In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
PC17 Energiegebruik
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je weet wat de betekenis is van energietransitie, circulaire economie en afvalvoetafdruk.
Je begrijpt waarom het belangrijk is dat er een energietransitie komt.
Je kunt het verschil tussen draagkracht en ecologische voetafdruk aflezen en benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
De gemiddelde ecologische voetafdruk van een Nederlander is ongeveer 5 ha. Wij gebruiken in gemiddeld meer / minder ruimte dan Nederland (4.154.300 ha) groot is.
A
meer
B
minder
Slide 3 - Quizvraag
Energie
Een groot deel van die voetafdruk bestaat uit het gebruik van fossiele energiebronnen.
Al deze natuurlijke hulpbronnen raken uiteindelijk op.
Daarom moeten we omschakelen naar andere vormen van energie.
Slide 4 - Tekstslide
Schoon wonen
Huizen die nieuw gebouwd worden, hebben vaak geen gasaansluiting meer. Voor verwarming en voor het koken wordt elektriciteit gebruikt.
Dat is niet per se beter voor het milieu. Het hangt er van af hoe die stroom wordt opgewekt.
Slide 5 - Tekstslide
Schoon wonen
Het is beter voor het milieu als je groene stroom gebruikt. Dat is zonne-energie, warmtepomp en vaak windenergie.
Je kunt er ook voor kiezen om je huis energieneutraal te maken. Dat betekent dat het huis net zo veel energie opwekt als er verbruikt wordt.
Slide 6 - Tekstslide
In dit huis wordt net zoveel energie opgewekt als de mensen gebruiken. Dit huis is
A
energiezuinig
B
energieneutraal
C
energievriendelijk
D
energievretend
Slide 7 - Quizvraag
Wanneer je huis niet energieneutraal is, kun je toch iets doen aan een duurzamere wereld.
Welke stroom is beter voor het milieu?
A
aardgas
B
groene stroom
C
groengas
D
steenkool
Slide 8 - Quizvraag
Schoon wonen
Overschakelen van het gebruik van fossiele energie naar duurzame energie, bijvoorbeeld zonne-energie, windenergie heet:
energietransitie
Slide 9 - Tekstslide
Zuinig wonen
Naast schoon wonen kun je er ook voor zorgen dat je minder energie gaat gebruiken. Op welke manier?
isoleren van het huis
Op welke manier draagt isolatie bij aan het gebruik van minder energie?
het kost minder energie om het huis te verwarmen omdat de warmte niet verdwijnt.
Slide 10 - Tekstslide
Schoner transport
Andere vormen van vervoer kunnen ook bijdrage aan vermindering van CO2 uitstoot.
Welke vervoersmiddelen stoten veel CO2 uit?
Slide 11 - Tekstslide
Welke vervoersmiddelen stoten veel CO2 uit?
Slide 12 - Woordweb
Op welke manier kan vervoer van deze
vervoersmiddelen duurzamer ?
auto's
vliegtuig
vrachtwagen
schepen
elektrischeauto’s en thuiswerken
motoren energiezuiniger maken
dichter bij huis produceren
Slide 13 - Sleepvraag
Hergebruik
Een goede manier om te zorgen voor minder transport is recyclen en hergebruiken. Door hergebruik verminder je de
afvalvoetafdruk
Wanneer er veel nieuwe grondstoffen worden gebruikt en weinig hergebruik plaats vindt is er sprake van een
lineaire economie
Slide 14 - Tekstslide
Hergebruik
Wanneer er van veel hergebruik van grondstoffen sprake is en weinig toevoeging van nieuwe gewonnen grondstoffen dan spreken wij van een
circulaire economie
Slide 15 - Tekstslide
Door hergebruik van grondstoffen zorg je voor een circulaire economie. In zo’n economie worden veel grondstoffen hergebruikt en blijft er weinig afval over.