7.3 + 7.4 herhaling woordformules en letterformules

H7 Formules
Vandaag herhaling 7.3 en 7.4
Woordformules en letterformules
volgende week vrijdag TOETS Hoofdstuk 7
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H7 Formules
Vandaag herhaling 7.3 en 7.4
Woordformules en letterformules
volgende week vrijdag TOETS Hoofdstuk 7

Slide 1 - Tekstslide

7.3 Woordformules
Kosten in € = 2 + 0,10 x aantal foto's

Begingetal: 2
Stijggetal: 0,10
Daalgetal: -
Variabelen: 'Kosten in €' en 'aantal foto's'
stijggetal= regelmatige toename

Slide 2 - Tekstslide

7.3 Woordformules
Gewicht in kg = 86,5 - 0,5  x tijd in weken

Begingetal: 86,5
Stijggetal: -
Daalgetal: 0,5
Variabelen: 'Gewicht in kg' en 'tijd in weken'
daalgetal= regelmatige afname

Slide 3 - Tekstslide

Benoem in deze formule
a) het begingetal,
b) stijggetal of daalgetal
c) de variabelen inkomsten in € = 5 + 2,5 x aantal uren

Slide 4 - Open vraag

7.3 Woordformules
Gewicht in kg = 86,5 - 0,5  x tijd in weken

Wat is het gewicht na 4 weken?
86,5 - 0,5 x 4 = 84,5 kg

Wat is het gewicht na 10 weken?
86,5 - 0,5 x 10 = 81,5 kg
rekenvolgorde
1) haakjes
2) x of : 
3) + of -

Slide 5 - Tekstslide

Gewicht in kg = 85,5 - 0,5 x tijd in weken
a) Wat is het gewicht na 7 weken?
b) Wat is het gewicht na één jaar.....?

Slide 6 - Open vraag

7.4 Formules met letters
Dit kan korter

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent 5t?
A
5 x t
B
5 + t
C
geen idee

Slide 8 - Quizvraag

k = 2,50 + 0,20a
Heeft deze formule een daalgetal of stijggetal?
En wat is dat getal dan?
A
daalgetal 0,20
B
stijggetal 0,20
C
daalgetal 2,50
D
stijggetal 2,50

Slide 9 - Quizvraag

Bereken de kosten bij
a) a = 1
b) a = 10
c) a = 100

Slide 10 - Open vraag


afstand in km = 10 + 6t

Wat is de afstand als t=0
A
10
B
16
C
6
D
0

Slide 11 - Quizvraag

Schrijf de coördinaten op van punt E en punt C
(bijvoorbeeld punt B (1,-3)

Slide 12 - Open vraag

Diagnostische toets
Bladzijde 72- Opgave 4 en 6 
Klaar? Maak 5 of probeer opgave 8!

 


 
Online? blijf in de les/ stuur aan het einde van de les je gemaakte werk als opdracht in. 
Niets insturen? ABSENT

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk 
Diagnostische toets

Bladzijde 72- Opgave 4 en 6.


Nog lastig? Bekijk de instructievideo's

Slide 14 - Tekstslide

Formules, waar denk je aan?

Slide 15 - Woordweb

GROEP GROEN-uitdaging
* Bladzijde 77/78
* herhalingsopgaven: 
1 en 3 en uitdaging: 9
* maak een foto en lever in als opdracht in TEAMS


 
GROEP BlAUW
Bladzijde 77/78
* herhalingsopgaven:
1,2,3 
* maak een foto en lever in als opdracht in TEAMS



 
Huiswerk
7.4 online afmaken

Slide 16 - Tekstslide

huurprijs € = 10 + 5 x tijd in dagen
Hoeveel moet je betalen bij 3 dagen?
A
€15
B
€45
C
€25
D
€10

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de huurprijs bij
a)t = 3
b)t = 5
c) t = 10

Slide 18 - Open vraag

Wat zijn de inkomsten als je 10 uur werkt?

inkomsten in € = 5 + 2,5 x aantal uren

Slide 19 - Open vraag

Welk getal komt op de plek van het vraagteken?
Aantal uren
0
1
2
3
4
5
Huurprijs in €
50
60
70
?
90
100

Slide 20 - Open vraag

Welke regelmaat zie je in deze tabel?


Aantal uren
0
1
2
3
4
5
Huurprijs in €
50
70
90
110
130
150

Slide 21 - Open vraag

Foutje in het boek

Slide 22 - Tekstslide

Niet moeilijk?
* Opgave 4, 6, 8, 9
* Kies zelf 1 opgave (E) op bladzijde 48



 
Beetje lastig?

* Opgave 4, 5, 6, 8, 9




 
Je mag kiezen:
Je mag het ook online maken!

Slide 23 - Tekstslide

Je hoeft vandaag niets in te leveren.

Vrijdag in één keer!

Slide 24 - Tekstslide

Wat is het vaste bedrag?


Aantal uren
0
1
2
3
4
5
Inkomsten in €
60
70
80
90
100
110

Slide 25 - Open vraag

Welke regelmaat zie je in deze tabel?
Aantal uren
0
2
4
6
8
10
Inkomsten in €
50
70
90
110
130
150

Slide 26 - Open vraag

7.1 Regelmaat




Ook in deze tabel zie je regelmaat.
De regelmaat is: Per 2 uur komt er €20 bij.
                                                                           20 noemen we het stijggetal
Tijd in uren
0
2
4
6
Inkomsten in €
5
25
45
65

Slide 27 - Tekstslide

7.1 Regelmaat




Onder de 0 in de tabel staat 5
Dat noemen we het vaste bedrag of het begingetal
Tijd in uren
0
1
2
3
Inkomsten in €
5
25
45
65

Slide 28 - Tekstslide


In deze tabel zit regelmaat.
Wat is de regelmaat ?
A
Per uur gaat er 25 m af.
B
Per minuut komt er 25 m bij.
C
Per uur gaat er 25 af.
D
Per minuut gaat er 25 m af.

Slide 29 - Quizvraag

Dit is een tabel met
regelmaat. Wat is de
regelmaat?
A
200
B
200 dagen 1 km
C
per dag komt er 200 km bij
D
geen regelmaat

Slide 30 - Quizvraag

Als deze tabel regelmaat
heeft wat is de regelmaat
dan?
A
de tabel heeft geen regelmaat
B
elk uur gaat er 3 cm af.

Slide 31 - Quizvraag

Dit is een tabel met
regelmaat. Wat is de
regelmaat?
A
2
B
per uur gaat er 2 cm af
C
2 uren per centimeter
D
geen regelmaat

Slide 32 - Quizvraag

Grafieken
Bladzijde 50

Slide 33 - Tekstslide

Bo krijgt een vast bedrag van €5 en €1 per uur. Vul de tabel in.
Tijd in uren
0
1
2
3
Inkomsten in €

Slide 34 - Open vraag

Bo krijgt een vast bedrag van €5 en €1 per uur.
Tijd in uren
0
1
2
3
Inkomsten in €
5
6
7
8

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Welk getal komt onder de 0 ?

Hoe noemen we dat?

Slide 37 - Open vraag

Welk getal komt onder de 3 ?


Slide 38 - Open vraag

Opgave 15
Kaars wordt korter. 
Regelmatige afname
De grafiek is dalend 

Rechte lijn van eerste naar laatste punt
Controleer de andere punten

Slide 39 - Tekstslide

Opgave 14
Adnan's inkomsten groeien. 
Regelmatige toename
De grafiek is stijgend 

Rechte lijn van eerste naar laatste punt
Controleer de andere punten

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

7.2 Grafieken
Vaste bedrag of begingetal: Het bedrag waarmee gestart wordt. In de tabel staat dit getal onder de 0.


Rechte lijn = lineair verband : De grafiek bij een tabel met regelmaat is altijd een rechte lijn.

Slide 42 - Tekstslide

a) stijgende of een dalende grafiek?
b) wat is het begingetal

Slide 43 - Open vraag

Het eerste punt is (0,15)
Wat zijn de coördinaten van de volgende punten?

Slide 44 - Open vraag