drie weerstanden (R1 = 12 Ohm, R2 = 6 Ohm en R3 = 4 Ohm)
een stroombron met gelijkspanning
Bereken de vervangingsweerstand. (Noteer de formule en de gegevens!)
Slide 8 - Tekstslide
Uitkomst berekening
drie weerstanden (R1 = 12 Ohm, R2 = 6 Ohm en R3 = 4 Ohm)
Rv = R1 + R2 + R3 Rv = 12 + 6 + 4
Rv = 22 Ω
Slide 9 - Tekstslide
Wat is automatisch schakelen.
Apparaat in werking door ander apparaat
Dit kan gebeuren voor de veiligheid (het aanzetten van een stroomkring met een grote spanning door een stroomkring met een lage spanning) of gemak (een inbraak alarm moet werken zonder dat de inbreker de schakelaar van het alarm aanzet)
Slide 10 - Tekstslide
Onderdelen van een automatische schakeling
Er zijn drie onderdelen:
De sensor - maakt een elektrisch signaal wanneer iets gebeurt.
De schakelaar - reageert op de sensor en schakelt de stroom in of uit.
De actuator - doet wat gewenst is; lamp aan, sirene maakt geluid, motor slaat aan.
Slide 11 - Tekstslide
Waarom is het handig dat een inbraak alarm automatisch geschakeld is?
A
De inbreker zelf zet het alarm niet aan
B
Omdat je een inbreker beter niet tegen het lijf moet lopen
C
Om de inbreker niet te storen
D
Dan heb je alle tijd om de inbreker af te tuigen
Slide 12 - Quizvraag
Bij een inbraakalarm is het brekende glas (draadje in het glas) de
A
Sensor
B
Verwerker
C
Actuator
D
Schakelaar
Slide 13 - Quizvraag
Bij een inbraakalarm is het alarm de
A
Sensor
B
Schakelaar
C
Actuator
D
Verwerker
Slide 14 - Quizvraag
Transistor
Zet actuator aan of uit.
- Collector (C)
- Basis (B)
- Emitter (E)
Als er geen stroom loopt van basis naar emitter dan kan er ONMOGELIJK een stroom lopen van collector naar emitter