H4 paragraaf 3 Europa: verenigd in verscheidenheid
1 / 39
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Slide 8 - Video
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Link
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Wat was er in 1957.
A
EGKS
B
Verdrag van schengen
C
EEG
D
EU
Slide 24 - Quizvraag
De EU is een...
A
economische samenwerking
B
politieke samenwerking
C
economische en politieke samenwerking
Slide 25 - Quizvraag
Door de EU
A
Werken meer Polen in Nederland
B
Groeit de economie van Nederland
C
Worden de verschillen binnen de EU groter
D
Hebben wij over Nederland minder te zeggen
Slide 26 - Quizvraag
De EU heeft op dit moment:
A
26 lidstaten
B
27 lidstaten
C
28 lidstaten
D
29 lidstaten
Slide 27 - Quizvraag
Wat heeft de EU niet?
A
Een politie
B
Een leger
C
Een eigen munt
D
Open grenzen
Slide 28 - Quizvraag
De EU is opgericht in...
A
1945
B
1958
C
1993
D
2001
Slide 29 - Quizvraag
Wat is het hoofddoel van de EU?
A
vrede en welvaart
B
handel en welvaart
C
open grenzen en welvaart
D
open grenzen en vrede
Slide 30 - Quizvraag
Arbeidsmigranten binnen de EU
A
Mogen zonder voorwaarden komen
B
Mogen Nederland in, onder voorwaarden
C
Mogen Nederland niet in
Slide 31 - Quizvraag
Vrij verkeer van goederen en personen hoort bij het verdrag van Schengen.
A
Goed
B
Fout
Slide 32 - Quizvraag
Hoort Nederland bij de Schengenzone?
A
Ja
B
nee
Slide 33 - Quizvraag
Alle lidstaten van de EU doen mee aan het akkoord van Schengen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 34 - Quizvraag
In het verdrag van Schengen staat dat:
A
Asielzoekers worden vehoord door de IND
B
Alle Europeanen overal mogen wonen/werken w
C
Europa vluchtelingen moet opnemen
Slide 35 - Quizvraag
Dat wij vrij mogen reizen van Nederland naar Duitsland, heeft te maken met deze samenwerking.
A
De eurozone
B
Het Schengen-verdrag
C
De Europese Raad
D
Het EU-lidmaatschap
Slide 36 - Quizvraag
Waarom is het Verdrag van Schengen belangrijk?
A
In dit verdrag is afgesproken welke territoriale wateren bij de Europese landen horen.
B
In dit verdrag is precies opgeschreven welke enclaves van Baarle bij Nederland en België (zie plaatje) horen.
C
In dit verdrag staat dat gemeenten aan beide kanten van een landsgrens moeten gaan samenwerken.
D
In dit verdrag is afgesproken dat kapitaal, goederen, diensten en personen zonder controles de onderlinge grenzen mogen passeren.
Slide 37 - Quizvraag
Door verdrag van Schengen is de grenspendel enorm....
A
toegenomen
B
afgenomen
Slide 38 - Quizvraag
Was alles duidelijk? Is er nog iets waar je graag meer uitleg over hebt?
