1hv grammatica zinsdelen persoonsvorm en zinsdelen benoemen

1hv grammatica zinsdelen persoonsvorm en zinsdelen benoemen
Welkom 1hvf. Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe de telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, schrift, laptop en leesboek.
Stap 3: Log in op LessonUp.app met je eigen naam.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1hv grammatica zinsdelen persoonsvorm en zinsdelen benoemen
Welkom 1hvf. Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe de telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, schrift, laptop en leesboek.
Stap 3: Log in op LessonUp.app met je eigen naam.

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm van deze zin: Waarom gaat de tijd altijd zo snel?

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen
1. Ik kan van een enkelvoudige zin de persoonsvorm benoemen.
2. Ik kan van een enkelvoudige zin de zinsdelen benoemen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat ga je doen?
  • Lezen in je leesboek/fictieopdracht maken
  • Uitleg: Hoe vind je persoonsvorm
  • Oefenen: De persoonsvorm vinden
  • Uitleg: Zinsdelen
  • Oefenen: Zinsdelen
  • Huiswerk volgende les: Maken:  blz. 49 en 50 opdr. 4 t/m 8

Slide 4 - Tekstslide

Lezen in je leesboek



Je gaat 10 minuten, in stilte, lezen in je leesboek.




timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg: De persoonsvorm = pv
Redekundig ontleden: Het benoemen van zinsdelen.
Belangrijk: De persoonsvorm is ALTIJD EEN WERKWOORD!
Hoe vind je de persoonsvorm?
1. Verander van tijd: Tegenwoordige tijd.<--> verleden tijd. 
Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.
2. Verander van getal: Enkelvoud<-->meervoud. Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.


Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden
  • Voorbeeld veranderen van tijd.
Waarom komt de docent altijd te laat?
Waarom kwam de docent altijd te laat?
Komt verandert, dus komt = pv
  • Voorbeeld veranderen van getal:
Wanneer gaan mevrouw Dykstra en mevrouw Klaver weer muziek maken?
Wanneer gaat mevrouw Dykstra weer muziek maken?
Gaan verandert, dus gaan = pv

Slide 7 - Tekstslide

Noem de persoonsvorm van deze zin: Thom en Sander zouden elkaar moeten kennen.

Slide 8 - Open vraag

Noem de persoonsvorm van deze zin: Waar is lokaal 35 ook alweer?

Slide 9 - Open vraag

Zinsdelen benoemen
Zinsdeel: Eén woord of meerdere woorden die bij elkaar horen.
Hoe weet je of een groepje woorden een zinsdeel is?
1. Zoek eerst de persoonsvorm.
2. Zet een woordgroep of één woord voor de persoonsvorm.
3. Loopt de zin goed? Dan is het een zinsdeel.

Tips:
1. Alle woorden die voor de persoonsvorm staan zijn 1 zinsdeel
2. Staan er meerdere werkwoorden achter elkaar? 1 zinsdeel
3. Alle extra informatie over 1 persoon is 1 zinsdeel.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Oefening: Zet de onderstaande zin met zinsdeelstreepjes in je schrift
De meest recente winnaar verbeterde Mats' wereldrecord met 0:13 seconden.

Slide 12 - Tekstslide

Instructie
Wat: Maken: blz. 49 en 50 opdr. 4 t/m 8.
Hoe werk je: je werkt alleen en in stilte
Hulp: De docent loopt rond om te helpen.
Tijd: Tot het einde van de les werk je aan de opdrachten
Klaar: Lezen of met de fictieopdracht bezig.

Slide 13 - Tekstslide