Herhaling H8 jaar 1 (theorie)

Herhaling H8 jaar 1 (theorie)
8.1 - de Franse Revolutie
8.2 - Nederland en Frankrijk
8.3 - Rechten en Plichten
8.4 - Vrijheid
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H8 jaar 1 (theorie)
8.1 - de Franse Revolutie
8.2 - Nederland en Frankrijk
8.3 - Rechten en Plichten
8.4 - Vrijheid

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8.1 - de Franse Revolutie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het begin van de Franse Revolutie
- Drie standen
- Belasting betalen 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De drie standen
Drie standen maatschappij

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratie
Demos = volk
Kratein – regeren
Democratie – het volk regeert

Parlementaire democratie


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Franse Revolutie
  • 1789: Franse Revolutie
  •  Voorstanders: Revolutionairen
  • Koning geen macht meer
    - Nationale Vergadering
    - Democratische Revolutie
  • 1792: Koning vlucht
    - Guillotine 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8.2 - Nederlandse en Frankrijk

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Napoleon als leider
Positieve verandering:

Code Napoléon:
  • Wetboek van Napoleon
  • Alle mensen dezelfde wetten en straffen

Schaft in veroverde gebieden de standenmaatschappij af

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Napoleon als leider
Napoleon was verlicht absolutist (alles voor, niets door het volk)

Verdere positieve veranderingen:
  1. Achternamen
  2. Huisnummers
  3. Burgerlijke stand
  4. Metriek stelsel
  5. Begin onderwijs en bouw musea
  6. Verkeersregels (rechts rijden)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1795-1801: 
Bataafse Revolutie
  • Revolutie onder leiding van de patriotten > willen meer rechten en inspraak en af van de stadhouder

  • 1787: Poging de macht te grijpen > mislukt > gevlucht naar Frankrijk > 1795: patriotten krijgen hulp van de Fransen > Bataafse Republiek

  • Stadhouder Willem V vlucht hierop naar Engeland

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vluchtende stadhouder Willem V neemt afscheid op het strand van Scheveningen.

Slide 11 - Tekstslide

In de Nederlandse republiek werd de macht verdeeld door de rijke families. Eén familie was wel veel machtiger dan de rest. Dat waren de Oranjes. Zij leverden de stadhouder, een belangrijke bestuurder die onder meer opperbevelhebber van leger en vloot was.
Patriotten aan de macht
De patriotten zijn in Frankrijk getuigen van de geslaagde revolutie, ze willen deze revolutie graag exporteren naar Nederland. Toen het Franse leger optrok naar de Republiek, sloten de patriotten zich aan bij het leger. Eenmaal in de Republiek helpen de Fransen de patriotten aan de macht > De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden wordt de Bataafse Republiek o.l.v. de patriotten.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Willem V + regenten krijgen de schuld

Aan het hoofd van de Nederlanden stond de stadhouder. Vanaf 1751 was Willem V de stadhouder in de Nederlanden. 

Een deel van het volk vond dat Willem V zich gedroeg als een koning.... dus

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8.3 - Rechten en Plichten

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zat Nederland in elkaar?
Monarchie
Grondwet / constitutie
Constitutionele monarchie

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rechten en plichten
Rechten zijn:                                                                      Plichten zijn:

Dingen die je mag                                                     Dingen die je moet                                                


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Strafbaar feit of misdrijf?
  • Houd je je niet aan de wet? --> strafbaar feit
  • 2 soorten strafbaar feit:
    - Overtreding
    - Misdaad/Misdrijf
  • Bega je een strafbaar feit? --> Ben je een dader

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten rechtspraak
  • Strafrecht, Burgerlijk recht en Bestuursrecht
  • Strafrecht: tussen staat en verdachte
  • Burgerlijk recht: tussen burgers en/of organisaties
    - Scheidingen, garantieregels
  • Bestuursrecht: tussen burger en overheid
    - Aanleg van snelweg, belasting

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling rechtszaal

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De grondwet
Grondwetten vormen de basis voor rechtsstaten. De grondwet:
  • begrenst de macht van de staat.
  • legt fundamentele rechten van burgers vast.
  • geeft aan hoe de machtsorganen van de staat zijn georganiseerd.
  • drukt de eenheid van de natie uit.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rechten
Een belangrijke taak van de overheid is het beschermen van de grondrechten. 
Er zijn twee soorten grondrechten.
1. Klassieke grondrechten (beschermen van burgers)
2. Sociale grondrechten (zorgen voor burgers)
 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8.4 - Vrijheid

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatie
- Gelijke kansen voor iedereen

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controle en vrijheid.
Sociale controle: mate waarin mensen op elkaar letten.
Individuele vrijheid: dingen die je zelf kunt bepalen.
Asociaal: als je geen rekening houdt met anderen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Participatie
Participatie = meedoen. 
Bijvoorbeeld: als je ouders ziek zijn, hebben ze recht op hulp. Maar dat wil niet zeggen dat de overheid hier altijd voor moet zorgen. Misschien kun jij wel helpen bij de verzorging. Als dat echt niet lukt, dan helpt de overheid.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrijheid van meningsuiting

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies