Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
pv vt
1 / 25
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Lezen
Lesdoelen
Nakijken opdracht 1 t/m 5
Aanmelden Lesson Up
Instructie PV VT
Maken opdrachten
Evaluatie les
Afsluiten
Slide 2 - Tekstslide
Lezen
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoelen Hoofdstuk 2 Taalverzorging
Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Ik kan de verleden tijd van sterke werkwoorden goed spellen
Ik kan de verleden tijd van zwakke werkwoorden goed spellen.
Slide 4 - Tekstslide
Nakijken opdracht 1 t/m 5
Slide 5 - Tekstslide
Aanmelden Lesson Up
Slide 6 - Tekstslide
PV zwakke en sterke ww
Slide 7 - Tekstslide
Sterke en zwakke werkwoorden
Een zwak werkwoord is te zwak om van klank te veranderen.
Een sterk werkwoord is sterk genoeg om van klank te veranderen.
Slide 8 - Tekstslide
voorbeelden sterke werkwoorden:
lopen - liepen -
gelopen
kopen - kochten -
gekocht
.
vragen - vroegen -
gevraagd
.
worden - werden -
geworden.
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeelden zwakke werkwoorden
fiet
s
en - fietsten -
gefietst
verhui
z
en - verhuisden -
verhuisd
bel
l
en - belden -
gebeld
verpak
k
en - verpakten -
verpakt
Slide 10 - Tekstslide
Zwakke werkwoorden
Slide 11 - Tekstslide
Hoe vind je de persoonsvorm?
A
De zin vragend maken.
B
De zin van tijd veranderen.
C
Het onderwerp uit de zin halen.
D
Het onderwerp veranderen van getal.
Slide 12 - Quizvraag
Welke zin staat in de verleden tijd?
A
Vandaag koop ik ijs.
B
Ik heb gisteren ijs gehad.
C
Morgen word ik veertien.
D
Ik at gisteren twee ijsjes.
Slide 13 - Quizvraag
Sterk of zwak werkwoord?
Jij fietste
A
sterk
B
zwak
Slide 14 - Quizvraag
Sterk of zwak werkwoord?
Het vliegtuig vloog
A
sterk
B
zwak
Slide 15 - Quizvraag
Sterk of zwak werkwoord?
De hond blafte
A
sterk
B
zwak
Slide 16 - Quizvraag
Sterk of zwak werkwoord?
ik sliep
A
zwak
B
sterk
Slide 17 - Quizvraag
Sterk of zwak werkwoord?
ik sliep
A
zwak
B
sterk
Slide 18 - Quizvraag
Welke zin is goed geschreven?
A
Ik wachtte toen op jou.
B
Hij wacht gisteren op jou.
C
Hij wachtte vandaag op jou.
D
Ik wachtte morgen op jou.
Slide 19 - Quizvraag
In welke zin staat een sterk werkwoord?
A
Wij maken een moeilijke puzzel.
B
Wij winnen de wedstrijd.
C
Wij bouwen een huis
Slide 20 - Quizvraag
In welke zin staat een sterk werkwoord?
A
Wij zoeken een schat.
B
Wij tekenen een boom.
C
Wij spelen buiten.
Slide 21 - Quizvraag
In welke zin staat een zwak werkwoord?
A
Wij komen eraan.
B
Wij helpen de oude vrouw.
C
Wij landen op Schiphol.
Slide 22 - Quizvraag
Zelfstandig
Maken
Opdracht 1 t/m 6 vanaf bladzijde 76
Heb je een vraag? Steek je vinger op.
Slide 23 - Tekstslide
Evaluatie
Wat heb je geleerd deze les?
Wat ging er goed?
Wat kan beter?
Slide 24 - Tekstslide
Tot de volgende les!
Slide 25 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Persoonsvorm spellen
September 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
pvvt 2
September 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Thema 3, week 1 Les 4 sterke en zwakke werkwoorden
November 2020
- Les met
27 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
PV TT- zwakke en sterke werkwoorden
Oktober 2023
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Werkwoorden Herhaling
Mei 2023
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Sterke en zwakke werkwoorden V1a 19-10-22
Oktober 2022
- Les met
21 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
107 E Extra lessen: Voltooid deelwoord
Juni 2019
- Les met
34 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7,8
Voltooid deelwoord
Maart 2022
- Les met
20 slides
Taal
Basisschool
Groep 8