Zorgloket van de gemeente waar je ingeschreven staat
Indicatie - keukentafelgesprek
ZiN en PGB
Max. € 19,00 eigen bijdrage p/m
Slide 5 - Tekstslide
Jeugdwet - JW
Voor jeugdigen tot 18 jaar met uitzondering tot 23 jaar
ouders/vertegenwoordigers
Gemeente
Zin en PGB
Geen eigen bijdrage
Slide 6 - Tekstslide
Waar komt het geld van mijn cliënt vandaan?
salaris
uitkering
toeslagen
Slide 7 - Tekstslide
Als er sprake is van salaris...
Is de cliënt werknemer
heeft hij een arbeidsovereenkomst (contract)
In het contract staat o.a.: - welk werk
- hoeveel salaris
- hoeveel uur
- geldigheidsduur van het contract
Slide 8 - Tekstslide
Uitkering soorten
WW-uitkering -> UWV
AOW ->SVB
Wajong-uitkering
Anw -> SVB
IOW-> UWV
IOAW-uitkering-> UWV
IOAZ-uitkering -> UWV
Slide 9 - Tekstslide
VOORRAADBEHEER
Kleine voorraad: koffie of een stapel papier
Grote voorraad: opslag in een magazijn voor verkoop
De producten zoals koffie, papier etc. noemen we goederen
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
T.G.T.
TE GEBRUIKEN TOT
T.H.T.
TEN MINSTE HOUDBAAR TOT
Slide 12 - Tekstslide
GOEDEREN OPSLAAN
Hoe sla je de goederen op?
Stel je krijgt luiers en eieren binnen. Welke producten komen achterin het magazijn te staan?
Je controleert de goederen met behulp van een pakbon
Slide 13 - Tekstslide
Bederfelijk waar
Eten en drinken noem je levensmiddelen of consumptieartikelen.
Dit is bederfelijke waar: het kan bederven.
Er zijn verschillende opslagsystemen waarbij je rekening houdt met de bederfelijkheid van waren. Bijvoorbeeld first in, first out (fifo):
Slide 14 - Tekstslide
ONTVANGST
Je tekent voor ontvangst op de vrachtbrief als de leverancier de goederen heeft gebracht.
Wat doe je als er iets niet klopt? --> aantekening maken of goederen niet aannemen.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Voorraadbeheer
Als begeleider lever je een bijdrage aan het beheer van de accommodatie.
Het beheren van de voorraden is een onderdeel hiervan.
Dit kan gaan om de voorraden voor de woning en om de voorraden voor (het werk van) de medewerkers
Slide 17 - Tekstslide
Werkvoorraad en bulkvoorraad
In de werkvoorraad liggen de dingen waar je snel bij moet kunnen. In de koelkast in de keuken ligt bijvoorbeeld het eten en drinken.
In het magazijn is vaak een grote voorraad te vinden. Dit noem je de bulkvoorraad. Hier staan bijvoorbeeld de voorraden eten en drinken en andere materialen.
Vanuit de bulkvoorraad vul je de werkvoorraad aan.
Slide 18 - Tekstslide
Correctief en preventief onderhoud
Onder dagelijks onderhoud vallen het schoonmaken en het correctief onderhoud. Correctief onderhoud is het herstellen van mankementen of storingen.
Preventief onderhoud is het onderhoud dat nodig is om gebouw en inventaris bij de tijd te houden. Dit wordt uitgevoerd voordat er mankementen of storingen zijn. Vaak is er voor preventief onderhoud een onderhoudsschema.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Een overzicht van je verwachte inkomsten en uitgaven voor de komende periode
Het op elkaar afstemmen van je inkomsten en uitgaven
Begroting
Slide 21 - Tekstslide
Budgetteren moet je leren
Waaraan geef je je geld uit???
Soorten uitgaven:
Huishoudelijke uitgaven
de alledaagse uitgaven voor je huishouden. (dagelijkse uitgaven)
vaste lasten
de uitgaven die je met een vaste regelmaat moet betalen
incidentele uitgaven
meestal grote uitgaven die je niet zo vaak doet en niet met een vaste regelmaat
Slide 22 - Tekstslide
Budgetteren moet je leren
Voor de incidentele uitgaven kun je het beste geld reserveren.
Geld opzij zetten waarvan je later bepaalde uitgaven kunt betalen
Slide 23 - Tekstslide
Begroting &
Budgetteren
Begroting
Een overzicht van je verwachte inkomsten en uitgaven voor de komende periode.
Budgetteren
Zorgen dat je uitgaven niet hoger worden dan je inkomsten
→ dus geen geld tekort komen
Slide 24 - Tekstslide
Soorten uitgaven
Dagelijkse uitgaven
Vaste lasten
Incidentele uitgaven
Dagelijkse uitgaven:
de gewone uitgaven die je betaald van het huishoudgeld (bijv. eten, drinken, persoonlijke verzorging)
Vaste lasten:
de uitgaven die iedere maand of kwartaal terugkomen (bijv. rekening voor gas en elektriciteit, woonlasten, verzekeringen, contributies en abonnementen)
Incidentele uitgaven:
uitgaven die je niet zo vaak doet of die niet regelmatig zijn (kleding, meubels, vakantie, reparaties)