Taalcompleet thema 4 (A1)

Welke woorden van
thema eten ken je nog?
1 / 22
volgende
Slide 1: Woordweb
NT2Middelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welke woorden van
thema eten ken je nog?

Slide 1 - Woordweb

Wat zie je?

Slide 2 - Open vraag

Wat zie je?

Slide 3 - Open vraag

Wat zie je?

Slide 4 - Open vraag

Wat zie je?

Slide 5 - Open vraag

Wat is de goede vorm van komen?
Mijn vader _____ uit Suriname.
A
komen
B
kom
C
komt
D
komd

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de goede vorm van komen?
_____ jij vaak bij de slager?
A
Komt
B
kom
C
Kom
D
komen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de goede vorm van komen?
Jullie _____ op tijd in de les.
A
komen
B
komt
C
kom

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de goede vorm van komen?
Mijn broer en zus _____ uit Afrika.
A
kom
B
komen
C
komt

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de goede vorm van gaan?
Mijn nichtje _____ naar school.
A
ga
B
gaan
C
gat
D
gaat

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de goede vorm van gaan?
Ik ____ vaak naar de bioscoop.
A
ga
B
gaan
C
gaat

Slide 11 - Quizvraag

Wat eet je 's middags?

Slide 12 - Open vraag

Wat doe je met een mes?

Slide 13 - Open vraag

Wat vind jij niet lekker?

Slide 14 - Open vraag

Waarmee eet je soep?

Slide 15 - Open vraag

Wat drink je bij het avondeten?

Slide 16 - Open vraag

Vragen met een werkwoord maken



Wanneer je een zin vragend maakt, staat het werkwoord op de eerste plaats in de zin:
- Heb je gisteren pizza gegeten?
- Ga je morgen naar de bioscoop?
- Vind jij chocolade lekker?

Slide 17 - Tekstslide

Maak een vraagzin: De kinderen hebben straks pauze.

Slide 18 - Open vraag

Maak een vraagzin: Lisa vindt chips erg lekker.

Slide 19 - Open vraag

Maak een vraagzin:
Jij doet de boodschappen.

Slide 20 - Open vraag

Maak een vraagzin:
Jij komt vaak bij je familie.

Slide 21 - Open vraag

Maak een vraagzin:
Morgen gaat het regenen.

Slide 22 - Open vraag