1W4 Het spier- en skeletstelsel

H1: check!
1. De chromosomen bevinden zich in (1.4.1)
a. het cytoplasma
b. het kernplasma
c. de celmembraan
d. de organellen
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 44 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

H1: check!
1. De chromosomen bevinden zich in (1.4.1)
a. het cytoplasma
b. het kernplasma
c. de celmembraan
d. de organellen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Cytoplasma bestaat uit (1.4.1): 
a. water met eiwitten
b. water met koolhydraten
c. water met celorganellen
d. antwoord a,b en c zijn juist

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Welke stelling over chromosomen klopt? (1.4.1)
a. Ze liggen altijd in een wirwar in de kern
b. Ze bestaan uit DNA 
c. Een man heeft twee X-chromosomen
d. In een gewone lichaamscel zitten 23 chromosomen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Tussen de cellen van een weefsel ligt tussencelstof. Bij kraakbeen bestaat dit uit (1.4.3)
a. kalkachtige stoffen
b. bloedvaatjes
c. stevig,buigzaam materiaal
d. cytoplasma

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Het bevolkingsonderzoek naar borstkanker is een voorbeeld van (1.7): 
a. primaire preventie
b. secundaire preventie
c. tertiaire preventie
d. quartiaire preventie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4
Het spier- en skeletstelsel

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les...
1 Kan je vier functies van bot noemen

2 Leg je uit waaruit het botweefsel bestaat

3 Kan je namen van botten noemen bij een afbeelding van het skelet

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf voor jezelf op en controleer tijdens de uitleg:
-Welke functies ken je al?
-waar bestaat botweefsel uit?
2.1 De functie van het skelet
1 bescherming van organen
hersenen, longen en hart, darmen worden door botten beschermd.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.1 De functie van het skelet
2 vorm en stevigheid
het geeft het lichaam zijn houding en zorgt voor stevigheid van het lichaam

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.1 De functie van het skelet
3 beweging
  • ze zijn een aangrijppunt voor spieren; hierdoor kunnen spieren aan botten trekken om ze te laten bewegen
  • gewrichten zorgen ervoor dat botten kunnen bewegen

Slide 10 - Tekstslide

verschil botverbinding en gewricht
2.1 De functie van het skelet
4 aanmaak van bloedcellen
rode, witte cellen en bloedplaatjes worden in het rode beenmerg gemaakt

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
4 aanmaak van bloedcellen
rode, witte cellen en bloedplaatjes worden in het rode beenmerg gemaakt
beenvlies (periost)
1
compact bot
2
sponzig bot
3
beenmerg
4

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht (15 min)
Lees 2.2 (p. 27-29)
 Beantwoord de vragen:

1. Uit welke 4 lagen bestaat bot? Welke functie heeft iedere laag?
2. Welke (tussencel)stof zit er tussen de botcellen?
3. Wat is het verschil in bouw en functie tussen botweefsel en kraakbeenweefsel?

Slide 14 - Tekstslide

Antwoorden hoor je bij de rest van de ppt
2.2 De bouw van botten
Bot heeft verschillende lagen: 
1. Botvlies
2. Compact deel
3. Sponzige bot
4. Beenmerg


Slide 15 - Tekstslide

Is bot dood weefsel?
2.2 De bouw van botten
1 Het botvlies ligt om het botweefsel

  • het bevat bloedvaten en zenuwen
  • het beschermt het bot
  • het laat bot in de breedte groeien

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
2 In het compacte deel liggen de botcellen in kringen dicht bij elkaar

  • botcellen krijgen voeding en zuurstof vanuit het kanaal, waar bloedvaten lopen (haverskanaal)
haverskanaal
h

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
3 In het sponzige deel liggen de botcellen verder uit elkaar waardoor holtes ontstaan.

  • 4 rood beenmerg: de holte is gevuld met bloedvormende cellen
  • 4 geel beenmerg: de holte is gevuld met vetweefsel
holte met beenmerg
b

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
Botcellen liggen in een tussencelstof van kalkzouten en lijmstof.

  • kalk zorgt voor de stevigheid
  • lijmstof zorgt voor buigzaamheid

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
Bij kraakbeen liggen de cellen in groepjes bij elkaar in een tussencelstof van

  • lijmstof zorgt voor buigzaamheid
  • vezels zorgen voor stevigheid

Kraakbeen zit om de uiteinden van botten, vangt grote druk op

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 21 - Video

Latijnse term (n4)
Baby's en kinderen hebben veel kraakbeen
Bij volwassenen en ouderen neemt het kraakbeen af

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
1 lange beenderen (pijpbeenderen)

lange botten met een verdikt uiteinde...
  • armen en benen
  • vingers en tenen

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
2 platte beenderen

platte botten hebben hun buitenlaag dicht bij elkaar:
  • schedel
  • borstbeen en ribben
  • heupbeen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.2 De bouw van botten
3 onregelmatige beenderen

botten met een aparte vorm:
  • wervels
  • kaak en botten in het gezicht

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.3 Het skelet van de mens
Elk bot (van de in totaal 206) heeft een naam. Sommige namen vormen een groep botten...
  • borstkas (thorax)
  • schoudergordel
  • bekken
  • ledematen (extremiteiten)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

schedelbeenderen
bovenkaak
onderkaak

Slide 27 - Tekstslide

Eerst zelf laten opschrijven/ tekenen
halswervels
borstwervels
lendenwervels
heiligbeen
staartbeen

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sleutelbeen
borstbeen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ribben

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

het heiligbeen zijn vergroeide wervels
de heupkom
het staartbeen (stuitje)
heupbeen

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sleutelbeen
schouderblad
schouderkop
opperarmbeen
schouderkom

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

membraan
ellepijp (pinkzijde)
spaakbeen (duimzijde)
opperarmbeen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

handwortelbeentjes
ellepijp
spaakbeen
middenhandsbeentjes
vingerkootjes

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dijbeen
kuitbeen
scheenbeen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

middenvoetsbeen
voetwortelbeen
sprongbeen
teenkootje
hielbeen

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les...
1 Kan je vier functies van bot noemen

2 Leg je uit waaruit het botweefsel bestaat

3 Kan je namen van botten noemen bij een afbeelding van het skelet

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check lesstof w4
1. Wat is GEEN functie van het botweefsel? 
a. bloedcellen maken
b. bescherming van organen
c. signalen doorgeven
d. stevigheid bieden

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. De buitenkant van botweefsel  bestaat uit: 
a. botvlies
b. compact bot
c. sponsachtig bot
d. beenmerg

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Botweefsel is dood: 
a. juist
b. onjuist

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. De tussencelstof bij bot bestaat uit: 
a. kalkzouten en lijmstof
b. bloedvaatjes
c. vocht
d. vezels en lijmstof

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les...
1 noem je de organen van borst-, buik en bekkenholte

2 leg je uit welke oorzaak een aandoening kan hebben

3 leg je uit hoe groei en ontwikkeling plaatsvinden
1 Kan je vier functie van bot noemen

2 Leg je uit waaruit het botweefsel bestaat

3 Kan je namen van botten noemen bij een afbeelding

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les...
1 noem je de organen van borst-, buik en bekkenholte

2 leg je uit welke oorzaak een aandoening kan hebben

3 leg je uit hoe groei en ontwikkeling plaatsvinden

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelf maken
H2 Het spier- en skeletstelsel
  • Opdracht 1 t/m 6

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies