In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Leven zonder geluid:
➜ Doofheid en slechthorendheid
Gevolgen
Hulpmiddelen
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen doof en slechthorend
Slide 2 - Woordweb
Verschil doof en slechthorend
Dove mensen leven helemaal zonder geluid, die horen dus helemaal niks.
Slechthorende mensen die horen minder goed, zij kunnen bijvoorbeeld horen dat hun moeder roept, maar niet wat zij dan precies roept.
Slide 3 - Tekstslide
Doofheid/Slechthorendheid
Aangeboren (bij de geboorte is iets anders gegaan)
Erfelijk (Bij je geboorte meegekregen van je ouders)
Gekregen (na een ongeluk, luide muziek, harde knal)
Slide 4 - Tekstslide
Mensen die niets kunnen horen noem je
A
Slechthorend
B
Doof
Slide 5 - Quizvraag
Leven zonder geluid:
Doofheid en slechthorendheid ✔
➜ Gevolgen
Hulpmiddelen
Slide 6 - Tekstslide
Leven zonder geluid
Kan ook erg moeilijk zijn. Iemand die doof of slechthorend is kan namelijk niet meer goed met iemand praten en luisteren. Je kunt je er onzeker door voelen. Je mist informatie die anderen wel krijgen.
Je kunt je hierdoor eenzaam voelen.
Soms maak je dan minder contact met anderen.
Slide 7 - Tekstslide
Ik kan in rumoerige situaties alles goed verstaan
A
ja
B
nee
C
lastig
D
moeizaam
Slide 8 - Quizvraag
ik kan met horende mensen goed contact maken
A
ja
B
nee
C
lastig
D
moeizaam
Slide 9 - Quizvraag
Leven zonder geluid
Zorg voor oogcontact
Geef de ander meer de tijd
Gebruik je lichaamstaal om je verhaal te verduidelijken
Wees duidelijk wat een grapje is en wat niet
Wees respectvol, sluit niet buiten
Doe niet overdreven, maar normaal. Dove kinderen zijn dat ook.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe kan jij een doof of slechthorend kind helpen in je klas?
Slide 11 - Woordweb
Leven zonder geluid:
Doofheid en slechthorendheid ✔
Gevolgen ✔
➜ Hulpmiddelen
Slide 12 - Tekstslide
Hulpmiddelen
Gebarentaal:
Taal die met de handen gesproken wordt.
Slide 13 - Tekstslide
Hulpmiddelen
Gebarentolk:
een gebarentolk vertaalt de gesproken woorden in gebarentaal, dit zie je bijvoorbeeld vaak terug op televisie.
Slide 14 - Tekstslide
Hulpmiddelen voor doven en slechthorenden? Ik ken er wel...