p3 leenwoorden

P3 Spelling
Leenwoorden (blz. 250 /Online P3 Spelling: Leenwoorden.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

P3 Spelling
Leenwoorden (blz. 250 /Online P3 Spelling: Leenwoorden.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer plaats je een koppelteken bij een Engels leenwoord?
A
Als het een samenstelling is
B
Als het begint met een hoofdletter
C
Als het rechterdeel van een samenstelling een voorzetsel is
D
Na elke klinker

Slide 3 - Quizvraag

Welk woorden zijn leenwoorden?
(geef meer dan 1 antwoord.)
A
dessert
B
gadgets
C
huiskamer
D
e-reader

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel procent van onze taal bestaat uit leenwoorden?
A
10%
B
25%
C
50%
D
75%

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord is een leenwoord?

A
appel
B
computer
C
jas
D
tafel

Slide 6 - Quizvraag

Welke Franse leenwoorden ken jij?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Welk woord is een leenwoord?

A
toetje
B
cadeau
C
vlieg
D
vijgen

Slide 9 - Quizvraag

Welk van de volgende woorden is een leenwoord
A
bodyguard
B
afspraakje
C
proefwerk
D
model

Slide 10 - Quizvraag

Uit welke taal komt het leenwoord 'trottoir'?
A
Engels
B
Duits
C
Frans

Slide 11 - Quizvraag

Welk leenwoord is niet afgeleid
van het Latijn?
A
alias
B
album
C
jaloers
D
agent

Slide 12 - Quizvraag

Uit welke taal komt het leenwoord:
sowieso
A
Russisch
B
Duits
C
Engels
D
Zweeds

Slide 13 - Quizvraag

Benoem het leenwoord.
Ze draagt het liefst sneakers en een broek.
A
draagt
B
broek
C
liefst
D
sneakers

Slide 14 - Quizvraag

Uit welke taal komt het leenwoord:
Yoghurt
A
Frans
B
Duits
C
Turks
D
Russisch

Slide 15 - Quizvraag

Aan de slag
Maak in deze les Opdracht 1 en 2 van Spelling P3
Daarna ga je of verder met P2 of je maakt P3 af.
Je werkt rustig en in stilte. Je krijgt hier 25 minuten de tijd voor.
Ben je klaar? Dan ga je lezen! 
timer
25:00

Slide 16 - Tekstslide