Wegen les 1 en 2

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Wegen les 1

EP-11 blijft bij meneer Hoek

EP-12 gaat met meneer Boxum mee.

Na 45 minuten wisselen we

Wat voor ding zag je zojuist?

Welke kant is zwaarder?

Links

Rechts

Welke maten heb je bij het wegen?

Belangrijk om te weten:

1 kilogram (kg) = 1.000 gram

0,5 kg = 500 gram

Wat is de afkorting van kilogram?

1. k
2. gk
3. kg
4. Heeft geen afkorting

Hoeveel gram is 1 kg?

1. 1
2. 10
3. 100
4. 1000

Hoeveel gram is 0,5 kg?

1. 400
2. 500
3. 600
4. 700

Hoeveel kg is 5.000 gram?

1. 5 kg
2. 0,5 kg
3. 50 kg
4. 500 kg

Zoek een ding dat een kilo weegt

Zoek een ding dat een gram weegt

Maak de volgende bladzijdes in het boekje:

De kilogram t/m opdracht 7 + rekenwerkblad gewichten

Wegen

Wegen les 2

EP-11 blijft bij meneer Hoek

EP-12 gaat met meneer Boxum mee.

Na 45 minuten wisselen we

Programma 

Lesson Up

Opdrachten in het werkboekje maken

Leerdoelen

Je kan rekenen met kilo's en grammen

Je kan een gewicht aflezen van een weegschaal

Belangrijk om te weten:

1 kilogram (kg) = 1.000 gram

0,5 kg = 500 gram

Hoeveel gram is 1 kilo?

1. 10 gram
2. 100 gram
3. 1.000 gram
4. 10.000 gram

Hoeveel kilogram is 500 gram?

1. 0,5 kilogram
2. 0,6 kilogram
3. 5 kilogram
4. 50 kilogram

Hoeveel gram is 0,2 kilogram?

1. 0,2 gram
2. 2 gram
3. 20 gram
4. 200 gram

Hoe wordt een kilo gemeten?

https://schooltv.nl/video-item/hoe-wordt-een-kilo-gemeten-de-officiele-kilo-van-nederland 

Uitleg weegschaal

Opdracht: leg 500 gram in de weegschaal

Opdracht: leg 700 gram in de weegschaal

Opdracht: leg 1 kilogram in de weegschaal

Wat te doen?

Maak de opdrachten in het werkboek