G2a Latijn: de anti-zomervakantiewegzakherhaling

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

G2a

De anti-zomervakantie-wegzakherhaling

Programma deze les:

• De anti-zomervakantiewegzakherhaling
  
• Aan de slag met het herhalingsstencil
  

De Latijnse naamvallen

De functie van een zelfstandig naamwoord wordt bepaald door de naamval.

Hoeveel weten jullie nog van de Latijnse zelfstandig naamwoorden?

Hoeveel naamvallen heeft het Latijn?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Hoeveel verbuigingsgroepen heeft het Latijnse zelfstandig naamwoord?

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

VB 1

VB 3

VB 2

femina

solus

rex

dono

nomina

puellam

filiorum

rosae

cives

mercatorem

aquarum

servi

Welke functie heeft de nominativus?

1. Onderwerp
2. Lijdend voorwerp
3. Meewerkend voorwerp
4. Bijwoordelijke bepaling

Welke functie heeft de dativus?

1. Onderwerp
2. Lijdend voorwerp
3. Meewerkend voorwerp
4. Bijwoordelijke bepaling

Welke functie heeft de accusativus?

1. Onderwerp
2. Lijdend voorwerp
3. Meewerkend voorwerp
4. Bijwoordelijke bepaling

Maak een (Nederlandse) zin
met een lv en mv.

Welke functie heeft de ablativus?

1. Onderwerp
2. Lijdend voorwerp
3. Meewerkend voorwerp
4. Bijwoordelijke bepaling

Maak een (Nederlandse) zin
met minimaal 1 bijwoordelijke bepaling

Welke uitgang hoort bij welke naamval?

nom. ev.

acc. ev.

nom. mv.

acc. mv.

dat. ev.

dat. mv.

abl. ev.

abl. mv.

feminam

feminis

femina

feminas

feminae

feminis

feminae

femina

Welke uitgang hoort bij welke naamval?

nom. ev.

acc. ev.

nom. mv.

acc. mv.

dat. ev.

dat. mv.

abl. ev.

abl. mv.

servum

servo

servos

servi

servus

servis

servo

servis

Welke uitgang hoort bij welke naamval?

nom. ev.

acc. ev.

nom. mv.

acc. mv.

dat. ev.

dat. mv.

abl. ev.

abl. mv.

regibus

reges

regi

rex

regem

rege

reges

regibus

Nom

Gen

Dat

Acc

Abl

civi

aquam

pueri

templo

filios

milite

feminae

nominis

Het Latijnse werkwoord

Met alleen naamvallen hebben we nog geen volledige zin, dus het Latijn geeft jullie als cadeau nog meer rijtjes!! :-)

Wat weten jullie nog van het Latijnse werkwoord?

Hoeveel werkwoordgroepen/werkwoord-stammen heeft het Latijn?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Welke groep behoort NIET tot de Latijnse werkwoordrijtjes?

1. a-stammen
2. e-stammen
3. i-stammen
4. o-stammen

a-stam

e-stam

med-stam

i-stam

audire

gaudēre

currere

vocare

numerare

venire

emere

1e ev

2e ev

3e ev

1e mv

2e mv

3e mv

ludo

audiunt

numeras

emerat

apperatis

sumus

Zet habēre in de 2e pers ev.

Zet nuntiare in de 3e pers mv

Zet dicere in de 1e pers mv

Geef de 1e pers ev van esse

Geef de imperativus ev van venire

Geef de vocativus van Augustus

Aan de slag!

1. Maak het herhalingsstencil (zie huiswerk Magister a.s. maandag)
2. Leer de woorden van les 10
3. Bekijk de uitlegvideo 10.1 en 10.2
4. Maak M. 17 + 18 no. 1-4 (HB blz. 93)