24/25 M3 oefentoets theorie

M3 oefentoets
Je krijgt nu een oefentoets, deze is korter dan de echte toets. Maar dit soort vragen zitten er wel in.

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

M3 oefentoets
Je krijgt nu een oefentoets, deze is korter dan de echte toets. Maar dit soort vragen zitten er wel in.

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn de 8 theatervormgevings middelen?

Slide 2 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een close up

Slide 3 - Open vraag

Welke sfeer wordt hier gecreëerd? Benoem 2 vormgevingsmiddelen die de sfeer versterken en beschrijf concreet wat dit met elkaar te maken heeft.

Slide 4 - Open vraag

Wat is lijsttoneel?

Slide 5 - Open vraag

Vanuit welk perspectief is dit gefilmd?

Slide 6 - Open vraag

Schrijf een dialoog met 8 clauses.

Slide 7 - Open vraag

Bekijk het volgende fragment.
Wat is het motorisch moment en waarom?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is het motorisch moment in deze scène?

Slide 10 - Open vraag

Geef de 2 betekenissen van black out

Slide 11 - Open vraag

0

Slide 12 - Video

Welke functie heeft deze voorstelling?
A
informeren / leren
B
amuseren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is locatietheater?

Slide 14 - Open vraag

Wat is een plot?

Slide 15 - Open vraag

Wat is danstheater?

Slide 16 - Open vraag

Beschrijf de spelgegevens van een sprookje? ( je mag zelf kiezen welke)

Slide 17 - Open vraag

Wat is slapstick?

Slide 18 - Open vraag

Leg uit wat dramatiseren is.
A
Een tragedie van een stuk maken
B
Vorm van toneelspelen waarbij spelers onvoorbereid zijn
C
Theatraal vormgeven van een verhaal of idee
D
Een toneelstuk maken vanuit een bestaande toneeltekst

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Sleepvraag

Wat zijn de 4 kunstdisciplines?

Slide 21 - Open vraag

Wat is mimiek?
A
Mime technieken
B
Gezichtsuitdrukkingen
C
Lichaamshouding
D
Pantomime ( concreet uitbeelden)

Slide 22 - Quizvraag

Bij het volgende fragment zien we dat de acteurs zijn getransformeerd naar hun personages. Hoe zien we dat terug in stem, mimiek, fysiek en vormgevingsmiddelen bij Juf Ank?

Slide 23 - Tekstslide

1

Slide 24 - Video

00:16
Beschrijf de transformatie van juf Ank

Slide 25 - Open vraag

Wat zijn spelgegevens?

Slide 26 - Woordweb

Beschrijf de mise-en-scène in deze foto.

Slide 27 - Open vraag

Wat is een clause?
A
Hoogtepunt in het stuk
B
Het moment dat de souffleur de laatste cue geeft
C
Regieaanwijzing
D
Elk stuk tekst in een stuk, dat door 1 persoon achter elkaar wordt gezegd

Slide 28 - Quizvraag

6

Slide 29 - Video

3

Slide 30 - Video

2

Slide 31 - Video

00:00
Pina Bausch, The Fall dance
Je ziet hier de kunstenares/danseres Pina Bausch in een kort filmpje genaamd "The fall dance".

De vraag straks is: 
Wat is volgens jou de boodschap van dit kunstwerk? Waaraan zie je dit?

Slide 32 - Tekstslide

01:27
Je ziet hier de kunstenares/danseres Pina Bausch in een kort filmpje genaamd "The fall dance".
Wat is volgens jou de boodschap van dit kunstwerk? Waaraan zie je dit?

Voorbeeld antwoord:
De boodschap is: .... , dit zie ik aan: ...

Slide 33 - Open vraag

00:00
Videovraag
Je ziet hier een video van "Nieuw Dier" waarin Jeroen van Koningsbrugge een reclame acteur speelt.

Je krijgt hierover 2 vragen:
1) speelt Jeroen een typetje, persiflage, personage, kabouter (meerkeuze)
2) Hij wordt op een gegeven moment onzeker. Hoe zien we dit in zijn spel?
Gebruik in je antwoord zijn Mimiek, Fysiek en Stem  


Slide 34 - Tekstslide

01:00
Speelt Jeroen hier een...
A
Persiflage
B
Personage
C
Typetje
D
Kabouter

Slide 35 - Quizvraag

01:52
Hij wordt op een gegeven moment onzeker. Hoe zien we dit in zijn spel?
Gebruik in je antwoord zijn Mimiek, Fysiek en Stem

Slide 36 - Open vraag

00:00
Mister Bean
Je ziet hier een scène uit Mr Bean. Hier komen 6 vragen over:

- Welke emotie zie je bij Mr. Bean, beschrijf zijn mimiek
- Mr. Bean is een kind in een volwassen lichaam. Hoe zie je dat terug in het spel? Gebruik zijn fysiek in je antwoord.
- Welke speelstijl zien we hier?
- Wat was het motorisch moment van deze scène?
- Wat was de climax van deze scène? 

Slide 37 - Tekstslide

02:25
Welke emotie zie je bij Mr. Bean?
Gebruik zijn mimiek in je antwoord.

Slide 38 - Open vraag

03:27
Mr. Bean is een kind in een volwassen lichaam. Hoe zie je dat terug in het spel? Gebruik zijn fysiek in je antwoord.

Slide 39 - Open vraag

05:16
Wat was het motorisch moment van deze scène?

Slide 40 - Open vraag

05:18
Wat was de climax van deze scène?

Slide 41 - Open vraag

05:16
Welke speelstijl zien we hier?

Slide 42 - Open vraag