laatste les

Laatste les
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Laatste les

Slide 1 - Tekstslide

Hoe noem je de producten uit de natuur die de mens gebruikt?
A
Fossiele brandstoffen
B
Natuurlijke hulpbronnen
C
Duurzame energiebronnen
D
Draagkracht

Slide 2 - Quizvraag

Natuurlijke hulpbronnen bevinden zich ......
A
onder de grond
B
boven de grond
C
onder en boven de grond

Slide 3 - Quizvraag

Een hernieuwbare energiebron kan opraken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Uit wat voor gesteente bestaat het reservoirgesteente?
A
Zandsteen
B
Kalksteen
C
Schalie
D
Graniet

Slide 5 - Quizvraag

Een van de grootste olievoorraden vinden we in......
A
Europa
B
Zuid Amerika
C
Midden Oosten
D
Australië

Slide 6 - Quizvraag

De waterbalans is:
A
Hoeveel water een gebied binnenkomt.
B
De neerslag die overblijft na verdamping.
C
Hoeveel water een gebied binnenkomt en weer verlaat.
D
Hiermee kun je bepalen wat van soort rivier het is.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de watervoetafdruk?
A
Hoeveel kraanwater je per dag gebruikt
B
Hoeveel water je per dag of per jaar drinkt
C
Hoeveel oppervlaktewater (rivieren en meren) een land heeft.
D
Hoeveel water er nodig is om alle spullen te produceren die jij gebruikt.

Slide 8 - Quizvraag

Welk van deze producten heeft de grootste watervoetafdruk?
A
Rundvlees
B
Kaas
C
Sojabonen
D
Melk

Slide 9 - Quizvraag

Was de afgelopen jaren de waterbalans positief of negatief in Nederland
A
Positief
B
Negatief

Slide 10 - Quizvraag

Wat is verzilting?
A
Het wegspoelen van de bodem door water.
B
Het kunstmatig water geven van gewassen.
C
Ander woord voor infiltratie.
D
Het zouter worden van de bodem.

Slide 11 - Quizvraag

In welk gebied is de kans op verzilting het grootst?
A
In een droog gebied met irrigatielandbouw en drainage
B
In een droog gebied met irrigatielandbouw zonder drainage.
C
In een vochtig gebied met irrigatielandbouw en drainage.
D
In een vochtig gebied met irrigatielandbouw zonder drainage.

Slide 12 - Quizvraag

Ijzer is een voorbeel van een:
A
Erts
B
Mineraal
C
Delfstof
D
Aardmetaal

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor een soort gesteente zie je hier?
A
Stollingsgesteente
B
Sedimentgesteente
C
Metamorfgesteente
D
Magma

Slide 14 - Quizvraag

Wat voor een soort gesteente zie je hier?
A
Stollingsgesteente
B
Sedimentgesteente
C
Metamorfgesteente
D
Magma

Slide 15 - Quizvraag

Bij welke dimensie hoort deze uitspraak?
"Het was in de maand mei veel natter dan gebruikelijk is rond die tijd"
A
Economische dimensie
B
Natuurlijke dimensie
C
Politieke dimensie
D
Culturele dimensie

Slide 16 - Quizvraag

Bij welke dimensie hoort deze uitspraak?
"De winning van diamanten in Congo levert veel geld op"
A
Economische dimensie
B
Natuurlijke dimensie
C
Politieke dimensie
D
Culturele dimensie

Slide 17 - Quizvraag

Bij welke dimensie hoort deze uitspraak?
"Ik voel me een echte Hollander"
A
Economische dimensie
B
Natuurlijke dimensie
C
Politieke dimensie
D
Culturele dimensie

Slide 18 - Quizvraag

Bij welke dimensie hoort deze uitspraak?
"Het regenwoud in Brazilië moet eerlijk verdeeld worden"
A
Economische dimensie
B
Natuurlijke dimensie
C
Politieke dimensie
D
Culturele dimensie

Slide 19 - Quizvraag

Wat bereken je met de ecologische voetafdruk?
A
De energie die een bepaald land gebruikt ten opzichte van andere landen.
B
De hoeveelheid broeikasgassen die je jaarlijks uitstoot met jouw manier van leven.
C
De hoeveelheid energie die je per jaar verbruikt.
D
De ruimte die nodig is om alles wat je gebruikt te produceren en te verwerken.

Slide 20 - Quizvraag

China investeert in Afrika. Wat is de voornaamste reden
A
Grondstoffen zijn goedkoop in Afrika
B
Door de snelle groei heeft China snel veel grondstoffen nodig
C
Uit liefdadigheid
D
Voor politieke bondgenoten

Slide 21 - Quizvraag