Les 230221 A2a G2c les grammatica K4

Guten Morgen

Lesdoelen - aan einde van de les ken ik drie Duitse Modalverben.

Online - 10 minuten instructie over grammatica- dan 15 mn zelfstandig thuis werken

Klas is zelfstandig aan het werk met opdracht uit WEEKtaak Elo

Aufgabe 3-10 minuten werken dan 15 mn in de klas instructie en oefeningen maken.( geen keuze uit de opgaven weektaak)

1 / 17

Slide 1: Tekstslide

DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Lesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Guten Morgen

Lesdoelen - aan einde van de les ken ik drie Duitse Modalverben.

Online - 10 minuten instructie over grammatica- dan 15 mn zelfstandig thuis werken

Klas is zelfstandig aan het werk met opdracht uit WEEKtaak Elo

Aufgabe 3-10 minuten werken dan 15 mn in de klas instructie en oefeningen maken.( geen keuze uit de opgaven weektaak)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Online - uitleg

S. 60 TB

Modalverben- hulpwerkwoorden van modaliteit

Deze werkwoorden geven iets aan. Deze drie in het Duits geven aan: mogelijkheid

Können, dürfen, mögen

timer

10:00

Slide 2 - Tekstslide

oortjes, alleen via meet. camera in de klas uit

können vs dürfen

können - dan kan je iets.

Du kannst gerne zu mir kommen.

Du kannst schon Autofahren?

dürfen- mogen met een toestemming

Darf ich hier parken?-Mag ik hier parkeren

dat is iets anders dan- Kan ik hier parkeren? Past de auto wel?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dürfen vs mögen

in het Nederlands beide vertaald als mogen- welke wordt bedoeld?

1. Mag ik een pizza? - Darf ich eine Pizza?

2.Houd ik van pizza? - Mag ich eine Pizza? Nee, hoe kom je daar nou bij!

dürfen- toestemming, mogen

mögen - houden van, lusten, graag mogen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

möchten- geeft netjes willen aan

möchten - zou graag willen

Ik wil graag een ijsje.

Hoe vertaal je dat?

.....

Ich will??

Dat is niet beleefd in Duistland

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vervoeg je het ?

Ich er sie es - geen uitgang

stam verandering bij wie ihr die Die - wel zelfde uitgangen.

Ich mache - ich kann

Du machst - du kannst

er sie es man machst - er sie es man kann

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vervoegen- vervolg

Wir machen - wir können

ihr macht - ihr könnt

sie machen- sie können

Sie machen - Sie können

Het werkwoord wat erbij staat in de zin waarover je iets zegt, is een infinitief (heel werkwoord)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Online nu zelfstandig verder

machen Aufgabe 4, 5, 6

S. 9, 10

kijk hoe ver je komt- met TB erbij.

Kom om..(tijdstip)...weer online

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Online - uitleg

S. 60 TB

Modalverben- hulpwerkwoorden van modaliteit

Deze werkwoorden geven iets aan. Deze drie in het Duits geven aan: mogelijkheid

Können, dürfen, mögen

timer

10:00

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

können vs dürfen

können - dan kan je iets.

Du kannst gerne zu mir kommen.

Du kannst schon Autofahren?

dürfen- mogen met een toestemming

Darf ich hier parken?-Mag ik hier parkeren

dat is iets anders dan- Kan ik hier parkeren? Past de auto wel?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dürfen vs mögen

in het Nederlands beide vertaald als mogen- welke wordt bedoeld?

1. Mag ik een pizza? - Darf ich eine Pizza?

2.Houd ik van pizza? - Mag ich eine Pizza? Nee, hoe kom je daar nou bij!

dürfen- toestemming, mogen

mögen - houden van, lusten, graag mogen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

möchten- geeft netjes willen aan

möchten - zou graag willen

Ik wil graag een ijsje.

Hoe vertaal je dat?

.....

Ich will??

dat is niet beleefd in Duitsland

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vervoeg je het ?

Ich er sie es - geen uitgang

stam verandering bij wie ihr die Die - wel zelfde uitgangen.

Ich mache - ich kann

Du machst - du kannst

er sie es man machst - er sie es man kann

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vervoegen- vervolg

Wir machen - wir können

ihr macht - ihr könnt

sie machen- sie können

Sie machen - Sie können

Het werkwoord wat erbij staat in de zin waarover je iets zegt, is een infinitief (heel werkwoord)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Übung 4

Wie kan het zelf en wie wil het samen doen?

De rest kan met Aufgabe 4,5 und 6 anfangen.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weet je na deze les können, dürfen, mögen en möchten te vervoegen?

een beetje

nee

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Les 230221 A2a G2c les grammatica K4

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Poll

Meer lessen zoals deze

les 26032021 G2c

3VWO Modale werkwoorden

20.11. Modalverben, Schreiben E

Les 18

13.11. modal hww

Modale Werkwoorden in het Duits

Les 8: Modalverben (2)

Kapitel 8 A 2 invulzinnen dürfen, können, wissen en müssen