Semana 20 Unidad 5 lección 1, les 4

• Spaans
• WO
• Studiejaar 2

Necesitas el portátil (laptop) om de les te starten via LessonUp, la libreta (schrift), el libro (het boek)

Lesdoelen

Unidad 5 "Mi barrio"

Aan het einde van deze les ben je in staat om...

• Het vertellen over je stad en je buurt.
• Aanwijzende voornaamwoorden buiten te benoemen. 
• Verschillen tussen HAY en ESTAR

Wat weet je nog van onze laatste les? Schrijft 5 woorden in het Spaans die je voor de SO moet leren.

Hay

Betekent: er is/er zijn

Kent maar één vorm!!

Estar

Betekent: zich bevinden/liggen

Moet vervoegt worden!!

Yo estoy

Tú estás

Él/ella/usted está

Nosotros estamos

Vosotros estáis

Ellos/ellas están

Hay en estar

wanneer gebruik je hay

er is/er zijn

als het onbepaald is

wanneer gebruik je estar?

als het bepaald is

Está delante 

Está detrás

Está debajo

Está dentro

Está en, sobre, encima de

Está entre

Está a la izquierda

Está a la derecha

al lado de

Adverbios de lugar = bijwoorden van plaats.

• Ze geven een plaatsaanduiding weer.

Opdracht 1

Ejercicio 1: Vul in de volgende opdrachten "hay" of de juiste vorm van "ser" of "estar" in. 

 https://es.liveworksheets.com/gv1200830pd

Ejercicio 2:  Gimkit "Mi barrio" https://www.gimkit.com/view/64765746c44a53002bed185d

Opdracht 2

Ejercicio 1: Preposiciones de lugar/ Aanwijzende voornaamwoorden.

https://www.liveworksheets.com/worksheets/es/Espa%C3%B1ol_como_Lengua_Extranjera_(ELE)/Preposiciones_de_lugar/Preposici%C3%B3n_de_lugar_ls2891459lz

Ejercicio 2: Gimkit 

https://www.gimkit.com/view/647654cfe3a3390031d8420f

Opdracht 3

Maak de opdrachten van de samenvatting.

Preguntas/ Vragen?

Hebben jullie vragen of opmerkingen?

Wat ik nog moeilijk vind is...

Wat ik vandaag heb geleerd is...

Wat ik al goed kan is...

Wat ik met de lesstof kan doen is...

Mijn leerdoel van deze les was...