In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Voorbeeld
2,345 rond af op een decimaal -->
2,365 rond af op een decimaal -->
+ 1
Blijft gelijk
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
afronden op 1 decimaal 4,8497
A
4
B
4,7
C
4,85
D
4,8
Slide 6 - Quizvraag
afronden op 2 decimalen 21,056
A
21,06
B
21,05
C
21,60
D
21,00
Slide 7 - Quizvraag
afronden op 1 decimaal: 23,4555
A
23,4
B
23,6
C
23,5
D
23,7
Slide 8 - Quizvraag
3,475 afronden op een decimaal =
A
3,47
B
3,48
C
3,4
D
3,5
Slide 9 - Quizvraag
Afronden op 1 decimaal. 5,579
A
5,5
B
5,6
C
5,55
D
5,7
Slide 10 - Quizvraag
Afronden naar hele getallen 1,27 rond je af naar..
A
3
B
1
C
2
D
1,3
Slide 11 - Quizvraag
Afronden op hele getallen 37,56 rond je af naar
A
37
B
34,5
C
35,6
D
38
Slide 12 - Quizvraag
Afronden op ronde getallen Rond 3456 af op honderdtallen
A
3400
B
3500
Slide 13 - Quizvraag
Afronden Rond 85 af op tientallen
Slide 14 - Open vraag
Afronden Rond 7606 af op duizendtallen
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
7,86 is afgerond bij contant betalen
A
7,85
B
7,86
C
7,90
D
7,80
Slide 24 - Quizvraag
Je moet €3,99 betalen in de winkel, hoeveel moet je contant betalen?
A
€3,95
B
€3,99
C
€4,15
D
€4,00
Slide 25 - Quizvraag
Hoe wordt het bedrag afgerond bij contante betaling? 5,67
A
5,70
B
5,60
C
5,65
D
5,67
Slide 26 - Quizvraag
rond dit bedrag af bij contante betaling: € 4,52
A
€ 4,52
B
€ 4,55
C
€ 4,50
D
€ 5,00
Slide 27 - Quizvraag
In een doos zitten 6 ijsjes. Maxime wil graag 25 ijsjes kopen om uit te delen op school. Hoeveel dozen met ijsjes moet Maxime kopen?
A
8
B
5
C
4
D
9
Slide 28 - Quizvraag
Chantal trakteert haar klas en de docent op ijs. In haar klas zitten 18 leerlingen. In een doos zitten 6 ijsjes. Hoeveel dozen moet ze kopen?
A
2
B
4
C
3
D
5
Slide 29 - Quizvraag
Patricia wil haar klas van 26 leerlingen trakteren op roze koeken. In een doos zitten 6 koeken. Hoeveel dozen moet Patricia kopen? Vul alleen het aantal in.
Slide 30 - Open vraag
7. Een school wil voor 940 leerlingen een pen kopen. In één doos zitten 100 pennen. Hoeveel dozen moet de school kopen?
Slide 31 - Open vraag
In iedere doos zitten 12 ballen. Je hebt 30 ballen nodig. Hoeveel dozen koop je dan?
A
3
B
4
C
2
D
10
Slide 32 - Quizvraag
Onderstaande getallen zijn afgerond op 2 decimalen. Match het getal met de juiste afronding