In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waarom een standaardtaal?
Slide 2 - Woordweb
1 Humanisme
2 Politieke en economische veranderingen (Tachtigjarige Oorlog)
- Economische problemen
- Godsdienstige poblemen
- Vlucht naar de Republiek
- Meer mobiliteit => meer communicatie =>
nood aan bovenregionale eenheidstaal
Slide 3 - Tekstslide
Humanisme
- Wetenschap (niet langer alleen in het Latijn)
- Literatuur (ook in de volkstaal)
- Boekdrukkunst (eenheidstaal -grotere
afzetmarkt - economisch voordeel)
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Een acrolect is een dialect van de dominante sociale klasse van de dominante streek binnen een bepaald dialectcontinuüm. Een standaardtaal is doorgaans op een acrolect gebaseerd.
Slide 6 - Tekstslide
Rond 1550 waren het Vlaams, Brabants, Hollands en Limburgs de gesproken dialecten in de Nederlanden. Welk(e) dialect(en) stond tussen 1550 en 1617 zo sterk dat het de basis werd voor de standaardtaal?
A
Vlaams (met steden zoals Gent en Brugge)
B
Brabants (met steden zoals Antwerpen, Mechelen, Breda)
C
Hollands (met steden zoals Amsterdam, Den Haag)
D
Limburgs (met steden zoals Maastricht)
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Hendrik Laurensz. Spiegel
Slide 10 - Tekstslide
Hoe komt het dat de humanisten de grammatica zo gestructureerd, en daardoor kunstmatig, wilden maken?
Slide 11 - Open vraag
ans.ruhosting.nl
Slide 12 - Link
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Welke spellingitems tonen de gelijkvormigheidsregel ook aan?
A
Brabant, dus 'Brabander'
B
Grootte, want ook 'diepte'
C
Schaatsster, zoals 'werkster'
D
'Scheldt', want de 3de persoon 'roept' krijgt ook een -t bij de ik-vorm
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Aantal meter dat het wdb dik is
Aantal werkjaren
Startjaar van de woorden-verzameling
Aantal pg's over werkwoord 'zijn'
Aantal gebruikte bronnen
3
134
12 000
1637
180
Slide 18 - Sleepvraag
wnt.inl.nl
Slide 19 - Link
Slide 20 - Tekstslide
BOVEN
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Equator, mathematica, algebra, arcsinus, perpendiculair, chemie, filosofie: wat zijn de puristische vertalingen voor deze woorden?
Slide 24 - Woordweb
Slide 25 - Tekstslide
Wat wordt bedoeld met de 'sociale taalgrens' in Vlaanderen?
Slide 26 - Open vraag
Welke strekking binnen de Vlaamse Beweging heeft het uiteindelijk gehaald?
A
Particularisten
B
Integrationisten
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Territorialiteits-principe
Personaliteits-principe
In het openbare leven kan de burger kiezen tussen het Nederlands en het Frans als taal om bv. bediend te worden in het gemeentehuis, onderwijs te volgen ...
De taal in het openbare leven (bv. gemeentehuis, onderwijs) volgt het grondgebied waarop je je bevindt. Je locatie bepaalt dus de taal die in het openbare leven geldt.
Voorkeur van de Nederlandstaligen
Voorkeur van de Franstaligen
Slide 30 - Sleepvraag
Conclusie ...
- Nederlandstaligen ijveren voor territorialiteitsprincipe. Zo zou Vlaanderen eentalig Nederlands en Wallonië eentalig Frans worden.
- Franstaligen ijveren voor personaliteitsprincipe. Zo kan ook de Franstalige bourgeoisie in Vlaanderen nog steeds in het Frans geholpen worden in het openbare leven.
--> Territorialiteitsprincipe komt erdoor!
Slide 31 - Tekstslide
Territorialiteitsprincipe: hoe kan je de grenzen van het Nederlandstalige en het Franstalige 'territorium' afbakenen?
Slide 32 - Open vraag
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
https:
Slide 38 - Link
Er zijn meer Vlaamse gemeenten met faciliteiten voor Franstaligen dan Waalse gemeenten met faciliteiten voor Nederlandstaligen.
A
Juist
B
Fout
Slide 39 - Quizvraag
De zes gemeenten in de Brusselse rand zijn Franstalig, maar hebben faciliteiten voor Nederlandstaligen.