5.4 De Nederlandse opstand

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

5.4 De opstand

Welkom allemaal!

Pak je spullen

Laptop in de tas

Deze les

Terugblik 5.2 + examenvraag

Vooruitblik

Uitleg

Kwadrant + opdrachten maken

Terugblik: beschrijf in steekwoorden

• welke kritiek er was op de katholieke kerk. 
• Leer niet in overeenkomst met de oorspronkelijke bijbel, geestelijken wilden rijkdom, leefden niet celibatair (wereldlijke pleziertjes) en handelden in aflaten 
• hoe de kritiek leidde tot de splitsing in de kerk.
  
• Luther en Calvijn werden uit de kerk gezet, kregen veel aanhangers 
• hoe het protestantisme werd verspreid 
• Boekdrukkunst / vorsten die zich bekeren
• welke strijd tussen katholieken en protestanten ontstond.
• Verschillen in de leer, wat hoort er wel en niet bij het christendom --> vervolging

Examenvraag vorig jaar!

Tip: begin je antwoord met het herhalen van de vraag: 'Tijdens de reformatie ...' en leg vervolgens uit wat de reformatie was.

vorig jaar!

5.3 De Nederlandse opstand!

Leerdoelen

KA: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

In deze paragraaf leer je:

• hoe en waardoor Nederlanders in opstand kwamen tegen hun vorst.
• hoe de opstand een oorlog werd.
• hoe de Nederlandse onafhankelijke staat tot stand kwam.

Om te beginnen

Wat: Bekijk de afbeeldingen: beschrijf wat je ziet, een oorzaak en een gevolg

Hoe: In duo's (overleg zo zachtjes mogelijk!)

Hulp: Boek

Tijd: +/- 5 minuten

Uitkomst: Komt bij de uitleg

Klaar: Ga naar je mail en maak het leerlingtevredenheidsonderz

Beschrijf

Wat je ziet

Wat de oorzaak of oorzaken hiervoor zijn

Wat de gevolgen hiervan zijn

Beschrijf voor beide plaatjes (AI):

• wat je ziet
• oorzaak
• gevolg

Karel V

Luther

Luther op de Rijksdag

Filips II zet beleid voort

want oorlog voeren is duur!

Karel V en Filips II wilden overal dezelfde regels

Karel V en Filips II waren overtuigd katholiek en vervolgden de protestanten

Opdrachtenblad kwadrant

Wat: Lees de opdracht goed voor je aan de slag gaat

Waarom: Verwerking stof (argumenteren en redeneren / samenhang)

Hoe: Alleen

Hulp: Internet wanneer je het begrip niet kent, docent

Tijd: +/- 10 minuten

Uitkomst: Na 10 minuten bespreken met je buurman of buurvrouw

Klaar: Maak opdracht 9 t/m 11 en 13 uit je werkboek