Soorten werkwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

_Leerdoelen

Na deze les:

- ken je de drie werkwoordsoorten;

- weet je hoe je de drie werkwoordsoorten kunt herkennen;

- weet je het verschil tussen een werkwoordelijk gezegde en een naamwoordelijk gezegde.

Welke werkwoordsoort heeft een duidelijke betekenis?

1. hww
2. zww
3. kww

Wat voor een werkwoordsoort is 'worden' in de zin:
Ik word daar zo moe van.

1. hww
2. zww
3. kww
4. geen ww

Welke werkwoordsoort zit in onderstaande zin: 'De auto's rijden in een lange file.'

1. hww
2. zww
3. kww

Wat voor een werkwoordsoort is 'lijken' in onderstaande zin:
Hij had heel erg boos willen lijken.

1. hww
2. zww
3. kww
4. het is geen ww

Wat zijn de werkwoordsoorten in de volgende zin: De kantine wordt elke zondag door mevrouw Jansen schoongemaakt

1. wordt = hww; schoongemaakt = zww
2. wordt = kww; schoongemaakt = zww
3. wordt = hww; schoongemaakt = kww
4. wordt = kww; schoongemaakt = hww

Aan de slag

Grammatica woorden H3.8  opdracht 1, 4, 6, 7, 8

Grammatica zinsdelen H3.7 opdracht 1, 3, 5, 6

Leren voor de toets spelling