H3 P2.4 Straling gebruiken

Wat doen we vandaag?
Aantekeningen maken bij 2.3
Uitleg over straling gebruiken voor:
-communicatie
-behandeling
-diagnose
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
Aantekeningen maken bij 2.3
Uitleg over straling gebruiken voor:
-communicatie
-behandeling
-diagnose

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stralingsdosis
Dit is de hoeveelheid straling per kg van de stof waar de straling doorheen gaat
eenheid= (milli) Sievert

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stralingsdosismeter
  1. Meet alle straling
  2. berekent stralingsdosis
    (gecorrigeerd voor het soort straling)
  3. Stralingsdosis is de in het lichaam
    geabsorbeerde stralingsenergie met een correctie voor het soort straling
Telt hij alpha straling nu juist wél of niet zwaar mee?

Slide 3 - Tekstslide

Leuk om te vertellen
  1. Als je volgens de meter teveel straling hebt ontvangen mag je niet meer werken. 
  2. vrouwen met kinderwens wordt geadviseerd snel aan kinderen te beginnen of niet dit werk te doen in het ziekenhuis
Bescherming
  1. neem afstand
  2. plaats iets tussen jezelf en de bron
  3. minimaliseer de mogelijke blootstellingsduur

Slide 4 - Tekstslide

Leuk om te vertellen
  1. Als je volgens de meter teveel straling hebt ontvangen mag je niet meer werken. 
  2. vrouwen met kinderwens wordt geadviseerd snel aan kinderen te beginnen of niet dit werk te doen in het ziekenhuis
Leerdoelen P5.3
  1. Hoe wordt ioniserende straling in het ziekenhuis gebruikt
  2. hoe wordt ioniserende straling gebruikt bij het stellen van een diagnose
  3. hoe wordt ionisernde straling gebruikt bij het behandelen
  4. wat is het verschil tussen bestraling en besmetting
  5. hoe straling wordt gebruikt voor communicatie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

P2.4 straling gebruiken
hv 3 - natuurkunde overal

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling bij communicatie
Glasvezelkabel, gebruikt voor 
 internet en werkt met
infraroodstraling

Radiomast zend radiogolven
en microgolven(4G)

Vuurtoren zend licht uit
voor navigatie op zee.
               


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereik van straling
Golven kunnen langs obstakels die kleiner zijn dan de golflengte.
Radiogolven(GPS en radio) komen dus verder dan microgolven(wifi,bluetooth en 4G)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom gebruiken we ionisernde straling?
Ioniserende straling KAN schadelijk voor je zijn. Je loopt een verhoogd risico op bijvoorbeeld kanker. Toch gebruiken we het in het ziekenhuis om diagnose te stellen of te behandelen.

Soms moet de arts een keuze maken; is de kwaal erg genoeg om dit middel in te zetten?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose (kijken) met rontgenstraling
  • altijd uitwendig
  • bot heeft een hoge dichtheid en kleurt wit, tumoren hebben ook een hogere dichtheid dan gezond weefsel.
    (absorbeerd meer straling dan de omgeving)
  • foto geeft beeld in 2d

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CT-scan
afkorting betekend: Computerized tomography (CT) 

Tomografie is een algemene term voor beeldtechniek waarbij  straling gebruikt die door weefsel heen gaat.

CT scan maakt gebruik van röntgenstraling

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose (kijken) met rontgenstraling
  • CT-scan geeft beeld in 3d - hoe?
  • maakt 'plakjes'  van je lichaam

je ontvangt méér rontgenstraling dan bij een gewone rontgenfoto

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PET-scan
PET staat voor: Positron emission tomography

Een PET scan werkt met een ingespoten radioactief suiker (tracer). 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose (kijken) met tracers
  • tracer = licht radioactieve stof gekoppeld aan suikers
    (jodium speciaal voor de schildklier)
  • wordt ingespoten in je bloed of je ademt het in in je longen
  • de tracer zendt een signaal naar buiten je lichaam, daar wordt het opgevangen en met behulp van een PET-scan bepaald waar het precies vandaan kwam. 

Kiezen we alpha, beta of gammastraling voor de tracer? En waarom?

Slide 16 - Tekstslide

tip: denk aan het doordringend vermogen en aan het ioniserend vermogen.

1. het doordringend vermogen moet hoog genoeg zijn om je lichaam uit te treden en daar door een camera te worden opgevangen
2. het ioniserend vermogen moet laag zijn. Het gaat om diagnose dus er mag eigenlijk niets kapot gaan.
een tracer zendt ..... straling uit.
A
alpha
B
beta
C
gamma

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Echografie
  • werkt met geluid en niet met straling
  • Echografie is niet gevaarlijk, en wordt daarom gebruikt om de foetus te onderzoeken
  • Het is wel beeldvorming, en moet je (helaas, haha) ook kennen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je een been hebt gebroken kies je voor:
A
rontgenfoto
B
ct-scan
C
PET-scan

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de arts een trombose vermoedt (bloedpropje in je bloedvat) kies je voor een:
A
rontgenfoto
B
ct-scan
C
PET-scan

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de arts wil kijken of je uitzaaiingen van een tumor hebt kies je voor:
A
rontgenfoto
B
ct-scan
C
PET-scan

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling uitwendig bestralen
  1. de radioactieve bron draait om de tumor (om je lichaam heen)
  2. de tumor ontvangt alle straling
  3. het gezonde weefsel ontvangt maar 
    een beetje

Wat zou er gebeuren als de bron niet zou 
draaien?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kiezen we alpha-, beta- of
gamma-straling
bij uitwendig bestralen?
Leg uit!

Slide 23 - Woordweb

gamma, anders is het doordringend vermogen niet goed.

We willen wel dat het de tumor stuk maakt, daarom hebben we wel meer van deze straling nodig. Daarom draait de bron ook rond.
Wat doen we vandaag
Inwendige bestraling
Bestraling en besmetting
Werken aan huiswerk

Donderdag 7-12 toets H2

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Atomen
protonen
neutronen (postitief geladen)
elektronen (negatief geladen)

Atomen zijn neutraal geladen





Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ionen
Atomen die niet neutraal zijn
elektronen en protonen zijn niet gelijk


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling en levende cellen
Zijn ionen dan slecht?

  1. Een ion KAN een chemische reactie aangaan met zijn omgeving
  2. In het menselijk lichaam zijn heel veel ionen, die gaan goede chemische reacties aan.
  3. Als een ion op de verkeerde plek ontstaat, dan kan het verkeerde chemische reacties aangaan.................

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Effecten van ioniserende straling
Het KAN het DNA beschadigen:
- cellen overlijden, dit kun je zien aan haaruitval, 'brandwonden' op de huid en in de longen
- celproductie verstoren, dit kun je zien als de afweer verstoord is. Er worden dan geen witte bloedlichaampjes meer gemaakt
- DNA beschadigen, dit kan onzichtbaar blijven, leiden tot celdood, leiden tot overmatige celgroei (kanker)
- geslachtscellen beschadigen met gevolgen voor de kinderen 

Soms kan een beschadigde cel zichzelf ook weer repareren. 
Niet alleen cellen kunnen worden aangetast, maar ook materialen. Beton wordt bijvoorbeeld broos en gaat scheuren.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doordringend vermogen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overnemen in je schrift!!!!
Soort straling
lading
massa
doordringend vermogen
ioniserend vermogen
alpha
+
groot
laag
beta
-
zeer klein
middel
gamma
neutraal
geen
hoog
rontgen
neutraal
geen
hoog

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overnemen in je schrift!!!!
Soort straling
lading
massa
doordringend vermogen
ioniserend vermogen
alpha
+
groot
laag
zeer hoog
beta
-
zeer klein
middel
hoog
gamma
neutraal
geen
hoog
middel
rontgen
neutraal
geen
hoog
laag

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Effect van straling op je lichaam hangt af van 5 factoren
Deze moet je kennen (de 5 kollomen van de tabel op de vorige sheet), lees ze ook in je boek in paragraaf 5.2

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling inwendig bestralen
  1. Bij inwendige bestraling wordt de radioactieve bron in de tumor gebracht. 
  2. De patient is nu besmet!

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kiezen we alpha-, beta- of
gamma-straling
bij inwendig bestralen?
Leg uit!

Slide 37 - Woordweb

alpha, we willen dat de straling alleen dichtbij de schade aanricht. En alpha heeft het laagste doordringend vermogen.

Bijkomend voordeel: we hebben er maar weinig van nodig omdat het ioniserend vermogen heel hoog is.
Het effect van bestralen
  1. Het weefsel raakt beschadigd, en zal afsterven. Het lichaam ruimt de dode cellen op.
  2. Gezond weefsel raakt ook beschadigd
  3. Het kan zijn dat niet alle tumorcellen bestraald worden, dan blijft er nog een stukje achter wat opnieuw gaat groeien.....

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je over de gang op de röntgenafdeling in het ziekenhuis loopt wordt je besmet
A
waar
B
niet waar

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na uitwendige bestraling van een tumor ben je
A
bestraald
B
besmet
C
beide
D
geen van beide

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

na inwendige bestraling van een tumor ben je
A
bestraald
B
besmet
C
beide
D
geen van beide

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

medewerkers in het ziekenhuis die de röntgenfoto's maken lopen risico op
A
bestraling
B
besmetting
C
beide
D
geen van beide

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je een behandeling hebt gekregen waarbij een radioactieve stof in je bloed is gespoten, mag je een paar dagen niet in de buurt van anderen komen. Dit komt omdat je bent
A
bestraald
B
besmet

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bestraling of besmetting
Als je bestraald bent, ben je zelf geen gevaar voor de omgeving.
Als je besmet bent, ben je wel een gevaar voor de omgeving.

Je bent besmet als je zelf straling uitzendt. De radioactieve bronnen zitten op je huid of in je lichaam. 

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:
34, 35,  37, 38, 41, 43, 44, 47

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies