MBO NED 1F/2F 1.1 en 1.2 Aantrekkelijk spreken KB

NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

  • Je weet hoe je aantrekkelijk spreekt
  • Je kunt aantrekkelijker spreken
  • Je kan presenteren met een duidelijke opbouw erin (inleiding, middenstuk en slot)
  • Je kunt een spreker beoordelen

Doelen 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling:
Presenteren gaat mij makkelijk af!
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

aantrekkelijk spreken

Slide 4 - Woordweb

publiek nieuwsgierig maken
rechtop
aankijken
dingen laten zien
duidelijk
rustig 
verstaanbaar
  • je weet hoe je aantrekkelijk spreekt
  • je kunt een spreker beoordelen
  • je kunt aantrekkelijker spreken

Doelen 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantrekkelijk spreken
Aantrekkelijk spreken heeft niet alleen te maken met de inhoud, maar ook met de manier van presenteren.
Luisteraars vinden het prettig als je ontspannen bent en tijdens het spreken en  (oog)contact met ze maakt. Dat kun je alleen doen als je je goed hebt voorbereid.



Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips aantrekkelijk spreken
  • Maak je publiek (= luisteraars) nieuwsgierig. Begin bijvoorbeeld door iets te vertellen wat je zelf hebt meegemaakt. Je kunt ook beginnen met een of meer vragen.
  • Sta rechtop, houd je handen uit je zakken en maak rustige gebaren.
  • Kijk je publiek zo veel mogelijk aan.
  • Praat duidelijk, rustig en verstaanbaar.
  • Maak je presentatie interessanter door dingen te laten zien of fragmenten te laten horen.


  • Ben je zenuwachtig? Wees op tijd aanwezig, leg je spullen klaar en controleer of de apparatuur werkt. Haal een paar keer diep adem voor je begint; dat helpt ontspannen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips
  • bedenk een zin om mee te openen (NIET 'mijn naam is...') 
  • zet niet teveel tekst op je slides
  • gebruik beelden
  • nodig uit om vragen te stellen
  • bedenk een zin om mee af te sluiten

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3
Bereid een één-minuutpresentatie voor over je telefoon.
Bereid je voor door antwoord te geven op de vragen. Noteer je antwoord in steekwoorden (= de belangrijkste woorden).
  • Welk merk telefoon heb jij?
  • Waarom heb je deze telefoon gekozen?
  • Hoeveel geld besteed je per maand aan je telefoon?
  • Waarvoor gebruik jij je telefoon?
  • Hoeveel tijd besteed jij per dag aan je telefoon?
  • Wat zou er gebeuren als je een week geen telefoon kunt gebruiken?


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beoordelen en feedback
De anderen letten bij de presentatie op de volgende punten. Vul in wat je groepsgenoten van jou als spreker vonden. Vul in 'ja' of 'nee'.


  • Je maakt in de eerste zin(nen) het publiek nieuwsgierig naar de rest van jouw verhaal.
  • Je spreektoon is levendig.
  • Je praat rustig en goed verstaanbaar.
  • Je kijkt het publiek zo veel mogelijk aan.
  • Je staat rechtop en maakt zo nu en dan een gebaar.





Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maak een presentatie in Powerpoint over je favoriete vakantieland

  • Wat is je favoriete vakantieland? Maak een PPT met 5 slides: 
  1. Onderwerp van je presentatie, je naam, de datum
  2. Uitleg reden 1 met plaatje(s), filmpje en tekst
  3. Uitleg reden 2 met plaatje(s) en tekst
  4. Uitleg reden 3 met plaatje(s) en tekst
  5. Slide 5:  plaatje en tekst 'zijn er vragen?'

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een duidelijke opbouw
Een presentatie met een duidelijke opbouw zorgt ervoor dat je luisteraars je beter begrijpen.

  • Inleiding
  • Kern 
  • Slot

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
  • Stel jezelf voor als het publiek jou niet kent.
  • Maak in je openingszinnen je publiek nieuwsgierig naar de rest van je presentatie.
  • Noem ook het onderwerp van je presentatie.
  • Vertel waarom je dit onderwerp hebt gekozen
  • Vertel in welke volgorde je de informatie gaat vertellen


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
  • Begin met iets uit een gedeeld verleden.
  • Begin met een waarheid als een koe.
  • Begin met een dreigend gevaar.
  • Begin met een citaat.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Middenstuk

  • Verdeel de informatie in deelonderwerpen (= verschillende kanten van het onderwerp).
  • Zet de deelonderwerpen in een logische volgorde.
  • Gebruik signaalwoorden die de volgorde aangeven, zoals eerst, daarna en vervolgens.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Slot
  • Herhaal het belangrijkste.
  • Sluit je presentatie af met een leuke slotzin, zodat de luisteraars weten dat je presentatie is afgelopen.
  • Vraag of er nog vragen zijn.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoort met de armen over elkaar staan bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort zittend presenteren bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort voorlezen bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort van tevoren je oordopjes uitdoen bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort je jas aanhouden bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort je pet ophouden bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort je armen losjes naast je lichaam bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort tegen de muur leunen bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoort vriendelijk kijken bij een goede spreekhouding?
A
WEL
B
NIET

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef Tess drie tips om haar spreekhouding te verbeteren.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

beoordeel student 1
Toon:saai, op één toon/levendig, niet op één toon
Volume:te zacht/goed/te hard
Tempo:te snel/goed/te langzaam
Verstaanbaarheid:goed verstaanbaar/mompelen
Presentatie student 1

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toon student 1
saai/op één toon
levendig/niet op één toon

Slide 35 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Volume student 1
te zacht
goed
te hard

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Tempo student 1
te snel
goed
te langzaam

Slide 37 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Verstaanbaarheid student 1
goed verstaanbaar
mompelen

Slide 38 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Toon: saai, op één toon/levendig, niet op één toon
Volume: te zacht/goed/te hard
Tempo: te snel/goed/te langzaam
Verstaanbaarheid: goed verstaanbaar/mompelen

Presentatie student 2

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toon student 2
saai/op één toon
levendig/niet op één toon

Slide 40 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Volume student 2
te zacht
goed
te hard

Slide 41 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Tempo student 2
te snel
goed
te langzaam

Slide 42 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Verstaanbaarheid student 2
goed verstaanbaar
mompelen

Slide 43 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Mijn advies aan student 1 is:

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mijn advies aan student 2 is:

Slide 45 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef een presentatie over je telefoon. Noteer je antwoord in steekwoorden (= de belangrijkste woorden).

  1. Welk merk telefoon heb jij?
  2. Waarom heb je deze telefoon gekozen?
  3. Hoeveel geld besteed je per maand aan je telefoon?
  4. Waarvoor gebruik jij je telefoon?
  5. Hoeveel tijd besteed jij per dag aan je telefoon?
  6. Wat zou er gebeuren als je een week geen telefoon kunt gebruiken?

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips
  • Noteer een voorbeeld waarmee je kunt uitleggen hoe belangrijk de telefoon voor jou is.
  • bedenk een zin om mee te openen (NIET 'mijn naam is...') 
  • nodig uit om vragen te stellen
  • bedenk een zin om mee af te sluiten

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips & Tops

Slide 49 - Woordweb

Je maakt in de eerste zin(nen) het publiek nieuwsgierig naar de rest van jouw verhaal.
Je spreektoon is levendig.
Je praat rustig en goed verstaanbaar.
Je kijkt het publiek zo veel mogelijk aan.
Je staat rechtop en maakt zo nu en dan een gebaar.


Toon, tempo, volume, verstaanbaarheid

Slide 50 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mijn advies is:

Slide 51 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Presenteren vind ik makkelijker na
deze les

😒🙁😐🙂😃

Slide 52 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

NU Nederlands 1F/2F aantrekkelijk spreken

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies