a1d les van 10 dec

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vendredi violet
Aujourd'hui: on fête vendredi violet. 
Hier een paar weetjes over de stand van zaken rond LHBTI+ in Frankrijk.

Slide 2 - Tekstslide

Homohuwelijk
Nederland was in 2001 het eerste land ter wereld dat het homohuwelijk toestond. 
In Frankrijk heeft dit langer geduurd en mogen mensen van hetzelfde geslacht trouwen en kinderen adopteren sinds 2013.
2 jaar eerder in 2011 stemde het Franse parlement hier nog op tegen.

Slide 3 - Tekstslide

Transwetten
In Frankrijk is het mogelijk om je geslacht te veranderen van M naar V en andersom. 
Vroeger werd transseksualiteit als een ziekte gezien, maar in 2009 was Frankrijk het eerste land dat transseksualiteit niet meer als ziekte beschouwde.

Slide 4 - Tekstslide

Non-binaire/neutrale aanspreekvormen
Non-binaire personen kunnen in het Frans uit verschillende aanspreekvormen kiezen. Veel non-binaire personen willen aangesproken worden met iel of yel. Omdat het woord iel door sommigen wordt gezien als een combinatie van de woorden il (hij) en elle (zij) is dit woord niet voor iedereen geschikt. Mensen die zich niet als man en niet als vrouw identificeren kunnen er ook voor kiezen om te willen worden aangesproken met ul, ol, ael, im, em, ille of el. 


Slide 5 - Tekstslide

Programme
  • Overhoren getallen
  • uitleg grammatica
  • zelf aan het werk met:  ex. 31, 32abc, 33, 34
  • nakijken gemaakte oefeningen (antwoordbladen op teams)
  • alvast leren voor de toets van volgende week!

Slide 6 - Tekstslide

QUIZ : les nombres 0-100

Slide 7 - Tekstslide

10
A
six
B
dix
C
neuf
D
huit

Slide 8 - Quizvraag

17
A
sept
B
vingt-sept
C
dix-sept
D
dix-set

Slide 9 - Quizvraag

99
A
quatre-vingt-neuf
B
quatre-vingt-dix-huit
C
quatre-vingt-dix
D
quatre-vingt-dix-neuf

Slide 10 - Quizvraag

23
A
vingt-trois
B
treize
C
trente-trois
D
trente et un

Slide 11 - Quizvraag

66
A
soixante-soix
B
soixante-seize
C
soixante-sept
D
soixante-six

Slide 12 - Quizvraag

70
A
soixante
B
soisante-dix
C
soixante-dix
D
cinquante

Slide 13 - Quizvraag

56
A
soixante-cinq
B
cinquante-quatre
C
cinquante-six
D
cinquante

Slide 14 - Quizvraag

81
A
quatre-vingt-onze
B
quatre-vingts
C
quatre-vingt-dix
D
quatre-vingt-un

Slide 15 - Quizvraag

35
A
trente
B
trente-deux
C
trente-cinq
D
trente-six

Slide 16 - Quizvraag

68
A
soixante-huit
B
soixante-dix-huit
C
soixante-neuf
D
quatre-vingt-neuf

Slide 17 - Quizvraag

Hoe goed ken ik de getallen 0-100 in het Frans?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Aujourd'hui on va parler de la négation = de ontkenning


Ne ... pas
n'.... pas
bijvoorbeeld:
Je ne regarde pas la télé
ce n'est pas amusant

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Maak deze zin ontkennend:
je travaille au cinéma
A
je travaille pas au cinéma
B
je ne travaille pas au cinéma
C
je ne travaille au cinéma

Slide 21 - Quizvraag

Maak deze zin ontkennend:
c'est facile
A
ce n'est pas facile
B
c' n'est pas facile
C
c'est ne pas facile

Slide 22 - Quizvraag

ne + persoonsvorm + pas

Let op klinkerbotsing!!
j'ai seize ans
je n'ai pas seize ans

Slide 23 - Tekstslide

Maak de zin ontkennend:
J'aime le chocolat
A
J'aime pas le chocolat
B
Je n'aime le chocolat pas
C
Je n'aime pas le chocolat

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de ontkennende zin van
je regarde la télé?
timer
0:15
A
Je regarde ne la télé pas
B
Je ne regarde pas la télé
C
Ne je pas regarde la télé
D
je ne regarde la télé pas

Slide 25 - Quizvraag

timer
0:10
ce
n'
est
pas

Slide 26 - Sleepvraag

Maak de zin ontkennend:
Vous êtes en France
timer
0:10
A
Vous ne êtes pas en France
B
Vous êtes en ne France pas
C
Vous n'êtes pas en France
D
Vous n'êtes en France pas

Slide 27 - Quizvraag

Tu aimes le foot?
timer
0:10
A
Non, j'aime pas le foot
B
Non, je n'aime pas le foot
C
Non, je ne aime pas le foot

Slide 28 - Quizvraag

Les devoirs 
leren woorden en zinnen van E en F + grammaire H: dit wordt dinsdag overhoord!
maken ex. 31, 32abc, 33, 34

Bij 34: noteer in het Frans 6 zinnen over jezelf. 3 kloppen en 3 niet --> bijv. Je suis une fille (als je jongen bent) / 
J'ai trois soeurs (als je alleen een broer hebt) / J'ai 10 ans ...etc.


Slide 29 - Tekstslide