WiNL_par1.2_DAA

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deelvraag par 1.2
Welke adviezen heeft de Tweede Deltacommissie aan de regering uitgebracht en waarom?

Slide 2 - Tekstslide

In het Holoceen ging de temperatuur ....?
A
dalen en kregen we ijstijden
B
stijgen en kregen we moerassige gebieden

Slide 3 - Quizvraag

In het Pleistoceen hadden we te maken met ....?
A
lage zeespiegel
B
hoge zeespiegel

Slide 4 - Quizvraag

Pleistoceen



- Vele ijstijden zorgen voor een lage zeespiegel.
- Lage zeespiegel zorgt voor een zeewaardse beweging van de  kustlijn.
- Laatste ijstijd: poolwoestijn --> zandige bodem. 
Holoceen



- Landijs smelt: Noordzee loopt weer vol met water.
- Vollopen van de Noordzee zorgt voor een landinwaardse beweging van de kustlijn.
- Stijgen van de zeespiegel: meer regenval en drassigere bodem (Veen).

Slide 5 - Tekstslide

Wat zal de belangrijkste oorzaak zijn voor de verwachte zeespiegelstijging?
A
afsmelten van drijfijs
B
het afsmelten landijs
C
toename water in de kringloop
D
uitzetten van het zeewater

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Zeespiegelstijging
  1. Gletsjers in berggebieden en landijs op Groenland en Antarctica smelten. Er komt daardoor meer water in de oceanen terecht. 
     2. Het zeewater wordt door hogere temperaturen ook iets warmer. Warmer water zet uit en neemt meer ruimte in beslag. Dit is de belangrijkste oorzaak van zeespiegelstijging.


Slide 8 - Tekstslide


3. Relatieve zeespiegelstijging

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Tweede Deltacommissie
  1. Kans op overlijden door overstroming < 1:100.000 elk jaar
  2. Voorkomen grote aantallen slachtoffers en grote econmische schade 
  3. Beschermen vitale / kwetsbare infrastructuur

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Weektaak
WiNL Instaptoets 10 vragen naar keuze
Inleiding: vraag 3
H1 §1: vraag 2, 3, 6, 7, 8, 9, 11
Klaar? H1 §2: vraag 1 t/m 3

Slide 16 - Tekstslide