1. Kritisch denken

Burgerschap


De maatschappij - dat ben jij
Hoofdstuk 1
kritisch denken
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Burgerschap


De maatschappij - dat ben jij
Hoofdstuk 1
kritisch denken

Slide 1 - Tekstslide

1.1 Waarom Burgerschap?
Bij dit vak: 
- zetten we je aan het denken;
- verdiep je je in wat er in de samenleving gebeurt;
- gebruik je betrouwbare bronnen om informatie te vinden;
- vorm je een goed doordachte mening over die gebeurtenissen en kun je deze uitleggen met feiten en argumenten.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

4 dimensies:
  1. de economische dimensie (jij als werknemer, verstandig omgaan met geld);
  2. de politiek-juridische dimensie (je stem laten horen);

Slide 4 - Tekstslide

3. de sociaal-maatschappelijke dimensie (cultuur & omgaan met verschillen);
4. de dimensie vitaal burgerschap (goed voor jezelf zorgen).


Slide 5 - Tekstslide

Hoe ga jij 'verstandig' om met geld?

Slide 6 - Woordweb

Hoe laat jij jouw stem nu al horen?

Slide 7 - Woordweb

Hoe ga jij om met verschillen tussen mensen? (Bijvoorbeeld als je een andere mening hebt?)

Slide 8 - Woordweb

Hoe 'vitaal' ben jij op dit moment als burger?

Slide 9 - Woordweb

Periode 3 én 4:
Kritisch denken (H1) + de economische dimensie (H2)

Vak = verplicht
Beoordeling

Slide 10 - Tekstslide

Ben jij een sociale,  
zelfredzame burger?



Kun jij straks meedoen in de maatschappij & op het werk?

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
Maak opdracht 1 en 2 op bladzijde 11 en 12 van jouw werkboek.

Vul de digitale ontwikkelscan in en neem de uitslag over in jouw werkboek.

Slide 12 - Tekstslide

1.2 Kritische denkvaardigheden
Wat is kritisch denken?
"Kritisch denken is het proces om te komen tot een goed oordeel.
Dat onderdeel is onderbouwd met betrouwbare informatie."

Slide 13 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden - Lesdoelen
Aan het einde van deze les hebben:
1. jullie geleerd wat kritisch denken  en zelfredzaamheid betekent
2. jullie geoefend met je eigen mening vormen en zelf kritische vragen stellen
3. jullie geleerd wat het verschil is tussen een mening en een feit
4. jullie zelf kritisch gezocht naar nepnieuws


Slide 14 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden
Wat is kritisch denken?
"Kritisch denken is het proces om te komen tot een goed oordeel.
Dat onderdeel is onderbouwd met betrouwbare informatie."

Slide 15 - Tekstslide

Kritisch denken betekent
A
de tijd nemen om over iets na te denken en dan te beslissen
B
kort nadenken zodat je kritiek kunt geven op de ander

Slide 16 - Quizvraag

Een vaardigheid is
A
iets doen wat je een ander een hebt zien doen
B
een taak of activiteit die je goed kan

Slide 17 - Quizvraag

Betrouwbaar betekent
A
Iets wat je voor het eerst mee maakt en er goed uit ziet
B
iets of waar je op kunt bouwen en vertrouwen

Slide 18 - Quizvraag

Een mening hebben betekent
A
Je durft niet te zeggen wat je denkt
B
Je durft te zeggen hoe je over iets denkt

Slide 19 - Quizvraag

Het woord argument betekent
A
redenen waarom je iets wel of niet vindt
B
dat je achterdochtig bent

Slide 20 - Quizvraag

Zelfredzaamheid betekent
A
zelfstandig zijn zonder hulp van een ander
B
je kunt de ander redden door hulp aan te bieden

Slide 21 - Quizvraag

Een bron is
A
een plek waar je kunt uitrusten
B
een plek waar je informatie vandaan haalt

Slide 22 - Quizvraag

Wat zie jij?

Slide 23 - Tekstslide

Stelling 

Slide 24 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden


Wat betekende zelfredzaamheid ook alweer?




Slide 25 - Tekstslide

Zelfredzaamheid

Zelfredzaamheid betekent dat je voor jezelf kunt zorgen en je eigen problemen op kunt lossen.


In de maatschappij wordt een grote zelfredzaamheid van je verwacht.
Je moet steeds meer zelf organiseren en oplossen.


Slide 26 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden

Je eigen mening wordt steeds belangrijker: 
wat is de juiste keuze
welke informatie is geschikt en betrouwbaar
wat vind je zelf belangrijk?

Slide 27 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden
Een onderdeel van kritisch denken is je mening vormen.
>> je hoeft het niet altijd met elkaar eens te zijn.

Het gaat erom een vraag of onderwerp eerst van verschillende kanten te bekijken en pas daarna tot een oordeel te komen.

Je mening is dus niet het meest interessant.
Hoe je tot die mening komt, is veel belangrijker. 

Slide 28 - Tekstslide

Je mening bijstellen 

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht
>> kijk naar het volgende filmpje.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Wat deed meisje 1 dat het andere meisje en de jongen NIET deden?

Slide 32 - Open vraag

Vragen
1. Hebben de jongeren uit het filmpje kritisch nagedacht?
2. Reageer je wel eens op berichten? Waarom wel/niet?
3. Wat doe je als je het niet eens bent met een bericht?

Slide 33 - Tekstslide

Redeneren
Als je iets beweert, dan zeg je dat het zo is.
Je moet dan ook zeggen waarom dat zo is: je moet een argument geven.

Een ander woord voor argument is reden.
Als je argumenten geeft voor een bewering, ben je aan het redeneren

Slide 34 - Tekstslide

Hoe vorm je een mening?
Als je een mening wilt vormen, heb je betrouwbare informatie nodig.
Je kunt natuurlijk ook op die manier kijken of de mening die je al hebt wel klopt.

Je kunt dan je mening bijstellen.
Dat kan moeilijk zijn en vraagt daarom om openheid en lef.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Opdracht
>> kijk naar het volgende filmpje.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Vragen (3)
1. Welke bron gebruikt deze mevrouw om haar mening te onderbouwen?
2. Hoe betrouwbaar is deze bron?

Slide 39 - Tekstslide

Bedenk samen en schrijf de vragen die deze vrouw had kunnen stellen op.

Slide 40 - Tekstslide

3. Welke kritische vraag hebben jullie samen bedacht die deze vrouw had kunnen stellen?

Slide 41 - Open vraag

Feiten en meningen
Een mening is van iemand, iets persoonlijks
Je kunt deze niet controleren of checken.
Je kunt je mening wel veranderen, bijvoorbeeld als iemand met een goed argument komt.

Een feit is controleerbaar.
Je kunt dit bewijzen, maar je kunt een feit niet veranderen.

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Kritisch online: welke foto is waarheid?

Slide 44 - Tekstslide

Kritisch online

Slide 45 - Tekstslide

Nep nieuws
  • Heb jij weleens dingen gelezen of gehoord die ongeloofwaardig waren?
  • Heb jij zelf wel eens nepnieuws gedeeld?

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Video

Kritische vragen
  • is dit waar?
  • waarom is dat zo?
  • is dit een feit of een mening?
  • zijn de feiten te controleren?
  • hoe komt iemand tot zijn conclusie?
  • waarom is dit belangrijk?
  • komt deze informatie van een betrouwbare bron?
  • wat zeggen andere bronnen hierover?

Slide 48 - Tekstslide

Inleveropdracht: Zoek samen op internet naar een voorbeeld van nepnieuws 

Slide 49 - Tekstslide

Kritische denkvaardigheden - Lesdoelen
Aan het einde van deze les hebben:
1. jullie geleerd wat kritisch denken  en zelfredzaamheid betekent
2. jullie geoefend met je eigen mening vormen en zelf kritische vragen stellen
3. jullie geleerd wat het verschil is tussen een mening en een feit
4. jullie zelf kritisch gezocht naar nepnieuws
5. jullie kritische toegepast op een zelf gevonden nepnieuws artikel


Slide 50 - Tekstslide