4.2.1 - Handel op de lokale markt.

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 1

Ga (zo ver mogelijk) op je plek zitten, pak je laptop en open TijdVoorGeschiedenis.nl

4.2.1 - Handel op de lokale markt.

Een les over  hoe er langzaam weer handel en specialisatie kwam.

Wat gaan we doen vandaag?

1. Huiswerk nabespreken.
2. leerdoel + Inleiding.
3. Specialisatie en ambachten. 
4. De opkomst van de markt.
5. Tijd voor huiswerk
6. Afsluiting les.

Leerdoel: Wat gaan we leren vandaag?

• Aan het einde van de les kan jij in eigen woorden uitleggen waardoor mensen zich konden specialiseren in andere ambachten.

1. Aan het einde van de les weet jij wat een ambacht is.
2. Aan het einde van de les weet jij wat een markt is.
3. Aan het einde van de les weet jij wat  specialisatie is.

Schrijf deze 2 begrippen op in je aantekeningen. Vul deze aan in de les als ze op het bord staan.

- Ambachten.

- De markt.

Waardoor konden boeren meer voedsel produceren in de middeleeuwen?

Specialisatie en ambachten.

• Doordat er meer voedsel werd verbouwd, hoefde niet iedereen meer boer te zijn.
• Boeren gingen zich specialiseren: de één verbouwde tarwe, de ander groenten of fruit.

• Andere mensen kozen een ander beroep, bijvoorbeeld smit, bakker of kleermaker.
• Zulke beroepen noemen we ambachten: handwerk dat nuttige producten oplevert.
• Ambachtslieden maakten spullen voor anderen en konden daar geld of eten voor terugkrijgen.

De opkomst van handel.

• Boeren die meer dan genoeg voedsel produceerden, konden dit gaan verkopen.
• Gezinsleden hielpen mee op het land, waardoor de boerderij nog meer kon opleveren.

• Zo kon de boer zelf naar een markt om producten te verkopen en bleef er toch gewerkt worden op de boerderij.

• In steden woonden mensen die niet zelf verbouwden, maar wel spullen nodig hadden. Hier trok de boer dan heen om te handelen.
• Zo ontstond handel tussen stad en platteland – en later zelfs tussen steden onderling.

Hoe konden sommige boeren handelaar worden?

De markt.

• Markten ontstonden vaak bij steden of kloosters, waar mensen samenkwamen.
• Op de markt werd gehandeld: boeren verkochten voedsel, ambachtslieden verkochten spullen zoals wol of manden.
• De markt zorgde voor inkomsten voor de stad en trok meer mensen aan.

• Door markten kwamen verschillende producten op één plek – handig voor iedereen.
• Reizen werd na het jaar 1000 veiliger (minder Vikingen), dus markten konden groeien.

Samen een opdracht maken.

1. Open tijdvoorgeschiedenis.nl, ga naar tijdvak 4 en open paragraaf 4.1.1. "Meer voedsel, meer mensen".
2. Lees eerst vraag 4A &4B, hierdoor weet je waarop je moet letten in de tekst. (de rest is ook belangrijk!)
3. Lees de tekst, hier krijg je 3 minuten de tijd voor.
4. Lees de vraag nog een keer, wat wilt de vraag nu precies weten?
5. Klassikaal overleggen voor beste antwoord.

Zelfstandig werken.

• Lees eventueel de tekst nog een keer.
• Maak opdracht 3,4,7 & 8. Dit is huiswerk voor volgende week, als het niet af is krijg je een overschrijf opdracht. (NIET INLEVEREN!)

1. Lezen en opdrachten maken doe je zelfstandig, dat betekend in je eentje, vragen mag je aan de docent stellen.
2. De eerste 5 minuten werk je alleen, dan beantwoord ik ook geen vragen, als je een vraag niet snapt sla hem over.
3. Na de eerste 5 minuten mag je vragen stellen door, steek je hand op dan kom ik er aan.

Afsluiting les.

• Zorg ervoor dat het huiswerk gemaakt is voor de volgende week, dit zal zoals gewoonlijk in Somtoday komen te staan.

1. Sluit tijd voor geschiedenis af en sluit LessonUp af.

2. Zorg ervoor dat je de opdracht hebt opgeslagen!

3. Doe je laptop op slaapstand en ruim je spullen op.

4. Controleer of jij je plek netjes achterlaat.

5. Als Mr. Oomen zegt dat het tijd is mogen jullie gaan.