Herhaling unit 1,2,3

tante
A
uncle
B
aunt
1 / 18
volgende
Slide 1: Quizvraag
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

tante
A
uncle
B
aunt

Slide 1 - Quizvraag

pet
A
huisdier
B
pet

Slide 2 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen 'she' en 'they'?
A
She is meerdere personen, they is een persoon
B
She is een persoon, they zijn meerdere personen

Slide 3 - Quizvraag

Vertaal "Wij zijn jong" in het Engels.

Slide 4 - Open vraag

Vertaal "Zijn wij jong?" in het Engels.

Slide 5 - Open vraag

Welke woorden zijn bezittelijk?
A
I, you, he, she, it
B
My, your, her, his, its

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de vertaling voor juni?
A
juni
B
Juni
C
june
D
June

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de overeenkomst tussen de dagen van de week en maanden van het jaar ?
A
niks
B
alles eindigt op een y
C
alles schrijf je met een hoofdletter

Slide 8 - Quizvraag

Have got / has got
I ... an English test Thursday.
A
have got
B
has got

Slide 9 - Quizvraag

have got / has got
The dog ... a tail.
A
have got
B
has got

Slide 10 - Quizvraag

My brother and I ... a playstation.
A
have got
B
has got

Slide 11 - Quizvraag

A giraffe ... swim
A
can
B
can't

Slide 12 - Quizvraag

... you come to my party?
A
Can
B
Can't

Slide 13 - Quizvraag

No, I ..., I have homework to do.
A
can
B
can't

Slide 14 - Quizvraag

(read) My father .. the newspaper
A
read
B
reads

Slide 15 - Quizvraag

(listen) We ... to the teacher
A
listen
B
listens

Slide 16 - Quizvraag

(explain) The teacher ... the grammar.
A
explain
B
explains

Slide 17 - Quizvraag

(like) She ... to talk
A
like
B
likes

Slide 18 - Quizvraag