Standaardisering van het Nederlands

Waarom een standaardtaal?
1 / 36
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Waarom een standaardtaal?

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Tekstslide

Politieke en economische veranderingen: 
- economische en godsdienstige problemen 
- vlucht naar het noorden, naar de Republiek 
- meer mobiliteit en dus meer communicatie 

Slide 3 - Tekstslide

Humanisme
- wetenschap (niet langer alleen in het Latijn)
- literatuur (ook in de volkstaal)
- boekdrukkunst (eenheidstaal -grotere  afzetmarkt - economisch voordeel)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide








Een acrolect is een dialect van de dominante sociale klasse van de dominante streek binnen een bepaald dialectcontinuüm. Een standaardtaal is doorgaans op een acrolect gebaseerd.

Slide 6 - Tekstslide

Rond 1550 waren het Vlaams, Brabants, Hollands en Limburgs de gesproken dialecten in de Nederlanden.
Welk(e) dialect(en) stond tussen 1550 en 1617 zo sterk dat het de basis werd voor de standaardtaal?
A
Vlaams (met steden zoals Gent en Brugge)
B
Brabants (met steden zoals Antwerpen, Mechelen, Breda)
C
Hollands (met steden zoals Amsterdam, Den Haag)
D
Limburgs (met steden zoals Maastricht)

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Hendrik Laurensz. Spiegel

Slide 9 - Tekstslide

Hoe komt het dat de humanisten de grammatica zo gestructureerd, en daardoor kunstmatig, wilden maken?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

BOVEN

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

equator, mathematica, chemie, filosofie, arcsinus,
perpendiculair, algebra...
Wat zijn de puristische vertalingen voor
deze woorden?

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met de 'sociale taalgrens' in Vlaanderen?

Slide 22 - Open vraag

Welke strekking binnen de Vlaamse Beweging heeft het uiteindelijk gehaald?
A
Particularisten
B
Integrationisten

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Territorialiteits-principe
Personaliteits-principe
In het openbare leven kan de burger kiezen tussen het Nederlands en het Frans als taal om bv. bediend te worden in het gemeentehuis, onderwijs te volgen ... 
De taal in het openbare leven (bv. gemeentehuis, onderwijs) volgt het grondgebied waarop je je bevindt. Je locatie bepaalt dus de taal die in het openbare leven geldt. 
Voorkeur van de Nederlandstaligen 
Voorkeur van de Franstaligen

Slide 26 - Sleepvraag

Conclusie ... 
- Nederlandstaligen ijveren voor territorialiteitsprincipe. Zo zou Vlaanderen eentalig Nederlands en Wallonië eentalig Frans worden. 
- Franstaligen ijveren voor personaliteitsprincipe. Zo kan ook de Franstalige bourgeoisie in Vlaanderen nog steeds in het Frans geholpen worden in het openbare leven. 

--> Territorialiteitsprincipe komt erdoor!

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Territorialiteitsprincipe: hoe kan je de grenzen van het Nederlandstalige en het Franstalige 'territorium' afbakenen?

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

De zes gemeenten in de Brusselse rand zijn Franstalig, maar hebben faciliteiten voor Nederlandstaligen.
A
Juist
B
Fout

Slide 32 - Quizvraag

Er zijn meer Vlaamse gemeenten met faciliteiten voor Franstaligen dan Waalse gemeenten met faciliteiten voor Nederlandstaligen.
A
Juist
B
Fout

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Huidige situatie?

Slide 36 - Tekstslide