26/10 Ln6a Journaal + tekst lezen

Welkom Ln6a!
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom Ln6a!

Slide 1 - Tekstslide

Planning 26/10

  • stillezen en woorden noteren
  • werken uit Zebra 3 Les 1
  • volkslied Iran (als Armiti er is)
  •  voorlezen

Slide 2 - Tekstslide

stillezen
  • Schrijf moeilijke woorden op in je schrift en op het blaadje
timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Moeilijke woorden opschrijven

Slide 4 - Tekstslide

maken Zebra 3 Les 1
  • samen blz. 8 en 9
  • blz. 10: 3 en 4 overslaan
  • punt 9 blz. 14  tekst samen lezen 

Slide 5 - Tekstslide

Jeugdjournaal kijken (20 min.)
  • vragen beantwoorden 

Slide 6 - Tekstslide

voorlezen

Slide 7 - Tekstslide

uitleg Zebra 3 Les 1
  • Wat is vriendschap?
  • Wat doe je samen als je bevriend bent?
  • Waarom zijn vrienden belangrijk?
  • Vertel je je vrienden alles?

Slide 8 - Tekstslide

uitleg Zebra 3 Les 1
  • Vrienden lijken vaak op elkaar: ze hebben vaak dezelfde hobby's of karaktereigenschappen. Een voorbeeld van een karaktereigenschap is rustig. (iemand is rustig)
  • Welke karaktereigenschappen ken jij nog meer?
  • Noteer er zoveel mogelijk in je schrift.

Slide 9 - Tekstslide

introductie Zebra 3 Les 1
  • Les 1 gaat over vriendschap.
  • Bekijk het volgende filmpje.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Wat lees je voordat je een tekst gaat lezen?
  • 1. Schrijf op in je schrift wat je leest en bekijkt.
  • 2. Lees eerst de tekst zachtjes voor jezelf. Daarna gaan we hem samen lezen.


Slide 12 - Tekstslide

Tekst orienterend lezen
Voordat je een tekst helemaal gaat lezen, ga je de tekst eerst oriënterend lezen. Dat betekent dat je de volgende dingen leest:
  • titel
  • tussenkopjes
  • bron (= waar de tekst uit komt, staat onderaan de tekst, bv. een krant)
  • Je kijkt ook naar de afbeeldingen (plaatjes) als die er zijn

Slide 13 - Tekstslide

Tekst lezen
Vragen bij de tekst:
  1.  Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?
  2. Uit welke alinea ('s) bestaat de inleiding?
  3. Uit welke alinea's bestaat het middenstuk?
  4. Wat is het onderwerp van de tekst? Antwoord in 1-3 woorden
  5.  Welke deelonderwerpen herken je in de tekst? Antwoord in 1-3 woorden

Slide 14 - Tekstslide