werkwoorden extra

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Quiz




Slide 2 - Tekstslide

Welk woord in de volgende zinnen is de persoonsvorm?


Log eerst in!!

Slide 3 - Tekstslide

Zoek de persoonsvorm:
Ik kijk elke dag een filmpje op mijn computer.
A
Ik
B
dag
C
kijk
D
filmpje

Slide 4 - Quizvraag

De juf zette de computer aan.
A
zette
B
De juf
C
computer
D
aan

Slide 5 - Quizvraag

Ik lachte nooit om zijn flauwe grappen.
A
grappen
B
flauwe
C
lachte
D
Ik

Slide 6 - Quizvraag

Hij praat steeds door de les!
A
steeds
B
praat
C
Hij
D
les

Slide 7 - Quizvraag

Max is een gezellige jongen.
A
is
B
Max
C
jongen
D
gezellige

Slide 8 - Quizvraag

Fleur heeft mooi blond haar.
A
Fleur
B
heeft
C
blond
D
er staat geen werkwoord in deze zin

Slide 9 - Quizvraag

Hij brandde zijn vingers aan de kaars.
A
brandde
B
kaars
C
Hij
D
vingers

Slide 10 - Quizvraag

Welke woorden zijn een zelfstandig naamwoord?
A
de, het, een
B
rijdt, loopt, fietst
C
bus, auto, brommer

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
zeeland
B
blauw
C
computer
D
zonnebloem

Slide 12 - Quizvraag

Welke woorden zijn werkwoorden?
A
boek, schrift, vakantie
B
huilen, dansen, spelen
C
bouwvakker, lasser, timmerman

Slide 13 - Quizvraag

Noteer de juiste persoonsvorm:
Mijn oma (vinden) het erg leuk om met mij te winkelen.
A
vind
B
vindt

Slide 14 - Quizvraag

(Houden) jij van regelen en kun je snel besluiten nemen?
A
Houdt
B
Houd

Slide 15 - Quizvraag

Vul het juiste woord in:
Onze klas doet mee aan het ....... voor een waterput in Afrika.
A
strategie
B
delict
C
structuur
D
project

Slide 16 - Quizvraag

Vul het juiste woord in:
Voetbalsupporters worden helaas vaak .......... als ze verliezen.
A
potentiële
B
agressief
C
logisch
D
chaotisch

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide