2122 BK3A T2 Grammar overview

Grammar theme 2
5a - present perfect
5b - irregular verbs
6 - modals
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Grammar theme 2
5a - present perfect
5b - irregular verbs
6 - modals

Slide 1 - Tekstslide

Present Perfect
  • They have been married for nearly fifty years.
  • She has lived in Liverpool all her life.
  • I have seen that film before.
  • I have played the guitar ever since I was a teenager.
  • He has written three books and he is working on another one.
  • Have you ever met George?
  • Yes, but I have never met his wife.

Slide 2 - Tekstslide

Present Perfect
Je gebruikt de Present Perfect (voltooid tegenwoordige tijd) bij:
- Ervaringen tot nu toe
- Gebeurtenissen die in het verleden zijn gebeurd of begonnen en nog steeds bezig is
- Het resultaat van een gebeurtenis uit het verleden heeft nu nog effect.

Je maakt de Present Perfect:
Have / has + voltooid deelwoord.

Het voltooid deelwoord:
- Onregelmatige werkwoorden: lijst, 3e rijtje.
- Regelmatige werkwoorden: werkwoord + (e)d



Slide 3 - Tekstslide

It ___ rainy all summer.
A
has been
B
have been
C
has be

Slide 4 - Quizvraag

I ___ to visit England
A
has always wanted
B
always have wanted
C
have always wanted

Slide 5 - Quizvraag

We ___ our house.
A
painted
B
have painted
C
has painted

Slide 6 - Quizvraag

Judy can't come; she ___ her leg.
A
has broken
B
have broken
C
has breaked

Slide 7 - Quizvraag

I ___ you about my new job yet. (tell - not)

Slide 8 - Open vraag

I ___ the new James Bond film yet. (see - not)

Slide 9 - Open vraag

She ___ on it all week and now it is ready. (work)

Slide 10 - Open vraag

Ashley ___ her grandma for a few weeks. (visit)

Slide 11 - Open vraag

Irregular verbs
Onregelmatige werkwoorden zijn werkwoorden met hun eigen vorm in de verleden tijd en voltooid deelwoord.

Je vindt je onregelmatige werkwoorden op de lijst.
Een overzicht in je boek vindt je op pagina 239.
Er staat ook een digitaal overzicht van de onregelmatige werkwoorden op Google Classroom.

Slide 12 - Tekstslide

Geef de verleden tijd van: buy

Slide 13 - Open vraag

Geef de verleden tijd van: quit

Slide 14 - Open vraag

Geef de verleden tijd van: see

Slide 15 - Open vraag

Geef de verleden tijd van: become

Slide 16 - Open vraag

Geef de verleden tijd van: think

Slide 17 - Open vraag

Geef de verleden tijd van: run

Slide 18 - Open vraag

Modals hulpwerkwoorden
  • I can swim.
  • When I was younger I could run fast.
  • I should to see a doctor. I have a terrible headache.
  • You must stop when the traffic lights turn orange.
  • In France, you have to drive on the right.









Slide 19 - Tekstslide

Modals hulpwerkwoorden
Can / can't          Als je wilt vragen of jij / iemand iets kan (doen)

Could / couldn't      1.Verleden tijd van can.   2.Als je iets beleefd wilt vragen (Engelse versie van u)


Should                 Advies, geen verplichting

Must                     Sterk advies, maar nog steeds geen verplichting

Have to / has to           Verplichtingen, zoals de wet, regels en ouders.









Slide 20 - Tekstslide

Kies uit: can / could:
I ___ go to the party tonight.

Slide 21 - Open vraag

Kies uit: cannot / couldn't:
I’m very tired, so I ___ go to the park today.

Slide 22 - Open vraag

Kies uit: cannot / could not:
Douglas hit the tree because he ___ stop his car.

Slide 23 - Open vraag

Kies uit: can / could:
How many hot dogs ____ you eat at one time?

Slide 24 - Open vraag

Kies uit: should / must / have to:
When we are at school we ____ wear a uniform.

Slide 25 - Open vraag

Kies uit: should / must / have to:
We ____ go to class.

Slide 26 - Open vraag

Kies uit: should / must / have to:
You ____ stop when the police ask.

Slide 27 - Open vraag

Kies uit: should / must / have to:
You ____ be home at 11 o'clock.

Slide 28 - Open vraag

Kies uit: should / must / have to:
You fell down. You ____ go to the doctor.

Slide 29 - Open vraag

Toets: 
Verzet naar maandag 31 januari 2022.

Vergeet niet de stampen voor de toets!

Slide 30 - Tekstslide