vrijdag 12 feb
1 / 21
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
benoem: mihi
Slide 2 - Open vraag
te
Slide 3 - Open vraag
eae
Slide 4 - Open vraag
eis
Slide 5 - Open vraag
vobis
Slide 6 - Open vraag
eum
Slide 7 - Open vraag
nobis
Slide 8 - Open vraag
tu
Slide 9 - Open vraag
eos
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Ik roep jou. Jij hoort mij niet.
ik, jou, jij, mij: nu in het Latijn:
ik, jou, jij, mij: nu in het Latijn:
Slide 12 - Open vraag
Ik roep jou. Jij hoort mij niet.
ik, jou, jij, mij: functie
ik, jou, jij, mij: functie
Slide 13 - Open vraag
Vader betaalt voor ons de bioscoopkaartjes. Wij vertellen aan hem waarover de film gaat.
voor ons, wij, aan hem: functie?
voor ons, wij, aan hem: functie?
Slide 14 - Open vraag
Vader betaalt voor ons de bioscoopkaartjes. Wij vertellen aan hem waarover de film gaat.
voor ons, wij, aan hem: nu in het Latijn
voor ons, wij, aan hem: nu in het Latijn
Slide 15 - Open vraag
De lerares begroet de meisjes. Zij begroeten haar.
zij, haar: nu in het Latijn
zij, haar: nu in het Latijn
Slide 16 - Open vraag
De lerares begroet de meisjes. Zij begroeten haar.
zij, haar: functie?
zij, haar: functie?
Slide 17 - Open vraag
Kennen jullie de jongens? Ja, zij zijn jullie bekend.
zij, jullie: nu in het Latijn
zij, jullie: nu in het Latijn
Slide 18 - Open vraag
Kennen jullie de jongens? Ja, zij zijn jullie bekend.
zij, jullie: functie
zij, jullie: functie
Slide 19 - Open vraag
Omdat oma jarig is, zingen de kinderen een liedje voor haar. Zij geeft hun een ijsje.
voor haar, zij, hun: nu in het Latijn.
voor haar, zij, hun: nu in het Latijn.
Slide 20 - Open vraag
Omdat oma jarig is, zingen de kinderen een liedje voor haar. Zij geeft hun een ijsje.
voor haar, zij, hun: functie?
voor haar, zij, hun: functie?
