In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Bij normale producten stijgt de vraag als het inkomen stijgt
(positief verband).
Bijvoorbeeld: we gaan vaker naar de sauna
als we meer gaan verdienen.
Normale producten splitsen we in twee soorten:
1 noodzakelijke producten
hierbij reageert de vraag relatief zwak op een inkomensverandering
2 luxe producten
hierbij reageert de vraag relatief sterk op een inkomensverandering
Er is een drempelinkomen nodig om deze te kunnen kopen.
Als we minder van een product gaan kopen bij een stijging van het inkomen (negatief verband) dan noemen we het product inferieur.
Bijvoorbeeld: we kopen in plaats van 'gewone'
fietsen meer elektrische fietsen als het inkomen
stijgt. De gewone fiets is inferieur.
(Dat zegt niet altijd iets over de kwaliteit!)
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.