les 7: paragraaf 5 - tekststructuur

4H - Leesvaardigheid
Les 7: paragraaf 5  

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4H - Leesvaardigheid
Les 7: paragraaf 5  

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerstof
  • Alle theorie uit het boek
  • Vragen en opdrachten uit het opdrachtboek
  • LessonUps uit de les
  • Alles wat er verteld wordt

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maar eerst: herhaling!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat waren ook alweer de drie
basiscomponenten van communicatie?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies



Bedenk een hoofdgedachte
bij dit plaatje

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom denk je dat mensen vaak zeggen dat je een inleiding pas ná het middenstuk moet schrijven?

Slide 6 - Open vraag

Als je achteraf de inleiding schrijft, word je achteraf gedwongen nog eens grondig naar je tekst te kijken en kritisch te letten op de strekking en de opbouw ervan.
5 Tekststructuren

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen § 5
  1. Ik weet wat een vaste tekststructuur is en welke vijf hoofdmodellen er zijn.
  2. Ik kan me oriënteren op een tekst en daarin de structuur herkennen.
  3. Ik kan uitleggen waarom een bepaalde structuur bij een tekst past.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke tekststructuren
ken je nog uit 3 havo?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Vaste tekststructuren
Naam
Inleiding
Kern
Slot
Aspectenstructuur
onderwerp
aspecten van onderwerp
samenvatting

Vraag-antwoordstructuur
vraag
mogelijke antwoorden
samenvatting / beste antwoord
Verleden-heden-toekomststructuur
onderwerp
situatie vroeger 
situatie nu
conclusie / 
toekomstverwachting
Voor-en-nadelen-structuur
vraag of stelling
voordelen
nadelen
afweging / conclusie
Argumentatiestructuur
stelling
(tegen)argumenten
weerleggingen
conclusie / stelling
Verklaringsstructuur
verschijnsel
kenmerken/voorbeelden
oorzaken/verklaringen
conclusie / meest waarschijnlijke verklaring
Probleem-oplossingsstructuur
probleemstelling
beschrijving, oorzaken, gevolgen en oplossingen
beste oplossing

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het nuttig om te weten welke tekststructuren er zijn?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nut
Voor de lezer
Je weet wat je kunt verwachten van een tekst en je kunt gericht zoeken naar de informatie die je nodig hebt.

Voor de schrijver
Je creëert een logische route door je tekst en kunt informatie beter ordenen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een check!
Stel: je moet een tekst schrijven met als onderwerp Taalverloedering door straattaal.

1) Formuleer een hoofdgedachte.
2) Kies een passende tekststructuur.


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!

Kies uit:

Paragraaf 5
Maak de opdrachten bij Verkennen op p. 46 (1 t/m 4)
Maak de vragen bij de tekst (vraag 9 t/m 14) 






Paragraaf 6
Maak de opdrachten bij Verkennen op p. 50 (1 t/m 3)
Maak de vragen bij de tekst (vraag 7 t/m 13)
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wederom, een korte check
Je krijgt zo drie situaties voorgeschoteld. Welke tekststructuur past bij de beschreven situatie?

Nota bene: tekststructuren passen dus niet alleen bij geschreven teksten, maar ook bij gesprekken!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel: je hebt slecht kunnen leren voor de toetsweek en nu heb je vier onvoldoendes. Je praat hierover met je mentor. Welke structuur kies je voor dat gesprek?
A
aspectenstructuur
B
argumentatiestructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
probleem-oplossingsstructuur

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel: je hebt in de toetsweek vijf achten gehaald, nice! Je mentor komt even met je kletsen en wil graag weten wat jij zo goed hebt gedaan. Welke tekststructuur verwacht je in dat gesprek?
A
argumentatiestructuur
B
voor-nadelenstructuur
C
verklaringsstructuur
D
verleden-heden-toekomststructuur

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel: je hebt van klasgenoten gehoord dat de docent van natuurkunde echt geweldig is. Nu wil jij ook natuurkunde in je pakket! Je twijfelt nog wel, want je overziet het niet allemaal. Welke structuur past bij een gesprek over deze kwestie?
A
aspectenstructuur
B
verklaringsstructuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
verleden-heden-toekomststructuur

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
  • Zorg dat de antwoorden op vraag 1 t/m 4 en 5/7/8 (kies er één) in je schrift staan!
  • Alvast voorbereiden? Lees de tekst op pagina 48 (OB) alvast.

Volgende les
We lezen samen de tekst en maken opdracht 9 t/m 14.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In hoeverre heb jij het idee dat je deze leerstof hebt begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies