze zin?
De onzekere puber croste op de gammele fiets.
De onzekere puber croste op de gammele fiets.
A
lw-bn-zww-vz-lw-bn-zn
B
lw-bn-kww-vz-lw-bn-zn
C
lw-bn-ww-vz-bn-zn
D
lw-bn-zww-bn-lw-vz-zn
