Spelling en formuleren les 9: Voltooid en onvoltooid deelwoord

Spelling en formuleren les 9: Voltooid en onvoltooid deelwoord
Welkom klas 1hv.
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je laptop, schrift en boek.
Stap 3: Ga naar lessonup.app en log in met je eigen naam.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Spelling en formuleren les 9: Voltooid en onvoltooid deelwoord
Welkom klas 1hv.
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je laptop, schrift en boek.
Stap 3: Ga naar lessonup.app en log in met je eigen naam.

Slide 1 - Tekstslide

Noteer de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes:
Ik heb mijn slaapkamermuur oranje (verven).

Slide 2 - Open vraag

Wat ga je doen?
Leerdoel: Ik kan het voltooid en onvoltooid deelwoord correct spellen.
Hoe bereik je dit doel?
  • Herhaling verleden tijd werkwoordspelling
  • Uitleg voltooid deelwoord
  • Oefenen voltooid deelwoord
  • Uitleg onvoltooid deelwoord
  • Oefenen onvoltooid deelwoord
  • Huiswerk: online: Voltooid en onvoltooid deelwoord: opdr. 1 t/m 4.

Slide 3 - Tekstslide

Noteer de juiste vorm van het werkwoord: Gisteren (branden) een huis helemaal af.

Slide 4 - Open vraag

De broers van mijn beste vriendin (rennen) afgelopen november de 4Mijl van Groningen.

Slide 5 - Open vraag

Persoonsvorm verleden tijd zwak werkwoord
Is het een persoonsvorm?
Is welke tijd staat de zin?
Is het een sterk of zwak werkwoord?
Sterk? Verander het ww van klank.
Zwak? Gebruik dan de regels van 'T EXKoFSCHiP/ 'T KoFSCHiPX/ 'T SeXyFoKSCHaaP
5a. Haal -en van het werkwoord af = stam.
5b. Kijk naar de laatste letter van de stam. Zit dit in 't XKFSCHP? 
Dan schrijf je ik-vorm +te of +ten.
5c. Nee? Dan schrijf je ik-vorm +de of +den

Slide 6 - Tekstslide

Noteer de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes: Gisteren (bewegen) de leerlingen van klas 1H tijdens LO.

Slide 7 - Open vraag

Afgelopen winter (vriezen) het amper.

Slide 8 - Open vraag

Noteer de juiste vorm van het werkwoord: Wat (willen) hij gisteren nou doen?

Slide 9 - Open vraag

Persoonsvorm verleden tijd sterk werkwoord
Sterk werkwoord: Een werkwoord dat van klank verandert in de verleden tijd. Voorbeeld: Bewegen -> bewogen.
Deze werkwoorden moet je in je hoofd stampen. Er zijn geen regels voor. 

Slide 10 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
1. Een voltooid deelwoord is geen persoonsvorm.
2. Je kunt er ge, be, ver, ont, her voor zetten.
3. Een vorm van hebben, zijn, worden is altijd de persoonsvorm.
4. Is je werkwoord sterk? Pas dan de klank toe.
5. Is je werkwoord zwak? Gebruik dan 't exkofschip
A) Haal -en eraf. Dit is de stam: verhuizen --> verhuiz.
B) Zit de laatste letter in 't exkofschip? ik-vorm + t + ge, be, ver, ont etc.
C) Zit de laatste letter nietin 't exkofschip? ik-vorm + d + ge be ver ont etc. verhuisde/verhuisden

Slide 11 - Tekstslide

Vul de juiste vorm in van het werkwoord: Het schip is naar de bodem (zinken).

Slide 12 - Open vraag

Haar taalgebruik is (verbeteren) door het vele oefenen.

Slide 13 - Open vraag

Maak van de volgende zin een zin met een voltooid deelwoord. (Verander de persoonsvorm naar een voltooid deelwoord): Ik verloor mijn vriendin op het festival.

Slide 14 - Open vraag

Het onvoltooid deelwoord
Onvoltooid deelwoord is ook GEEN PERSOONSVORM!
Onvoltooid deelwoord: De handeling is aan de gang. Het is de manier waarop iets gebeurt/wordt gedaan.
Hoe maak je het onvoltooid deelwoord:
- Infinitief = hele werkwoord + d --> lopend, rennend, fluitend
Voorbeelden: 
Mijn zus gaat fietsend naar de markt.
Fluitend doet Jannie de afwas

Slide 15 - Tekstslide

Noem het onvoltooid deelwoord uit de zin: Carlos heeft koppend gescoord.

Slide 16 - Open vraag

Vul de juiste vorm in van het werkwoord: Nu en dan even in het rond (kijken) pikten de vogeltjes de zaadjes op.

Slide 17 - Open vraag

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden
De commando’s hebben de vesting
(strijden) (veroveren).

Slide 18 - Open vraag

Huiswerk volgende les
Online: 
  • 1hvf: Trappen van vergelijking: 1, 2, 3 en 5
  • 1hvf: Voltooid en onvoltooid deelwoord: opdr. 1 t/m 4.

Lukt het niet online, dan in je boek:
  • Trappen van vergelijking: blz. 152 en 153
  • Voltooid en onvoltooid deelwoord: blz. 126 en 127
 

Slide 19 - Tekstslide