Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Paragraaf 4.2 Regionale verschillen
4.2 Regionale verschillen
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
4.2 Regionale verschillen
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel paragraaf 4.2
Regionale verschillen:
Waar in Nederland groeit de bevolking, waar neemt die af en wat zijn de gevolgen daarvan voor de inrichting?
Slide 2 - Tekstslide
Populaire steden
- Binnen Nederland zijn grote verschillen in bevolkingsgroei
- De 4 grote steden en de meeste middelgrote steden blijven groeien.
Redenen : veel werk, studies, voorzieningen
-Gebieden waar de bevolking groeit:
groeigebieden / groeiregio’s
Slide 3 - Tekstslide
Voordelen groeiregio's / groeigebieden:
- Gemeenten krijgen meer belastinginkomsten
- Bedrijven kunnen meer goed opgeleide werknemers krijgen
- Voorzieningen krijgen meer bezoekers en klanten
Slide 4 - Tekstslide
Nadelen groeiregio's / groeigebieden:
- Tekort aan woningen
- Druk
- Wachtlijst voor voorzieningen
Slide 5 - Tekstslide
De groeigebieden moeten blijven bouwen om de bevolkingsgroei aan te kunnen
Dit doen ze door:
- Aan de rand van steden komt uitbreiding
- Herinrichting
- Meer woningen, voorzieningen en werk
- Verbetering van infrastructuur
Slide 6 - Tekstslide
Krimpgebieden
Nederland heeft ook gebieden met waar de bevolking afneemt:
bevolkingskrimp
Deze gebieden noem je
krimpgebieden / krimpregio’s
Vraag: Waar trekken mensen? Waar gaan ze heen? Wie trekt weg? Wie blijven over?
Slide 7 - Tekstslide
Krimpgebieden
Oorzaak krimp:
Jongeren trekken weg voor werk, studie of voorzieningen
Gevolg:
- Ouderen blijven over
( vergrijzing)
- Voorzieningen verdwijnen
Slide 8 - Tekstslide
Krimpgebieden
Verzorgingsgebied
= het gebied waar de klanten van een voorziening vandaan komen.
Drempelwaarde
= het minimum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft om te kunnen bestaan.
Slide 9 - Tekstslide
Herinrichting krimpgebieden
Herinrichting in krimgebieden:
- Minder inwoners betekent minder woningen, werkplekken en voorzieningen
- Meer aangepaste woningen voor ouderen, meer bejaardenhuizen
Slide 10 - Tekstslide
Reikwijdte
:
De maximale afstand die mensen willen afleggen om van een voorziening gebruik te maken.
Reikwijdte toegenomen door toegenomen autobezit.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Aan het werk..
- Theorie lezen van paragraaf 4.2 regionale verschillen
- Opdrachten maken 1 t/m 9
Slide 13 - Tekstslide
Herhaling
Paragraaf 4.2 Regionale verschillen
Slide 14 - Tekstslide
sleep de begrippen naar de juist plek in de kaart
Krimpgebied
groeigebied
Slide 15 - Sleepvraag
Noem 2 voordelen van groeigebieden
Slide 16 - Open vraag
Noem 2 nadelen van groeigebieden
Slide 17 - Open vraag
Wat zijn krimpgebieden?
Slide 18 - Open vraag
Wat is de belangrijkste oorzaak van een krimpgebied
Slide 19 - Open vraag
Noem 2 gevolgen voor deze krimpgebieden
Slide 20 - Open vraag
Geef 2 voordelen van het wonen in de stad
A
Veel werk
B
Uitgaan
C
Rust
D
Ruimte
Slide 21 - Quizvraag
Geef 2 nadelen van het wonen in een grote stad
A
Rust
B
Duur
C
Weinig groen
D
Weinig werk
Slide 22 - Quizvraag
Een verzorgingsgebied is het gebied waar de klanten van een voorziening vandaan komen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Wat is reikwijdte?
A
Afstand tot voorzieningen
B
Afstand die klanten willen afleggen voor de voorzieningen
C
Hoe ver weg de klanten wonen
D
Het gebied waar de voorziening verantwoordelijk voor is
Slide 24 - Quizvraag
Drempelwaarde is het minimum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft om te verdwijnen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 25 - Quizvraag
Welke van deze voorzieningen heeft de grootste reikwijdte?
A
Bioscoop
B
Bijenkorf
C
Efteling
D
Jumbo Supermarkt
Slide 26 - Quizvraag
Welke van deze voorzieningen heeft de laagste drempelwaarde?
A
Bijenkorf
B
Luchthaven Schiphol
C
Bonhoeffer College
D
Museon Den Haag
Slide 27 - Quizvraag
Anloo is een drop van de gemeente Aa en Hunze. Welke verband bestaat er tussen de bevolkingsdichtheid en de nabijheid van de voorziening?
Slide 28 - Open vraag
Waardoor is de reikwijdte toegenomen in Nederland?
Slide 29 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
4.2 Regionale verschillen
September 2019
- Les met
13 slides
door
Aardrijkskunde!
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3
Aardrijkskunde!
Paragraaf 4.2 Regionale verschillen
November 2022
- Les met
39 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
4.2 Regionale verschillen
November 2023
- Les met
21 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Paragraaf 4.2 Regionale verschillen
Oktober 2022
- Les met
34 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
4.2 Regionale verschillen
Augustus 2024
- Les met
11 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
4.2 Regionale verschillen
Oktober 2023
- Les met
17 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
4.2 Regionale verschillen
Augustus 2020
- Les met
14 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
4.2 Regionale verschillen
November 2022
- Les met
14 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4