Afsluitende quiz

 de quiz
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieLezen+3BasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Introductie

Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis in de quiz!

Onderdelen in deze les

 de quiz

Slide 1 - Tekstslide

Wat hebben jullie geleerd? Test je kennis in de quiz!

Slide 2 - Tekstslide

..
.
Waarom is het voor veel dieren zo belangrijk om een schutkleur te hebben? Er zijn twee antwoorden goed.
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Daarmee herkennen ze soortgenoten gemakkelijk.
B
Daarmee beschermen ze zichzelf tegen de vijand, waardoor ze minder snel worden opgegeten.
C
Daarmee kunnen ze ongemerkt jagen.
D
Daarmee kunnen ze goed communiceren met soortgenoten.

Slide 3 - Quizvraag

..
.
WAAR of NIET WAAR?
Een ijsbeer heeft een schutkleur, zodat hij ongemerkt kan jagen!
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Waar.
B
Niet waar, een ijsbeer heeft helemaal geen schutkleur.
C
Niet waar, een ijsbeer heeft een schutkleur zodat hij niet zo opvalt voor de vijand.
D
Niet waar. Maar een ijsbeer kan wel veranderen van kleur.

Slide 4 - Quizvraag

..
.
WAAR of NIET WAAR? Sommige dieren hebben zowel van boven als van onder een schutkleur. Zo zijn ze goed gecamoufleerd van beide kanten!
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 5 - Quizvraag

..
.
WAAR of NIET WAAR? De sprinkhaan kan zich aanpassen aan de bodemsoort. Zo lijkt-ie de ene keer op zand en dan weer op kiezels!
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Waar.
B
Niet waar, maar dit geldt wel voor de eekhoorn.
C
Niet waar, maar dit geldt wel voor platvissen.
D
Niet waar, maar dit geldt wel voor de wandelende tak.

Slide 6 - Quizvraag

..
.
WAAR of NIET WAAR?
Er zijn ook dieren die de vorm kunnen aannemen van hun omgeving!
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Waar. Dat doen bijvoorbeeld de platvis en de wandelende tak.
B
Waar. Dat doen bijvoorbeeld de wandelende tak en de wesp.
C
Waar. Dat doen bijvoorbeeld de ijsbeer en de rups.
D
Niet waar. Dat kunnen dieren helemaal niet!

Slide 7 - Quizvraag

..
.
WAAR of NIET WAAR? Dieren die juist extra opvallen door felle kleuren en patronen, zijn vaak giftig, gevaarlijk of niet smakelijk.
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Waar. Voorbeelden zijn het lieveheersbeestje en de wesp.
B
Waar. Een voorbeeld is de wandelende tak.
C
Waar. Een voorbeeld is de zweefvlieg.
D
Niet waar. Die dieren bestaan helemaal niet!

Slide 8 - Quizvraag

..
.
Wat hebben de felle kleuren en patronen voor effect op de vijanden van deze dieren?
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Ze vallen hierdoor extra op, waardoor ze voor hun vijanden een gemakkelijke prooi vormen!
B
Ze waarschuwen hiermee hun aanvallers, waardoor hun vijanden ze vaak liever met rust laten.

Slide 9 - Quizvraag

..
.
Bekijk de afbeelding hiernaast. Hier zie je een zweefvlieg. Wat is het voordeel van zijn uiterlijk?
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Hij heeft sterke vleugels. Daardoor is hij zijn natuurlijke vijanden meestal te snel af!
B
Zijn lijfje is vooral geel. Daardoor valt hij niet op als hij op gele bloemen zit. Hij heeft dus een schutkleur!
C
Hij heeft sterke poten. Daarmee wint hij het gevecht met zijn natuurlijke vijanden gemakkelijk!
D
Hij lijkt op een wesp, waardoor veel vogels denken dat hij gevaarlijk is. Daardoor wordt hij minder snel opgegeten.

Slide 10 - Quizvraag

..
.
Weet jij het nog? Hoe heet die rups ook alweer die zijn kop op een slangenkop kan laten lijken?
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
De lentevuurspin.
B
De Heb-ik-dat-super-enge-groene-vlinder.
C
De Hemeroplanes triptolemus-vlinder.
D
Zo'n rups bestaat helemaal niet!

Slide 11 - Quizvraag

..
.
Bekijk de afbeelding hiernaast. Hier zie je een dagpauwoog. Wat is het voordeel van zijn uiterlijk?
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
A
Hij heeft enorm sterke vleugels. Daardoor is hij pijlsnel en is hij zijn natuurlijke vijanden, zoals vogels, meestal te snel af!
B
Als een vogel bijvoorbeeld een dagpauwoog wil pakken, klapt het dier zijn vleugels open. De vogel schrikt zich een hoedje van die enge ogen die hem ineens aanstaren!
C
Hij heeft lange voelsprieten. Hierdoor weet hij vaak al snel dat er natuurlijke vijanden in de buurt zijn. Hij kan dan meestal net op tijd ontsnappen!
D
Eigenlijk heeft de dagpauwoog gigantisch veel pech. Door zijn opvallende kleuren is hij een gemakkelijke prooi voor zijn natuurlijke vijanden, zoals vogels.

Slide 12 - Quizvraag

.
Wat weet jij nog over het onderwerp van deze week?Test je kennis!
Leg in je eigen woorden uit welke trucjes dieren toepassen om zich te beschermen tegen vijanden?

Slide 13 - Open vraag

              Tot de volgende keer!

Slide 14 - Tekstslide