4A - Les 4 - Cultuur

Starttaak: wat betekent socialisatie?
1 / 18
volgende
Slide 1: Open vraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Starttaak: wat betekent socialisatie?

Slide 1 - Open vraag

Samenleving
Paragraaf 3 - Cultuur

Slide 2 - Tekstslide

Lesplanning
Wat:
Tijd:
Welkom + huiswerkcontrole + strarttaak
5 min.
Leerdoel
* Je weet wat cultuur is kunt hierbij voorbeelden benoemen
* Je kunt uitleggen waarom mensen bij een (sub)cultuur willen horen
* Je kunt uitleggen waarom cultuuroverdracht een belangrijk onderdeel is bij de socialisatie
2 min.
Instructie + aan de slag
* Terugblik vorige les
* (Sub)culturen 
*

20 min.


8 min.
Afsluiting
* Check lesdoel(en)
* Huiswerk

5 min.
Verdiept
* P3, opdracht 2, 3, 4, 6, 7 en Test J
Basis
P3, opdracht2, 3, 4, 6, 7 en Test J
Intensief 
P3, opdracht 2, 3, 4 en Test J
* P3, 6 en 7

Slide 3 - Tekstslide

Sophie is vanaf haar geboorte erg verlegen. Dit heeft te maken met
A
Aangeboren eigenschap
B
Aangeleerde eigenschap
C
Sociale controle
D
Internalisatie

Slide 4 - Quizvraag

Emma wordt door haar moeder aangesproken dat ze niet zo moet smakken. Dit heeft te maken met
A
Aangeboren eigenschap
B
Aangeleerde eigenschap
C
Sociale controle
D
Internalisatie

Slide 5 - Quizvraag

Milan ziet in een folder van de Action dat vrouwen worden afgebeeld bij schoonmaakmiddelen en mannen bij gereedschap. Dit heeft te maken met
A
Aangeboren eigenschap
B
Aangeleerde eigenschap
C
Sociale controle
D
Internalisatie

Slide 6 - Quizvraag

Heb jij hetzelfde referentiekader als jouw klasgenoten? Let je antwoord uit!

Slide 7 - Open vraag

Als jullie thuis een verjaardag vieren; hoe ziet dat er dan uit? Noem een aantal voorbeelden van zo'n verjaardag

Slide 8 - Open vraag

Begrippen
  • Cultuur = verzameling kenmerken van een groep mensen (normen, waarden, feestdagen etc.) 
  • Dominante cultuur = grootste cultuur binnen een samenleving
  • Subcultuur = kleinere groep mensen met dezelfde normen, waarden, feestdagen etc.

Slide 9 - Tekstslide

Subculturen

Slide 10 - Tekstslide

Begrippen
  • Cultuur = verzameling kenmerken van een groep mensen (normen, waarden, feestdagen etc.) 
  • Dominante cultuur = grootste cultuur binnen een samenleving
  • Subcultuur = kleinere groep mensen met dezelfde normen, waarden, feestdagen etc.
  • Cultuuroverdracht = het overbrengen van cultuur door je omgeving (zoals door je ouders en school)

Slide 11 - Tekstslide

3

Slide 12 - Video

Op welke manier vindt hier cultuuroverdracht plaats?

Slide 13 - Open vraag

Lesplanning
Wat:
Tijd:
Welkom + huiswerkcontrole + strarttaak
5 min.
Leerdoel
* Je weet wat cultuur is kunt hierbij voorbeelden benoemen
* Je kunt uitleggen waarom mensen bij een (sub)cultuur willen horen
* Je kunt uitleggen waarom cultuuroverdracht een belangrijk onderdeel is bij de socialisatie
2 min.
Instructie + aan de slag
* Terugblik vorige les
* (Sub)culturen 
*

20 min.


8 min.
Afsluiting
* Check lesdoel(en)
* Huiswerk

5 min.
Verdiept
* P3, opdracht 2, 3, 4, 6, 7 en Test J
Basis
P3, opdracht2, 3, 4, 6, 7 en Test J
Intensief 
P3, opdracht 2, 3, 4 en Test J
* P3, 6 en 7

Slide 14 - Tekstslide

00:32
Wat is de dominante cultuur die centraal staat in het filmpje?

Slide 15 - Open vraag

00:32
Welke subcultuur staat centraal in het filmpje?

Slide 16 - Open vraag

01:23
Wat is volgens Ada een kenmerk van de dominante cultur?

Slide 17 - Open vraag

Huiswerk
* Paragraaf 3. Cultuur: 2, 3, 4, 6, 7 en Test Jezelf

Leren: Paragraaf 1, 2 en 3

Slide 18 - Tekstslide