P7: teksten vergelijken 2

Startklaar
Startopdracht
3. Begin met ‘startopdracht’
1. Zitten volgens plattegrond.
2. Boek, leesboek, schrift, agenda en pen, stift op tafel.
Kijk achterin je boek en neem blz. 275 t/m 277 door. Zet een * voor wat nieuw/lastig is en extra aandacht nodig heeft. Noteer vervolgens hoe jij je gaat voorbereiden 
op de toets. 
Welkom!
timer
8:00
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Startklaar
Startopdracht
3. Begin met ‘startopdracht’
1. Zitten volgens plattegrond.
2. Boek, leesboek, schrift, agenda en pen, stift op tafel.
Kijk achterin je boek en neem blz. 275 t/m 277 door. Zet een * voor wat nieuw/lastig is en extra aandacht nodig heeft. Noteer vervolgens hoe jij je gaat voorbereiden 
op de toets. 
Welkom!
timer
8:00

Slide 1 - Tekstslide

Leesvaardigheid
  • Ik kan onderwerp, inleiding, slot, hoofdgedachte, functies, kernzinnen tekststructuren en -verbanden benoemen en een tekst lezen volgens een stappenplan.
  • Ik weet wat een infographic is en ik kan schematische informatie lezen en relaties leggen met de tekst. 
  • Ik kan verschillende manieren van actief lezen inzetten om een tekst beter te begrijpen en teksten vergelijken.

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht
Kijk je werk zorgvuldig na. 

Klaar? Werk aan een samenvatting/bekijk opdracht 5 alvast

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht
We maken samen opdracht 5
Lees en schrijf mee

Slide 4 - Tekstslide

Antwoorden

1 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De vrolijke kant van die avond is dat ze hun diploma hebben gekregen (en te veel bier dronken en in de rivier gingen zwemmen). De minder vrolijke kant is dat ze allemaal wel voelen dat er een einde aan iets is gekomen, dat ‘iets’ voorbij is.
2 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Peters gedicht past goed bij de diploma-uitreiking, omdat een diploma-uitreiking het afscheid van de middelbare school betekent. Dat kan weemoed (bedroefdheid om iets fijns wat voorbij is) oproepen, maar ook hoop, omdat de leerlingen aan het begin staan van iets nieuws.

Slide 5 - Tekstslide

Antwoorden

  • 3 Ze hebben dezelfde leeftijd (bron 1), opleiding (bron 1) en omgeving (bron 1).
  • 4 Die over hetzelfde geslacht: er zijn vijf jongens en één meisje.
  • 5 De vrienden zitten allemaal bij elkaar op school.
  • 6 Dat hangt ervan af wat voor vriendschap het is: als die alleen gebaseerd is op plezier, kan de vriendschap (tijdelijk) verminderen (bron 2), iets wat mogelijk versterkt wordt doordat de vrienden elkaar niet zo vaak meer ontmoeten (bron 1), bijvoorbeeld omdat ze in een andere stad een vervolgopleiding doen. Maar als de vriendschap gebaseerd is op waardering, kan die blijven bestaan (bron 1), ook als de vrienden elkaar niet zo vaak meer ontmoeten.
  • zie volgende dia

Slide 6 - Tekstslide

Antwoorden

  • vervolg:
  • Het kan ook zijn dat er andere vriendschappen voor in de plaats komen (bron 1), want vlak na de middelbare school zit je in een transitiefase, waardoor je openstaat voor nieuwe mensen.
  • 7 Misschien wel, maar er bestaat ook een kans dat de vriendschap zal verwateren: Laura vertrekt in ieder geval naar Italië.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Afsluiting
  • Noteer zoveel mogelijk tekstverbanden + signaalwoorden

  • Noteer zoveel mogelijk functiewoorden

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk
  • H1 P7: af, NN-boek mee

Boekopdrachten inhalen?
Alvast lezen voor havo 5?


Slide 10 - Tekstslide