Klas 2BK1 - Lesweek 10 - Les 2

• Duits
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Kapitel 5: Essen

• Mobieltjes en oortjes in je tas (niet in je zak).

• Je zit op je eigen plaats.
  
• Op tafel liggen je:
  

Boek

Schrift

Etui

Je laptop

Afspraken

- Luisteren naar elkaar.

- Niet door de klas schreeuwen.

- Aardig zijn voor elkaar.

Regels

- Bij binnenkomst, je spullen klaarleggen op tafel.

- Is de deur dicht en sta ik voor het bord, dan is het stil en ga ik beginnen.

- Aan het einde van de les geef ik aan dat je je spullen mag inpakken.

Was macht ihr Heute?

• Wichtig
• Wiederholung der, die, das
• Wortschatz

Lernziele

Was lernt ihr Heute?

- Je kent de lidwoorden der, die, das

- Je weet wanneer een zelfstandig naamwoord, der die of das als lidwoord heeft.

- Je weet hoe goed je de woorden van het Thema "Essen" al kent.

Wichtig! (belangrijk!)

Speisekarte ingeleverd?

(heute) vrijdag 11 november

-> Lurdes: inhalen SO Kapitel 4

Mittwoch 23. November oder Freitag 25. November

-> SO Thema “Essen” (Woorden + Grammatik)

-> Grammatik: der / die/ das + ein / keine

Heute

Gedeelte van de les via Lesson-Up.

Start je Laptop op.

Vul de code in.

Geen laptop? 

Pak je telefoon (deze leg je plat op tafel).

Is der mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?

1. vrouwelijk
2. mannelijk
3. onzijdig

Is die mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?

1. onzijdig
2. vrouwelijk
3. mannelijk

Is das mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?

1. vrouwelijk
2. mannelijk
3. onzijdig

Kies het juiste antwoord!
der Mann

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig
4. meervoud

Kies het juiste antwoord!
die Schule

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig
4. meervoud

Kies het juiste antwoord!
das Buch

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig
4. meervoud

Kies het juiste antwoord!
die Lehrerinnen

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig
4. meervoud

der, die of das?

- mannelijke dieren/personen -> der

- vrouwelijke dieren/personen + dingen die eindigen op -e -> die

- veel het woorden -> das

- meervoud -> die

Vul het juiste lidwoord in!
... Speisekarte

Vul het juiste lidwoord in!
... Lehrer (ev)

Vul het juiste lidwoord in!
... Löffel (mv)

Vul het juiste lidwoord in!
... Glas

Vul het juiste lidwoord in!
... Mutter

Vul het juiste lidwoord in!
... Suppe

Vul het juiste lidwoord in!
... Vater

Vul het juiste lidwoord in!
... Stier

Vul het juiste lidwoord in!
... Katze

Vul het juiste lidwoord in!
... Messer

Vul het juiste lidwoord in!
... Restaurant

Evaluatie

Hoe ver ben ik met der / die / das

1. Ik snap alles.
2. Ik snap het een beetje.
3. Ik snap het niet.

Was weißt du schon? 

Du bekommst von mir:

- Een wisbordje met een stift + "gum"

- Bord ->  Nederlandse woorden.

- 15 seconden voor Duitse vertaling

- Wisbordje omhoog houden.

- Hou het antwoord voor jezelf dan kan iedereen meedoen.

Na gebruik alles inleveren

Wortschatz

de vis

Wortschatz

het brood

Wortschatz

de menukaart

Wortschatz

het water

Wortschatz

de soepen

Wortschatz

het mes

Lernziele

Was lernt ihr Heute?

- Je kent de lidwoorden der, die, das

- Je weet wanneer een zelfstandig naamwoord, der die of das als lidwoord heeft.

- Je weet hoe goed je de woorden van het Thema "Essen" al kent.

Zum schluss

Deze les vond ik

Top !- duim omhoog

Mwah - duim horizontaal

Niet fijn - duim naar beneden

.