G2 - Unité 2 'Sports et passions'

1 / 37
volgende
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bienvenue!
Le programme
  • Prévision: MVT-keuze | 15'
  • Prévision: Toetsweek
  • Unité 2 'Sports et passions' | 10'
  • Verbe: Faire | 15'
  • Révision Taaldorp | 5'
Lesdoelen 
  • Ik kan vertellen waar de toets in de toetsweek over gaat.
  • Ik kan het werkwoord 'faire' correct vervoegen en vertalen.
  • Ik heb teruggeblikt op Taaldorp.
  • Ik kan minimaal 3 argumenten benoemen waarom ik wel/niet voor Frans zou kiezen in klas 3.

Madame Geluk (Bonheur)
r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
aanwezig: ma, di, wo, do



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

MVT

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
15:00
Repetitie toetsweek
  • Cultuurvraag (p.50-51)
  • Werkwoord faire (p.134)
  • Bezittelijk voornaamwoord (p.63-65)
  • Kloktijden (p.59)
  • Leer woordenlijst "Handige woorden leestoets" (Quizlet)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quels mots tu connais déjà sur le sujet:
timer
1:00
Sports & passions

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

timer
15:00
Introduction Unité 2 'Sports et passions'
Introduction p. 50-51
  • Let op dikgedrukte woorden; wat betekenen ze?

Na deze Unité kun je ...
  • ...een gesprek begrijpen tussen Julien en zijn vrienden.
  • ... de hoofdlijn van een eenvoudig interview begrijpen.
  • ... gesprekken over sport en hobby's begrijpen.
  • ...telefonisch een afspraak maken.
  • ...over je hobby of sport praten.
  • ...in eenvoudige zinnen reageren op korte advertenties.
Grammaire
  • Werkwoord 'pouvoir' & bezittelijk voornaamwoord.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Questions et réponses
Objectifs (doelen): Doeltaal-leertaal
  • Ik kan zeggen wat ik maak/doe
  • Ik kan zeggen welke sport ik beoefen

Slide 7 - Tekstslide

  • Naam spellen
  • Je voudrais (voorbeeld, eten & drinken)
  • Vous pouvez répéter ?
  • Je ne comprends pas
Les sports | Jouer + au / à la / à l' / aux*
*Bij sporten en spellen, met min. 1 tegenspeler
1.


2.
3.
4.
5.
6.
Je joue au tennis
Je joue au ping-pong
Je joue au hockey
Je joue au foot(ball)
Je joue au basket(ball)
Je joue aux jeux vidéos

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

La musique | Jouer  + du / de la / de l' / des *
*Bij muziekinstrumenten
1.


2.
3.
4.
5.
Je joue du piano
Je joue du violon
Je joue de la guitare
Je joue de la batterie
Je joue de la flûte

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Les sports | Faire + du / de la / de l' / des
*Bij sporten zonder tegenspeler/bal (individueel)
1.


2.
3.
4.
5.
Je fais de l'équitation
Je fais de la natation
Je fais du ski
Je fais du jogging
Je fais du vélo

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

je fais
tu fais
il/elle/on fait
nous faisons
vous faites
ils/elles font
J'ai fait
Combineer de juiste vorm van 'faire' met het onderwerp
Grammaire 'Faire' 
Ik maak/doe
jij maakt/doet
hij/zij/men maakt/doet
wij maken/doen
u heeft, jullie maken/doen
zij maken/doen
Ik heb gemaakt/gedaan

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

S'entrainer: Faire
www.verbuga.eu
  • Tijden: 
    - Basisniveau : présent
    - Uitdagend niveau: présent & passé composé
  • Onregelmatige: faire
  • Vink aan: Nederlands - Frans
  • Klik op: Bevestig


Ik kan het werkwoord 'faire' correct vertalen.
timer
10:00
Étape 1 
  • Maak het werkblad
  • Eerder klaar? Oefen verder via Verbuga.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

IK GA FRANS KIEZEN
A
Ja! :)
B
Nee....
C
Ik twijfel nog

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Révision: Taaldorp
Hoe kijk je terug op taaldorp?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet Unité 1

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan vertellen waar de toets in de toetsweek over gaat.
  • Ik kan het werkwoord 'faire' correct vervoegen en vertalen.
  • Ik heb teruggeblikt op Taaldorp.
  • Ik kan minimaal 3 argumenten benoemen waarom ik wel/niet voor Frans zou kiezen in klas 3.
Les devoirs

  1. Apprends (leer): Bezittelijk voornaamwoord (p.64)
  2. Faites (maak): exercice 16C over bezit.vnw (p.64)
  3. Répète (herhaal): "Faire" werkwoord uit je hoofd (zie p.134)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bienvenue!
Le programme
  • Corrigez 'faire' | 5'
  • Doeltaal-leertaal | 5'
  • Bezittelijk voornaamwoord| 20'
  • Lecture ex. 5 + 6 | 15' 
Lesdoelen 
  • Ik kan zeggen wat ik maak/doe
  • Ik kan zeggen wat van mij / van iemand anders is.
  • Ik kan de hoofdlijn van een eenvoudig interview begrijpen.

Madame Geluk (Bonheur)
r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
aanwezig: ma, di, wo, do



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Questions et réponses
Objectifs (doelen): Doeltaal-leertaal
  • Faire
  • Bezittelijk voornaamwoord
  • (Kloktijden)

Slide 20 - Tekstslide

  • Naam spellen
  • Je voudrais (voorbeeld, eten & drinken)
  • Vous pouvez répéter ?
  • Je ne comprends pas

Bezittelijk voornaamwoord
C'est haar frère.
A
mon
B
sa
C
son
D
ton

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Bezittelijk voornaamwoord
Regarde jouw orange!
A
mon
B
ton
C
ta
D
son

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Bezittelijk voornaamwoord
Ce sont onze carottes.
A
notre
B
nos
C
votre
D
mes

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Bezittelijk voornaamwoord
Ce sont hun amies.
A
leur
B
notre
C
vos
D
leurs

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grammaire II 'Bezittelijk vnw' (app. 5) - p.63
Ensemble
  • 16A + B (p.63)
Au travail:
  • Ex. 16C+ 16D, (p.64-65) - af in les
  • Ex. 5 (p.55) - af in les
  • Ex 6 (p.55-56) - huiswerk
  • Leren: Apprendre: 5 + handige woordenlijst
Je kunt zeggen wat van jou en wat van iemand anders is.
timer
15:00

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet Unité 1

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan zeggen wat ik maak/doe
  • Ik kan zeggen wat van mij / van iemand anders is.
  • Ik kan de hoofdlijn van een eenvoudig interview begrijpen.
Les devoirs

  1. Exercices 6 + 9
  2. Leren vocabulaire

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ma passion (ex. 7)
I. Bekijk dit voorbeeld & vul je eigen poster aan met:
  • Een titel
  • De zin waarin je vertelt wat je hobby/sport is
  • Lidwoorden (als je dat niet had)



timer
4:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Parlez: pronoms possesifs | Ex. 18, p.68
Ik kan zeggen wat van iemand is.
timer
3:00

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heures: Quelle heure est-il?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Il est deux heures.
Il est trois heures.
Il est six heures et demie.
Il est neuf heures et quart.
Il est huit heures moins le quart.
Il est onze heures moins le quart.

Slide 33 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Corrigez: ex. 9 & faites ex. 8
B a Il est une heure et quart.
 b Il est deux heures et demie.
 c Il est cinq heures moins le quart.
 d Il est neuf heures moins cinq.
 e Il est minuit vingt.
 f Il est huit heures moins vingt-cinq.

Fini?
Faites exercices 8A + 8B

timer
10:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Il est une heure
Il est deux heures
Il est trois heures
Il est quatre heures
Il est cinq heures
Il est six heures
Il est sept heures
Il est huit heures
Il est neuf heures
Il est dix heures
Il est onze heures
Heures: Quelle heure est-il?
Nb.
Il est midi.
Il est minuit.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Parlez!
Les questions:
  1. Hoe heet je ?
    > ...
  2. Hoe oud ben je ?
    > ...
  3. Quelle est ta passion préférée ?
    > ....
  4. Pourquoi tu aimes [genoemde sport/hobby] ?
    > ....
  5.  Tu t'entraines combien de fois par semaine ?
    > ....
timer
3:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

G2 - Unité 2 'Sports et passions'

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies